Brussel kampt met een knoert van een drugsprobleem. Vandaag pakt burgemeester Philippe Close (PS) uit met twee voorstellen om druk van de ketel te halen: een noodcentrum voor drugsverslaafden en de versnelde opening van een tweede gebruikersruimte. Maar verschillende politieke partijen vinden dat de burgemeester nog niet ver genoeg gaat. Transit, de vzw die personen met een drugsprobleem opvangt, juicht de voorstellen dan weer toe.
| De Plantenstraat in Sint-Joost-ten-Node, vlakbij het Noordstation, kent al langer problemen met drugsverslaafden.
De toenemende drugsproblematiek in de Brusselse stationsbuurten en -wijken veroorzaakte deze zomer al heel wat ophef. Lang bleef het oorverdovend stil bij de Brusselse politici, maar die lijken nu toch wakker geschoten – of helemaal terug uit vakantie. Zo wil Close snel werk maken van noodcentrum in het openbare Brugmann-ziekenhuis. Daar kan de politie aangehouden drugsverslaafden naartoe brengen om in overleg met psychiaters een plan uit te werken om te ontwennen.
"Het noodcentrum kan de wachttijd van een psychiatrische behandeling voor een drugsverslaafde verminderen", zegt Bruno Valkeneers, woordvoerder van Transit, een opvangcentrum voor drugsverslaafden. "Nu duurt het vaak vier maanden tot de eerste consultatie, waardoor verslaafden vaak weer op straat belanden. Daar zijn ze een vogel voor de kat."
Maar volgens Valkeneers mag een verslaafde niet gedwongen opgenomen worden in het noodcentrum. Dat werkt averechts: "We moeten ook af van het beeld dat een drugsverslaafde per definitie kampt met psychische problemen. Soms werkt dakloosheid dat wel in de hand. Drugsverslaafden zijn in de eerste plaats mensen met een zeer complex ziektebeeld die net zoals iedereen een behandeling op maat nodig hebben."
Betere omkadering nodig
Volgens N-VA is de aanpak nog niet voldoende. Brussels N-VA-parlementslid Mathias Vanden Borre schiet het voorstel van een noodcentrum niet meteen af, ook hij is voorstander van een betere omkadering van drugsverslaafden. Maar volgens hem is een andere overkoepelende aanpak nodig, over de gemeentegrenzen heen en volgens het principe van ‘housing first’, lees: huisvesting als eerste etappe in het integratieproces, met "verplichtingen tegenover het OCMW".
Housing first bestaat nochtans al in Brussel. "Maar het gaat te traag," voor Vanden Borre. "Dakloosheid is met 10 à 20 procent gestegen, maar het beleid volgt niet.” "
Ook het federale niveau moet mee in het bad. "Een groot deel van de daklozen zijn mensen zonder papieren. Er moet dus werk gemaakt worden van een beter terugkeerbeleid.” Verder kijkt Vanden Borre naar asiel en migratie: "om plaatsen te voorzien in gesloten centra voor problematische gevallen van mensen zonder papieren."
Ook voor MR is een noodcentrum lang niet voldoende: "Dit staat gelijk aan het uitstellen van een oplossing", terwijl voor de Franstalige liberalen duidelijk is wat er moet gebeuren: "Een structurele versterking van de sociale en individuele begeleiding, gedwongen opname bij ernstige verslaving en een verhoogde politieaanwezigheid", schrijft David Weytsman, voorzitter van de MR Brussel-Stad.
Sneller werk maken van een tweede gebruikersruimte
Ook wil Close sneller werk maken van een tweede gebruiksruimte als Gate – dat vorig jaar op initiatief van Brussel-Stad openging in de buurt van Brussel-Zuid. Het Brussels Gewest plant de komst van die nieuwe gebruikersruimte in 2027, maar Close wil dat die er volgend jaar al komt, desnoods op kosten van zijn gemeente.
