Brussels Parlement keurt begroting meerderheid tegen oppositie goed

Het Brussels Parlement heeft vrijdag tijdens de laatste plenaire zitting van het jaar de begroting 2021 van het Brussels Gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (GGC) goedgekeurd. Dat gebeurde meerderheid tegen oppositie.

Vooruitkijkend naar 2021 ziet Brussels minister van Financiën en Begroting Sven Gatz (Open VLD) nog de schaduw hangen van 2020. "We zijn dit jaar door de uitzonderlijke omstandigheden die het gevolg zijn van de pandemie gedwongen geweest een krachtig relancebeleid te voeren en te blijven investeren om het economisch en sociaal weefsel van ons gewest zo goed mogelijk in stand te houden. Het ziet ernaar uit dat dit ook volgend jaar nog nodig zal zijn."

De Brusselse regering heeft voor volgend jaar opnieuw een provisie van 150 miljoen euro in de begroting ingeschreven voor de nodige economische en sociale steunmaatregelen. Daarnaast worden de relancemaatregelen van 2020 volgend jaar voor 133 miljoen verdergezet. De investeringen stijgen met 12 procent onder meer in sociale huisvesting, mobiliteit, het werkgelegenheidsbeleid en de uitvoering van het klimaatplan. Dat dit een invloed heeft op de schuld, is voor Gatz onvermijdelijk.

"In deze crisistijden volgen de ontvangsten niet de uitgaven", aldus de minister. "De uitgaven stijgen met 14 procent terwijl de inkomsten dalen met 3,7 procent. Verschillende maatregelen om ons economisch weefsel te ondersteunen hebben net betrekking op de teruglopende ontvangsten, zoals de vrijstelling van de citytax voor de hotelsector, de verlenging van betalingstermijnen en het hanteren van voorzichtige ramingsstaten. Volgend jaar zullen we voor elke euro die we ontvangen 1,2 euro uitgeven."