Passieve NMBS vraagt meer inspraak over Zuidwijk

De NMBS wil meer inspraak in de uitwerking van het richtschema voor de Zuidwijk. Naar eigen zeggen wordt de spoorwegmaatschappij enkel geïnformeerd door de Brusselse regering over de ideeën en visies, maar heeft ze verder niets in de pap te brokken. De maatschappij nam nog geen initiatieven om het richtschema concreet te maken.

Na lang overleg werd het richtschema voor de Zuidwijk begin dit jaar goedgekeurd door de Brusselse regering. Dit plan moet een kader scheppen voor de toekomst van het Zuidstation en de omgeving ervan.

Naast de vernieuwingswerken voor de openbare ruimte en tramhaltes rond het station, wil de regering er ook vastgoedprojecten uit de grond stampen, met torens aan beide zijden van het Zuidstation voor woningen, kantoren en winkels.

Werkgroep
Het probleem is evenwel dat heel wat van de gebouwen en terreinen eigendom zijn van de NMBS, die dus het laatste woord heeft over de precieze uitvoering van de projecten.

Overleg tussen de Brusselse regering en de NMBS lijkt dus onvermijdelijk om het plan te concretiseren, maar net daar lijkt het mis te lopen. “Voorlopig moeten wij ons baseren op het richtschema van het Gewest”, zegt NMBS-woordvoerder Ines Venneman. “Wij worden wel geïnformeerd, maar wij zouden graag een werkgroep zien ontstaan met alle betrokken partijen waarin we de plannen gezamenlijk kunnen uitwerken.”

Naar eigen zeggen heeft de NMBS nog steeds geen enkel concreet voorstel van de overheid ontvangen. “Men wil onze administratieve gebouwen bijvoorbeeld vervangen door een toren met gemengde functies”, zegt Venneman. “Maar waar moeten onze werknemers in tussentijd dan naartoe? Er zijn nog veel vragen waarop we geen antwoord hebben gekregen.”

Daarnaast heeft een rapport van de NMBS uitgewezen dat het gebruik van de lege ruimtes onder de sporen ter hoogte van de Europaesplanade “problematisch is voor de veiligheid van het treinverkeer”. Minister-president Rudi Vervoort (PS) droomde al luidop van een markthal en horeca op die plek om de buurt aantrekkelijker te maken.

“Als er brand zou uitbreken op die plek onder de belangrijke noord-zuidverbinding, is er geen treinverkeer meer mogelijk in heel het land”, aldus Venneman.

Investeringsplan
Wat ten slotte ook meespeelt in de trage ontwikkeling van de stationsbuurt, zijn de besparingsmaatregelen van de federale regering. Ook het investeringsplan voor de spoorwegen laat al twee jaar op zich wachten. De enige garantie die de NMBS intussen heeft, is dat er geld komt voor de renovatie van de perrons en luifels in het station.

Over de renovatie van de gevel van het stationsgebouw en de ontwikkeling van het oude postsorteercentrum aan de zijde van de Fonsnylaan, die beide deel uitmaken van het richtschema, is dus nog niets beslist.

Het kabinet van de huidige minister van Mobiliteit François Bellot (MR) laat weten dat de gesprekken over het investeringsplan vlot verlopen en dat er al veel vooruitgang is geboekt. Een precieze timing kon het kabinet evenwel nog niet geven.