In juni van dit jaar heeft Steven Vanackere (51) zijn diploma van master in de Filosofie aan de KU Leuven behaald. In oktober is hij aan de KU Leuven Campus Brussel aangesteld als academisch beheerder. Hiermee voegt de CD&V-politicus nog twee mooie titels toe aan zijn cv. “Mensen zijn nieuwsgierige primaten,” zegt Vanackere.
Steven Vanackere (CD&V) wil KU Leuven in Brussel op de kaart zetten
Adjunct-kabinetschef, kabinetschef, directeur-generaal van de Haven van Brussel, adjunct-directeur-generaal van de vervoersmaatschappij MIVB, Vlaams minister van Welzijn, federaal vice-premier en minister van onder andere Institutionele Hervormingen, Ambtenarenzaken, Buitenlandse Zaken en Financiën. Een indrukwekkend cv. Nu verdeelt hij zijn tijd tussen de Senaat, de KU Leuven Campus Brussel en zitjes in de raden van bestuur van non-profitorganisaties zoals Fairtrade Belgium. Het begeerde doctoraat in de Filosofie zal nog even moeten wachten.
Vanackere: “Je moet, zeker in de politiek, goed opletten dat je niet samenvalt met de mandaten die je vervult. Je mag je nooit helemaal in beslag laten nemen door je mandaat, ook al ben je er vaak 20 uur op 24 mee bezig en ook al schenkt het mandaat je enorme voldoening. Zeg daarom niet: ‘Ik ben minister’, maar wel: ‘Ik vervul het mandaat van minister’. Je moet bij tijd en wijle afstand nemen van je eigen standpunten en luisteren naar anderen, zoniet is iedere kritiek een aanval op je persoon en dat is niet goed voor het ministerschap. Je moet ook na het ministerschap nog een goed leven als mens kunnen leiden.”
“Ik ben nog lang niet aan het uitbollen, na eenenvijftig jaar in het leven heb ik het gevoel dat het beste nog moet komen. Ik ben bevoorrecht met de kansen die ik gekregen heb. In tegenstelling tot veel fijne collega’s heb ik niet moeten knokken voor de politieke mandaten die ik vervuld heb. Yves Leterme is me in 2004 komen vragen of ik lijsttrekker wou worden voor Brussel. Ik had voordien niet eens moeten deelnemen aan verkiezingen. In 2007 vroeg Leterme om Vlaams minister van Welzijn te worden en in 2011 is Herman van Rompuy me komen vragen om vice-premier te worden. Het was het laatste waaraan ik dacht. Ik voel me dus wel degelijk bevoorrecht. Ieder mens in mijn situatie moet het lot dankbaar zijn.”
Filosofische reflectie
“Je moet geen filosofie gestudeerd hebben om de condition humaine te definiëren als: mensen zijn vragende wezens. Het kind dat net kan praten vraagt al aan zijn moeder: ‘Waarom is de maan rond? Waarom groeit er nu geen gras en in de zomer wel?’ We zijn nieuwsgierige primaten, het is onze nieuwsgierigheid die ons vooruitgang heeft laten boeken in de evolutionaire geschiedenis. Maar het is de capaciteit om vragen te stellen over de vragen, die ons de kans biedt om evenwicht te brengen in het leven.”
“Wie bij de eerstegraadsvragen blijft, loopt het risico om bij tegenslag verbitterd of agressief te worden. Dan wordt er een schuldige gezocht. In dat opzicht helpt filosofie om beter te leven. Maar de professoren van de KU Leuven hebben me ook geleerd dat filosofie zich niet laat onderschikken aan het nuttige. Filosofie is niet nuttig. Ik vind in de filosofie enorm veel voldoening, maar dat zit in de aard van het beestje. Ik durf mijn eigen uitgangspunten in vraag te stellen, daar ben je nooit te oud voor. Dat is wat filosofisch in het leven staan betekent voor mij: niét anderen diets maken dat ze het verkeerd voor hebben.”
Deleuze en Marx
“Daarom heb ik voor mijn masterproef filosofen gekozen die ver van mij afstaan: Gilles Deleuze en Karl Marx. Ik ben een christendemocraat, transcendentie maakt deel uit van mijn wezen. De hang naar het transcendente is niet aangeleerd maar natuurlijk. In tegenstelling tot Deleuze geloof ik dat we meer zijn dan een biologisch accident. Deleuze, een van de koningen van de Franse filosofie in de twintigste eeuw, zei het onomwonden: ‘Maak u geen begoochelingen, alles wat boven het materiële uitstijgt, zijn verzinsels van mensen.’ En alhoewel de immanentie van Deleuze en Marx heel ver van mij afstaat, heb ik de teksten van Deleuze met veel eerbied gelezen. Ik heb de polemiek niet gezocht, maar hij heeft mij ook niet bekeerd.”
“Ik heb Deleuze gecombineerd met Marx. In een van zijn laatste interviews voor hij zich in 1995 suïcideerde, heeft Deleuze laten optekenen dat zijn volgende boek La grandeur de Marx zou heten. Ik heb gepoogd te achterhalen wat er in dat boek zou hebben gestaan.”
“Marx leunt evenmin aan bij mijn diepste economische overtuigingen – Marx was trouwens een veel beter filosoof dan econoom, hij heeft zich als econoom zwaar vergist. Hij is een veel beter filosoof dan velen vandaag beseffen. Marx zegt relevante dingen voor de mensen van vandaag. Een voorbeeld: het belang dat mensen hechten aan dat abstracte ding dat geld is en hoe dat tot stand is gekomen.”
