Reportage

Brusselse jeugd en openbare ruimte: 'Tijd om de pleinen te heroveren op de toeristen'

Tom Peeters
© BRUZZ
05/09/2024
Updated: 06/09/2024 10.57u

Een dikke maand voor de lokale verkiezingen gaan de Brusselse jongeren in de Ancienne Belgique in debat met de politiek over de publieke ruimte. 'Are we lost in public space?' vragen de initiatiefnemers van collectief Free 54 en een resem andere verenigingen zich af. “De Beurs zou een keiziek plein kunnen zijn met allerlei gratis events. Maar nu is het een attractiespot voor toeristen, een plek om te consumeren.”

Een warme woensdagmiddag wikkelt zich rond het handvol zitbanken dat het Sint-Katelijneplein nog rest. Er staan er nog vier voor de kerk en één vlak naast het terras van visbar Noordzee, dat aan het vollopen is. Mensen verpozen er even, of genieten van hun lunch. Aan de overkant blijven de terrassen van de restaurantketens, die een groot deel van het plein inpalmen, opvallend leeg.

“Gisteravond was het drukker,” zegt drumster Engel Peet (24). “Na de Feeërieën hebben we op de trappen van de kerk nog iets van de nachtwinkel gedronken.” Het is een oude gewoonte, want al sinds haar vijftiende komt ze hier chillen. “Zeker op vrijdagavond was het hier altijd gezellig druk, maar intussen is er veel veranderd. Tegenwoordig blijven we in onze stamcafés hangen, of trekken we naar de parken. We zitten nog graag op een plein, maar dat is vandaag veel minder vanzelfsprekend geworden. Je merkt het: de lege terrassen ginder nemen de ruimte in waar wij zouden kunnen zitten.”

Omdat ze hier zo vaak rondhing, kwam ze in contact met het collectief Free 54 en begon ze mee te doen aan de protesten die zij op het plein organiseerden tegen de vermarkting van de openbare ruimte. “Het deed me beseffen wat het betekent om gewoon op een plein te mogen chillen zonder iets te moeten. We kwamen er niet alleen onze eigen bubbel tegen, maar raakten ook bevriend met de thuislozen die er rondhingen en met de lokale handelaars, bij wie we onze pintjes of samosa's haalden, maar die nu verdreven of weggemoffeld zijn. Het gevolg is dat de jeugd die het geld niet heeft om te consumeren nu vaak gewoon thuis samenkomt, of in de parken, en dus meer verspreid zit.”

"Het skatepark dat ze aan Thurn & Taxis neergezet hebben, is duidelijk ontworpen door architecten die geen flauw benul hebben van skaten. Megagevaarlijk"

Marius Acho, alias rapper Yung Frozze

Peet beseft dat te veel nostalgie niet goed is, maar ze vindt het nog altijd veel leuker om vrienden te maken op plekken waar je niet vooraf kiest om elkaar te ontmoeten. De protesten die tijdens en vlak na de pandemie wat waren gaan liggen, worden nu met de gemeenteraadsverkiezingen in het vooruitzicht opnieuw opgepikt. “We bleven ons afvragen wanneer genoeg genoeg is,” klink het nadat ze verteld heeft dat er nu ook vijf fietsnietjes zijn weggehaald om plaats te maken voor een terras. “Ik ben nog steeds aan het uitzoeken waar ik mijn fiets nu best zet. Kijk (wijst richting Noordzee), als het terras vol zit, schuift men gewoon een extra tafeltje aan.” Het gevoel leeft dat restau-ranthouders daar amper op aangesproken, laat staan gecontroleerd worden, terwijl jongeren al snel van samenscholing en overlast beschuldigd worden. “Vooral die dubbele standaarden wekken wrevel op, net als het alcoholverbod hier.”

