Clerfayt kaatst bal terug naar De Crem over afschaffing mondkapje in winkelstraat

Gaat het Gewest de verplichte mondkapjes in de winkelstraten van vier Brusselse gemeenten afschaffen? Het ziet er niet naar uit. Minister van Lokale Besturen Bernard Clerfayt (Défi) verwees in de commissie Binnenlandse Zaken door naar binnenlandminister Pieter De Crem (CD&V). “Wie beter dan de minister zelf kan controleren of gemeentebesluiten niet in overeenstemming zijn met zijn eigen besluiten?”

Vier Brusselse burgemeesters voerden begin mei op eigen houtje een verplichting in om mondmaskers in winkelstraten te dragen. Dat is het geval in de gemeenten Etterbeek, Sint-Pieters-Woluwe, Sint-Lambrechts-Woluwe en Sint-Joost. In die laatste gemeente is het mondkapje zelfs binnenin alle winkels verplicht, al houdt lang niet iedereen zich daaraan.

Op 15 mei stuurde minister De Crem een brief naar de provinciegouverneurs en de Hoge Functionaris in Brussel om hen te vragen gemeentelijke besluiten die indruisen tegen de federale maatregelen te schrappen. Daarover ondervraagd in de plenaire vergadering speelde minister-president Rudi Vervoort (PS) enkele dagen later de hete aardappel door naar Bernard Clerfayt (Défi), die als minister verantwoordelijk is voor de Brusselse lokale besturen.

Federale crisis

“Ik heb alle burgemeesters geïnformeerd en gevraagd of ze extra maatregelen hadden genomen”, zei Clerfayt maandag aan BRUZZ. “Dat die vier gemeenten extra regels hebben ingevoerd, weten we immers alleen via de pers. Tot nu toe heeft enkel Sint-Lambrechts-Woluwe geantwoord.”

Gaat het Gewest nu één lijn trekken qua mondkapjes, en worden de vier eigengereide burgemeesters teruggefloten? Dat wilden parlementsleden Els Rochette (One.brussels/SP.A) en Ahmed Mouhssin (Ecolo) dinsdag weten in de commissie Binnenlandse Zaken.

Dat ziet er niet naar uit. “Dit is een federale crisis, waarvan het beheer door de federale regering gebeurde”, zei Clerfayt. “Minister De Crem heeft nog altijd een voogdij over de materies onder zijn bevoegdheid. Hij kon dus perfect zelf schorsingen of vernietigingen opleggen van gemeentebesluiten die volgens hem de federale coronaverplichtingen niet volgen.”

“Hij doet het niet, dat is wel zo makkelijk, maar verwijst door naar provincies en gewest. Ik moet dat ook niet noodzakelijk doen. Hoe kan ik immers verifiëren of besluiten in overeenstemming zijn met de federale maatregelen die De Crem zelf invoerde? En als ik een gemeentebesluit zou schorsen of vernietigen moet ik dat natuurlijk kunnen verantwoorden.”

Desalniettemin heeft Clerfayt zijn administratie een juridische analyse gevraagd van de vier potentieel problematische gemeentebesluiten. Wanneer die klaar zal zijn, kon hij BRUZZ niet zeggen.

“Het is betreurenswaardig dat minister De Crem dit toezicht niet rechtstreeks heeft uitgeoefend, aangezien dit zou hebben gezorgd voor een uniforme interpretatie en toepassing van de wet op het hele grondgebied. Nu loopt hij het risico dat elk gewest en elke provincie de coronamaatregelen anders interpreteert."

“Dit is een politiek-juridisch probleem, de burger ligt er niet wakker van”, benadrukte Clerfayt nog. “Tot nu toe hebben we geen e-mails, telefoontjes of brieven gekregen van ontevreden burgers over de verplichting om een mondmasker te dragen.”