Unicef klaagt ongelijkheid op school aan

Maatschappelijk kwetsbare jongeren in Brussel krijgen het op school vaak hard te verduren. Dat blijkt uit een rapport van Unicef, waarvoor de organisatie 1.000 jongeren bevraagd heeft.

Unicef deed onderzoek naar de onderwijservaringen van kansarme kinderen en vroeg hen hoe zij het schoolleven ervaren. En wat blijkt: kinderen met een moeilijke achtergrond krijgen het op school vaak nog eens opnieuw moeilijk.

"Ik heb vaak te horen gekregen dat als Abdel en Marie allebei zes buizen hebben, Marie dan aangemoedigd wordt, terwijl Abdel naar het TSO wordt verwezen", zegt Gaëlle Buysschaert van Unicef. "Dat soort verschillen wegen zwaar door op een reeds gekwetste binnenkant."

Leerlingen getuigen in een filmpje voor Unicef ook over hoe ze soms maanden geen leerkracht hadden. "Brussel is een uitvergroting van de Belgische problemen", zegt Buysschaert. "Wat we te horen kregen over onaangepaste infrastructuur vertaalde zich in Brussel tot verhalen over kapotte ramen en kinderen die met de jas aan les moeten volgen."

Het onderwijsdebat is hot in Brussel en in heel België. Met dit onderzoek wil Unicef de stem van de kinderen zelf laten horen. Want het is dringend tijd voor actie, vindt de organisatie. Een op zeven kinderen verlaat de school zonder diploma, en dat zijn vooral kinderen die van thuis uit kwetsbaar zijn. Die groep is in Brussel het grootst, een op drie kinderen begint met een sociale achterstand aan school.

"Het is tijd om iets te doen. We moeten stoppen met verantwoordelijkheden naar elkaar doorschuiven. Kinderen mogen niet het slachtoffer worden van onze institutionele complexiteit."