“De deeleconomie, waar heel veel mensen vandaag hoog mee oplopen, is hier een treffend voorbeeld van. Die deeleconomie wordt heel snel een onderdeel van het carcan van het kapitalistisch systeem. Als ik een plaats vrij heb in mijn auto wanneer ik naar Zuid-Frankrijk rijd en ik bied die aan iemand aan, dan heet dat edelmoedigheid. Maar hoop ik later in ruil voor die lift een halve dag over een gratis klusjesman te beschikken, dan is dat ruil. De volgende stap is de omzetting naar centen.”
“Volgens Marx is het misgelopen toen de grenzen van de natuurlijke gemeenschappen overschreden werden. Binnen de natuurlijke gemeenschappen was er amper ruil, waren er geen vaste posities. Het is pas toen we met vreemdelingen – mensen die niet tot onze natuurlijke gemeenschap behoren – omgingen, dat er ruil kwam. En die heeft volgens Marx een vernietigende invloed gehad op de menselijke relaties: het omzetten van edelmoedigheid en camaraderie in centen. Marx heeft echter niet gezien dat die ‘perverse’ ruil en de globalisering die ermee gepaard gaat tot enorme welvaart heeft geleid. Binnen de kapitalistische economie zorgt de ruil met vreemdelingen voor een toename van welvaart.”
Populistische druk
“Ik ben senator, dat is een job waarvan het beeld vandaag moeilijk weerstand biedt aan populistische druk van zij die zeggen dat de Senaat meer kost dan de staatsveiligheid. Dat is feitelijke onzin. De grootste uitgaven van de Senaat zijn de pensioenen van voormalige senatoren, kosten die de Kamer anders in zijn ééntje zou moeten dragen, met personeelsleden met een lange staat van dienst die ook in een eenkamerstelsel verder zouden moeten betaald worden. Ik ga niet de vergelijking maken met Ford Genk, maar je kan die mensen niet zomaar wegtoveren.”
“De Senaat kostte 70 miljoen euro per jaar. Dat is inmiddels gezakt tot 50 miljoen en dat gaat nog verder zakken. De weddes van de senatoren kosten ruwweg 1,2 miljoen euro per jaar, de gemeenschapssenatoren worden betaald door de gemeenschappen en de gecoöpteerde senatoren, waartoe ik behoor, krijgen de helft van de wedde van een volksvertegenwoordiger. Die 1,2 miljoen euro is als ik me niet vergis precies het bedrag dat de helfie-campagne van de N-VA heeft gekost.”
“Er is nog een toekomst voor de Senaat, die de deelstatenkamer geworden is. Het laatste rapport waar ik als voorzitter van de commissie Internationale en Gewestelijke Materies aan heb meegewerkt, formuleert 61 aanbevelingen die heel concreet zeggen hoe we het als land beter kunnen doen. Annick De Ridder, de fractieleidster van de N-VA, zegt: niemand leest de rapporten van de Senaat. Wel, ze zouden beter gelezen worden. Van alle 28 landen van de EU heeft België de meeste inbreukprocedures aan zijn been wat betreft de niet-implementatie van de Europese regelgeving. Het deficit in de achterstand mag nooit meer dan 1 procent zijn, België stond in november op 1,4. Dat choqueert mij, maar ik wanhoop niet.”
“Sommigen denken dat we nog resoluties moeten stemmen over de bescherming van de Noordpool of de erkenning van Palestina. Dat zijn zeer eerbare doelstellingen, maar dat is niet langer de taak van de Senaat. De Senaat moet een ontmoetingsplaats zijn voor de gemeenschappen. Het moeizame intra-Belgische klimaatakkoord over de verdeling van de lasten en de lusten is nog een voorbeeld dat de noodzaak van de Senaat aantoont. De plenaire vergadering heeft op 11 december ingestemd met mijn voorstel om daarover een volgend verslag op te stellen.”
KU Leuven in Brussel
“KU Leuven-rector Rik Torfs heeft me gevraagd om academisch beheerder te worden van de campus Brussel en de campus Sint-Lucas. De KU Leuven moet een partner worden voor de overheden in Brussel en moet mee aan tafel zitten als de Brusselse universiteiten en hogescholen overleggen en overeenkomsten sluiten. De KU Leuven is een grote universiteit, die intimiderend kan overkomen, maar in Brussel zijn we een speler samen met de anderen. We bieden niet alle opleidingen aan. We bieden wel goede kwaliteit aan in een viertal richtingen: Economie, Letteren – met Journalistiek, Architectuur en Rechten. In Rechten verzorgen we trouwens ook een tweetalige opleiding samen met Saint-Louis, een unieke formule voor tweetaligen en de zovele mensen die later in een tweetalige omgeving moeten werken.”
“Brussel heeft ook excellent onderwijs nodig voor de mensen van hier. De participatie van heel veel jonge talentvolle mensen, die geen Belge de souche zijn, is veel te laag. Deze stad, waarin ik sterk geloof, kan ook vanuit de KU Leuven – toch een universiteit met een topranking – verder versterkt worden.”
BDW-kerstinterviews 2015
Lees meer over: Politiek , Samenleving , BDW-kerstinterviews 2015
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.