Zestien procent meer fietsers
Lees ook: Vijfde meer fietsers in 2009
O m de mobiliteitsknoop te ontwarren en de uitstoot van broeikasgassen tegen te gaan, wil het Brussels Gewest het autoverkeer tegen 2020 met twintig procent terugdringen. Tegelijk moet het aantal fietsverplaatsingen stijgen tot twintig procent van het totaal.
Die laatste doelstelling, een echte modal shift, is nog lang niet bereikt. Maar vier procent van de verplaatsingen in Brussel gebeurt met de fiets. Toch gaat het de goede richting uit. Het aantal fietsers stijgt nu al voor de twaalfde keer op rij, sinds het Fietsobservatorium (Pro Velo) met tellen is begonnen. Gemiddeld bedraagt die stijging dertien procent. Vorig jaar bedroeg de stijging zestien procent.
De evolutie van het fietsverkeer de afgelopen jaren. De cijfers geven de gemiddelden en totalen aan op zestien meetpunten.
Wetstraat: teveel om tellen
Vooral over wat langere tijd gezien levert dat spectaculaire cijfers op. Zo is aan de Vlaamse Poort en de Schaarbeekse Poort tussen 2005 en 2010 het aantal fietsers met 130 procent gestegen; aan de Van Praetbrug is het aantal fietsers in die periode zelfs verdrievoudigd. In de Wetstraat is het aantal fietsers verdubbeld, en daar wérd al veel gefietst sinds er een fietspad ligt. Nu wordt daar zoveel gefietst - tot zeshonderd fietsers per uur tijdens de spits op een dag in maart 2010 -, dat het onmogelijk is geworden om nog manueel te tellen. Er is intussen een automatische teller geïnstalleerd. Ten westen van het kanaal (Anderlecht, Molenbeek, Jette, Laken) is de fiets beduidend minder populair.
Voor het eerst zijn ook de Villo-fietsers geteld. Omdat de Villo-huurfietsen nog niet overal in Brussel beschikbaar zijn, valt hier moeilijk een alomvattende conclusie uit te trekken, maar in de buurten waar Villo actief is, rijdt zo'n tien procent met een gehuurde fiets. De stijging van het fietsgebruik is dus vermoedelijk ook aan Villo te danken.
Vrouwen
Heikel blijft de man-vrouwverdeling. In 2010 was van de 12.466 getelde fietsers zeventig procent van het mannelijke geslacht. Vrouwen springen in Brussel dus merkelijk minder snel op de fiets. Dat is al zo sinds de eerste tellingen in 1999. Staatssecretaris De Lille: "Een echte verklaring hebben we niet. Uit andere studies weten we wel dat vrouwen fietsen in de stad al snel als onveiliger aanvoelen. Daarnaast heeft het wellicht ook met hun manier van verplaatsen te maken. Vrouwen gaan meer van hot naar her, voor de kinderen of de boodschappen. Dan vinden ze de fiets al snel minder aangewezen." De Lille hoopt hier, bijvoorbeeld met een campagne, wat aan te doen.
Het Fietsobservatorium heeft ook op een aantal plaatsen de fietsverlichting geanalyseerd. Zo'n zestig procent van de fietsers blijkt in orde met zijn verlichting. Twintig procent van de fietsers rijdt onverlicht rond, "en dat is ronduit gevaarlijk," merkt De Lille op. En hoewel de fluovestjes niet verplicht zijn, rijdt zo'n 42 procent ermee rond. Ongeveer evenveel fietsers (38 procent) zetten een helm op.
Lees meer over: Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.