Valkeneers juicht een nieuwe gebruikersruimte toe. Een dergelijke ruimte kan namelijk de risico’s van gebruik voor dakloze drugsverslaafden beperken, legt hij uit. "Een gebruikersruimte faciliteert geen drugsgebruik, maar richt zich op dakloze verslaafden die niet anders kunnen dan op straat te leven en te gebruiken. Ze hebben geen alternatief. En dan is een gebruikersruimte een pragmatische oplossing."
Een gebruikersruimte vermindert ook het druggebruik: "Dankzij de omkadering en het sociaal contact voelen ze zich beter in hun vel waardoor ze minder naar de drugs grijpen. Het is een safe space waar we hen kunnen begeleiden naar professionele hulpverlening”, stelt hij.
'Een gebruikersruimte faciliteert geen druggebruik, maar richt zich op dakloze verslaafden die niet anders kunnen dan op straat te leven en te gebruiken. Ze hebben geen alternatief'
Les Engagés steunt, bij monde van Brussels parlementslid Christophe De Beukelaer (les Engagés), het voorstel van Close: “Dat moet dan niet gefinancierd worden door Brussel-Stad, maar door het gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie.” Zo klinkt het ook aan Nederlandstalige, CD&V-kant. Vlaams minister van Brussel Benjamin Dalle (CD&V) vindt het "een goede zaak dat er meer voorzieningen komen voor drugsverslaafden". "Alleen is het vreemd dat een van de 19 burgemeesters met dat idee moet afkomen. De Brusselse regering doet te weinig. Eigenlijk is de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie bevoegd voor drugspreventie, maar als het gewest niets doet, tja...", aldus de minister.
MR verwijt op zijn beurt burgemeester Close laksheid en een gebrek aan politieke wil om de problemen aan te pakken. “De opening van nieuwe gebruikersruimte biedt geen antwoord in de strijd tegen drugshandel, narcoterrorisme en het geweld dat daarmee gepaard gaat", klinkt het.
Ook volgens Mathias Vanden Borre (N-VA) brengt een tweede gebruiksruimte geen zoden aan de dijk. Voor hem zijn de gebruikersruimtes “een draaideur voor drugsverslaafden" omdat er geen verplichting tot afkicken of registratie is. Problematisch is ook dat de gebruikersruimtes "gepaard gaan met een gedoogzone". Omdat drugsbezit in een straal van 500 meter rond de gebruikersruimte niet bestraft wordt. "Dat is de facto een gedoogbeleid voor harddrugs", aldus Vanden Borre.
Structurele oplossing nodig
Over één ding zijn alle partijen het eens: de drugsproblematiek in Brussel vraagt een structurelere oplossing. Valkeneers kadert het zo: "Drugsproblematiek is in de eerste plaats een probleem van armoede en dakloosheid. De crisis die we nu zien is een barometer van deze tijd. Het vraagt een aanpak van de armoede, van de wooncrisis en van de ongelijkheid in onze samenleving".
En dat kan Brussel niet alleen aan: “De federale regering, het Brussels gewest en alle andere actoren moeten rond de tafel gaan zitten om tot een gecoördineerde aanpak te komen in plaats van naast elkaar te werken", aldus Valckeneers.
Overleg over de Brusselse drugsproblematiek staat intussen maandag op de planning, in het kader van gesprekken over de toenemende onveiligheid rond het Zuidstation. Premier Alexander De Croo (Open VLD) en minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) lieten vrijdag te kennen dat er maatregelen genomen zullen worden om de veiligheid en leefbaarheid in en rond het Zuidstation te verbeteren en hebben daarvoor het Nationaal Crisiscentrum ingeschakeld. Die kreeg de opdracht om alle betrokken partners van de verschillende bestuursniveaus en betrokken diensten samen te brengen. Wel is de bedoeling dat het Brusselse gewest de verantwoordelijkheid na de opmaak van de plannen weer overneemt.
Dealen met drugs
Lees meer over: Brussel , Politiek , Dealen met drugs , burgemeester Philippe Close , drugsproblematiek , transit vzw , Mathias Vanden Borre , David Weytsman , gebruikersruimte
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.