Van de gezondheidswerkers in Belgische ziekenhuizen had begin mei 8,4 procent antilichamen tegen SARS-CoV-2, het virus dat COVID-19 veroorzaakt. Dat blijkt uit een onderzoek van Sciensano en het Instituut voor Tropische Geneeskunde (ITG).
Antilichamen bij 8,4 procent gezondheidswerkers in ziekenhuizen
De resultaten weerspiegelen infecties die minstens twee weken voor de bloedafname plaatsvonden. Ook meldde meer dan 90 procent van de deelnemers die positief testten voor antilichamen, minstens één symptoom van COVID-19 sinds het begin van de epidemie.
Vergeleken met een eerder onderzoek in samenwerking met het Rode Kruis bij de gezonde, volwassen bevolking - waaruit bleek dat 4,3 procent antilichamen had - hebben ongeveer dubbel zoveel gezondheidswerkers in het ziekenhuis antilichamen tegen het virus, aldus Sciensano en het ITG in een gezamenlijk persbericht.
"De aanwezigheid van antilichamen is wel minder hoog dan verwacht, gezien zorgpersoneel in ziekenhuizen vermoedelijk meer wordt blootgesteld aan de infectie," klinkt het nog. "De aanwezigheid van antilichamen zegt nog niet meteen iets over eventuele bescherming bij een volgende blootstelling aan SARS-CoV-2. Daarvoor is verdere opvolging en onderzoek nodig."
Voor het onderzoek zijn tussen 6 en 10 mei 785 bloedstalen genomen bij gezondheidswerkers in Belgische ziekenhuizen.
Lees meer over: Brussel , Samenleving , besmetting coronavirus , coronavirus , resistentie coronavirus
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.