Brussel eist 2,1 miljoen euro voor geluidsoverlast door luchtverkeer

Minister van Leefmilieu Céline Fremault (CDH) eist 2,14 miljoen euro aan dwangsommen van de federale overheid voor de lawaaihinder die Brussel in april ondervond door het luchtverkeer van en naar de luchthaven van Zaventem.

Volgens de minister lag het aantal overschrijdingen van de normen in april tien maal hoger dan in maart, toen Brussel 270.000 euro eiste. De beslissing slaat op de toename van het aantal inbreuken ten opzichte van dezelfde periode in 2017. Het aantal inbreuken in 2017 werd in een vonnis van 1 februari voorgesteld als referentiejaar.

De rechtbank van eerste aanleg verbiedt gedurende 18 maanden elke verhoging van het aantal inbreuken tegen het Brusselse geluidsdecreet uit 1999 voor de periode tussen 23.00 en 07.00 uur voor de vluchten die opstijgen langs de Kanaalroute, de Ringroute of vanop piste 01. Sind februari maakt Fremault maandelijks de vergelijking, maar de dwangsommen voor april liggen beduidend hoger.

214 overschrijdingen

Ten opzichte van maart 2017 waren er de voorbije maand maart welgeteld 27 inbreuken. Voor de maand april maakt Fremaul gewag van 214 overschrijdingen in vergelijking met april 2017. Dat brengt het bedrag aan dwangsommen dat het federale niveau aan Brussel moet betalen op 2,14 miljoen euro, zegt de minister.

Ze herinnert eraan dat de federale regering tegen 3 juni een effectenstudie moet klaarhebben over de geluidshinder door de luchthaven. "Tot op heden hebben mijn kabinet, noch de administratie of de gemeenten niet het minste contact gehad met studiebureau Envisa of met de federale regering over de aanbevelingen voor de toekomst", aldus Fremault.