Ook Brussel ontsnapt niet aan needle spiking, waarbij nietsvermoedende feestvierders met een naald geprikt worden. Afgelopen zaterdag zouden zeker twee personen geprikt zijn op de Belgian Pride. Wat weten we over deze 'wilde prikken'? Een overzicht in vijf vragen, beantwoord door Tom Evenepoel, coördinator van de Druglijn.
Vijf vragen over needle spiking: 'Wat als ik geprikt ben?'
1. Wat zijn ‘wilde prikken’ en waar komt het fenomeen vandaan?
“Het is een fenomeen waar wij voor het eerst van gehoord hebben in het najaar van vorig jaar, bij de start van het nieuwe academiejaar in Groot-Brittannië. Het waren vooral studenten die melding dachten gedrogeerd te zijn na het uitgaan. Het loopt analoog met drink spiking, waarbij iets in een drankje wordt gedaan, met het verschil dat mensen hier dachten een prik te voelen, of een prikletsel te zien. We spreken dus van needle spiking wanneer iemand stiekem gedrogeerd wordt via een injectienaald.”
2. Weten we wat er wordt toegediend?
“Niet exact. De symptomen van needle spiking zijn gelijkaardig aan die van drink spiking. Dat wil zeggen dat het kan gaan over verdovende drugs, maar er zijn evengoed tal van medicijnen die in dat plaatje passen. Ook niet te vergeten: de factor alcohol. Deze kan als vuurversneller dienen, waardoor we een ‘1+1=3’-verhaal krijgen.
Het moeten in ieder geval producten zijn die symptomen als duizeligheid, hoofdpijn, misselijkheid, desoriëntatie en black-outs kunnen triggeren.”
3. Waarom is het zo moeilijk op te sporen?
“De stoffen die door toxicologen worden genoemd (voornamelijk fentanyl en ketamine), zijn heel moeilijk of slechts voor een korte periode op te sporen in het lichaam. Het gaat hier dan ook meer om hypothesen dan om bewijzen qua stoffen.
Daarnaast vinden hulpdiensten slechts in een klein aantal gevallen bewijzen van injectie terug op de huid, wat in schril contrast staat met de – soms – honderden meldingen.
Het lijkt ook dat we met pieken zitten: vorig jaar in het najaar in Groot-Brittannië, daarna in Frankrijk en nu zijn België en Nederland aan de beurt. Dat creëert allerlei hypothesen waardoor we ons de vraag kunnen stellen of we met een verhaal van angst, van massapsychose zitten.
We mogen zeker niet kort door de bocht gaan, maar we moeten wel de nodige vragen stellen. Zo zijn er langere naalden nodig om door kledij te dringen en is het zeker niet makkelijk een injectie toe te dienen als iemand aan het bewegen is. Er zijn namelijk al wel gevallen waar heel snel analyses zijn gebeurd, maar niets gevonden is. Dan rijst de vraag: zou er effectief iets geïnjecteerd zijn? Maar opnieuw: de meldingen zijn er, die worden zeker serieus genomen.”
4. Wat als je geprikt bent?
“Probeer eerst en vooral te voorkomen dat je bij het uitgaan in een complete mindset van achterdocht of wantrouwen terechtkomt. Dat is niet de bedoeling van uitgaan, je moet kunnen ontspannen en je amuseren.
Wees vooral zorgzaam voor jezelf en voor de mensen rondom je. Houd elkaar in de gaten, probeer in te grijpen als je iets raars ziet gebeuren en wees assertief. Denk je dat er bij jezelf of iemand anders iets kan gebeurd zijn? Spreek dan zo snel mogelijk (beveiligings)personeel aan, of, als die aanwezig zijn, hulpdiensten. Laat het taboe ‘wat gaan mensen van mij denken?’ zeker achterwege. Hoe sneller meldingen gemaakt worden, hoe sneller iets kan teruggevonden worden.
Op emotioneel vlak is het heel belangrijk dat je met iemand spreekt over je ervaring, dat kunnen vrienden, familie of professionals zijn.”
5. Is er iets dat uitbaters of organisatoren kunnen doen?
“Zeker wel. Het VAD (Vlaams Expertisecentrum voor Alcohol en andere Drugs) zet in op preventie in verschillende settings, ook bij het uitgaan. We zijn al langer bezig met het voorkomen van overschrijdend gedrag: dat zijn dingen die echt niet mogen gebeuren, vandaar dat we ook vooral het probleem an sich willen aanpakken.
Voor uitbaters van clubs of voor organisatoren zijn er trainingen waarin ze leren omgaan met drank- en drugsincidenten, bijvoorbeeld, het verantwoord schenken van alcohol. We weten dat de sector openstaat om daaraan mee te werken, dat gaat van campagnes voeren tot organisatoren die zelf initiatief nemen. Zo namen bars in de Gentse Overpoort zelf initiatief om barpersoneel te trainen.”
Lees meer over: Brussel , Veiligheid , nachtleven , needle spiking , Belgian Pride , Brussel , uitgaansleven