In juli hebben 3.047 mensen een verzoek om internationale bescherming in België ingediend bij het Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en Staatslozen (CGVS). De mensen die een verzoek indienen zijn voornamelijk afkomstig uit Afghanistan, Syrië, Burundi en Palestina. Dat blijkt uit de cijfers van het CGVS.
3.047 verzoeken om internationale bescherming in België ingediend in juli
Het merendeel, 2.660 personen, diende een eerste verzoek om internationale bescherming in. Nog eens 382 mensen dienden een volgend verzoek in. Daarnaast werden vijf personen geregistreerd die via hervestiging naar België kwamen.
Dat brengt het totale aantal verzoekers in juli op 3.047 mensen. Vorig jaar, in juli 2021, waren dat er nog 2.392. 2.194 mensen ontvingen in juli een beslissing over hun verzoek om internationale bescherming.
Bijna de helft (1.021 mensen) zag de vluchtelingenstatus erkend. 52 anderen werd een subsidiaire beschermingsstatus toegekend. Bij bijna een vijfde van de beslissingen die in juli door het Commissariaat-Generaal genomen werden, werd het verzoek als niet-ontvankelijk of ongegrond beschouwd. 626 mensen werd de vluchtelingenstatus en subsidiaire beschermingsstatus geweigerd. Van vijf mensen werd het statuut ingetrokken of opgeheven.
Eind juli bedroeg de werklast 16.593 dossiers voor bijna 20.000 personen. "Gelet op de huidige instroom kunnen 4.200 dossiers als een normale werklast worden beschouwd. 12.393 dossiers maken de reële achterstand uit", klinkt het bij het Commissariaat-Generaal. In juni kampte het CGVS nog met een achterstand van 13.112 dossiers.
Lees meer over: Brussel , Samenleving , vluchtelingen , internationale bescherming