De staatshervorming en ik (1): Kinderbijslag
Lees ook: De spraakmaker: Joëlle Milquet
De overheveling van de kinderbijslag naar de deelstaten is de meest ingrijpende van de zesde staatshervorming. Het gaat om in totaal zes miljard euro die voortaan door Vlaanderen, Brussel en Wallonië besteed zal worden, of 6 procent van de sociale zekerheid. Ook de geboortepremie is voor de deelstaten.
In Brussel zal de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (GGC) het budget beheren. Het gaat om 600 miljoen euro. Franstalige en Vlaamse Brusselaars zullen dat volledig in consensus doen.
De GGC moet niet alleen het geld beheren. De instelling wordt ook bevoegd voor de bepaling van de tarieven. Vandaag wordt er voor het eerste kind maandelijks 90 euro uitgekeerd, 167 euro voor het tweede en 250 vanaf het derde en alle volgende kinderen. Tenminste voor bedienden, want er zijn maar liefst vier verschillende stelsels. De federale regering heeft zich voorgenomen om die eerst tot één stelsel te hervormen.
Zowel binnen de GGC zelf (topman Alain Joris), als binnen de Brusselse regering (Charles Picqué) gaan er niet meteen stemmen op om al meteen aan de tarieven te sleutelen. Nochtans had parlementslid Vincent De Wolf (MR) hier enkele maanden geleden toe opgeroepen. Hij ziet de kinderbijslag als een instrument om de bevolkingstoename in Brussel onder controle te houden. Dat lokte hevige reacties uit. Tegenstanders opperen dat gezinnen met meer dan drie kinderen maar enkele procenten uitmaken in Brussel en dat de bevolkingstoename er voornamelijk komt door migratie. De kinderbijslag verlagen voor kroostrijke gezinnen, zal de bevolkingstoename volgens hen dus niet afremmen.
Waarschijnlijker is dat alles de komende jaren bij het oude zal blijven. Pas als een van de gewesten aan de tarieven sleutelt, zullen de andere snel volgen om te vermijden dat de verschillen al te groot worden. Het is uitkijken naar Vlaanderen, dat een kindpremie wil invoeren. Zal het die incorporeren in de Vlaamse kinderbijslag? De Vlaamse regering doet er momenteel het zwijgen toe.
Wie geen goed oog heeft in de overheveling, is professor Bea Cantillon (UA) in het boek België, quo vadis? (Intersentia 2012). Volgens haar heeft de organisatie van de sociale zekerheid nood aan een juiste schaal: niet te klein, niet te groot. Brussel lijkt écht wel te klein als territorium voor de uitbouw van een sociale zekerheid.
Daarnaast waarschuwt ze voor perverse effecten. Vlaanderen zal meer krijgen dan nu, Brussel minder. Het geld wordt immers onder de deelstaten verdeeld pro rata van de 0 tot 18-jarigen. In Brussel zijn er echter heel wat kinderen die recht hebben op een verhoogde kinderbijslag, namelijk een derde van de kinderen. Dat wordt niet in rekening gebracht, waardoor Brussel uiteindelijk minder zal krijgen. De federale regering lost dat op door een overgangsperiode te voorzien. De eerste tien jaar via een vereveningsbedrag. Daarna wordt die extra dotatie afgebouwd.
WANNEER? 1 januari 2015
De federale regering legt momenteel de laatste hand aan de teksten die de bevoegdheidsoverdracht naar de deelstaten regelen. Voor de zomer zouden die in het parlement moeten zijn ingediend, zodat ze in 2014 en 2015 werkelijkheid worden. Voor sommige partijen gaat het om kruimels die niets wezenlijks veranderen aan de Belgische staatsstructuur. Kan zijn, maar de impact op het beleid en de veranderingen op het terrein zijn zeker niet onbeduidend. Kinderbijslag, controle op de werkloosheid, ligdagprijs in het ziekenhuis of hypothecaire aftrek, het zijn stuk voor stuk belangrijke elementen in het leven van vele Brusselaars. Wij belichten de vier belangrijkste transfers van de zesde staatshervorming en bekijken samen met specialisten hoe ingrijpend die het leven van de Brusselaar kunnen veranderen.
De zesde staatshervorming
Lees meer over: Samenleving , De zesde staatshervorming
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.