“We zitten nog graag op een plein, maar dat is vandaag veel minder vanzelfsprekend. Lege terrassen nemen de ruimte in waar wij zouden kunnen zitten”

Engel Peet

Drumster

Alexander Aerts (27) zat in het laatste jaar middelbaar in de Moutstraat toen hij, aangestoken door de protesten van Free 54, mee is beginnen actie te voeren. “Het gaat over veel meer dan het Sint-Katelijneplein alleen. Waarom is het De Brouckèreplein nog steeds een leeg, zwart gat, met nog minder sociale controle dan vroeger? Het ligt centraal, er zijn weinig terrassen, je zou er dus perfect een buurtspeeltuintje kunnen neerpoten. Of ligt het daar dan toch alleen maar om evenementen op te kunnen organiseren?”

“Men heeft het graag over veiligheid, maar die hangt ook af van hoe en voor wie je de publieke ruimte inricht.” Ook hij ziet de plekken om te hangen schaarser worden. “Hier wat verderop wordt het basketbalpleintje binnenkort heraangelegd. Er is de Kunstberg. Even zaten er veel jongeren aan de Papenvest, maar dat heeft niet lang geduurd. Je moet altijd rekening houden met politiecontroles.”
Bij die jongere generatie zelf kom je al snel uit buiten 1000 Brussel. “Ik ben als skater zelf vaak te vinden op Place Mor(ichar) in Sint-Gillis, maar meestal zit ik in het Laarbeekbos in Jette,” zegt rapper Marius Acho (21) alias Yung Frozzze. “En vrai, er zijn tegenwoordig zoveel terrassen dat we haast geen andere keuze hebben dan er zelf ook te gaan zitten. Neem nu de Beurs, dat zou een keiziek plein kunnen zijn met allerlei gratis events. Maar nu is het een attractiespot voor toeristen. Op al die open airs draait het evengoed om consumeren.”

1901 Publieke ruimte jongeren Engel Peet en Alexander Aerts Stefaan Kaberuka en Marius Acho alias rapper yung Frozze en Alejandro

Saskia Vanderstichele

| Marius Acho alias rapper Yung Frozzze, Alejandro Sardo Viscuglia, Stefaan Kaberuka, Alexander Aerts en Engel Peet: “Waarom is het De Brouckereplein nog steeds een leeg, zwart gat, met nog minder sociale controle dan vroeger?”

Zijn kameraad Alejandro Sardo Viscuglia (19) is het helemaal met hem eens. “Voor een student is het hier sowieso veel te duur, vooral het eten. We houden het bij een snack of een broodje uit de Carrefour. Maar hebben we dan geen recht op goed voedsel dat geen 18 euro kost? Kunnen we niet een beetje plaats terugnemen van de toeristen die hun séjourke in Brussel komen doen?”

Gun je bewoners ademruimte

Het zijn herkenbare oprispingen voor Stefaan Kaberuka (29), coördinator van Entree, de koepel van Brusselse jeugdhuizen. “Het is duidelijk dat de stad meer dan vroeger afgestemd wordt op consumenten en toeristen. Omdat ik weet wat het Katelijneplein voor mij betekend heeft, maak ik me zorgen over de volgende generaties: zullen zij nog genoeg open ruimte hebben? Ik hoor dat ook in Sint-Agatha-Berchem de afgelopen jaren veel openbare banken zijn weggehaald, tegen hangjongeren en daklozen, al wordt dat nooit zo verkocht. Maar zo doe je enkel aan symptoombestrijding. Een stedelijke overheid moet haar bewoners ademruimte gunnen. Een betere stadsplanning zal ook het sociale weefsel versterken.”

“Men zou al kunnen beginnen met betere skateparken te bouwen,” pikt Acho in. “Wat ze aan Thurn & Taxis neergezet hebben, is duidelijk ontworpen door architecten die geen flauw benul hebben van skaten. Megagevaarlijk! Weet je, ook wij voelen ons soms onveilig. Er bestaat criminele jeugd. Die betrek je echter net door hen te includen en dingen te organiseren in hun quartier.”
Wel meer jongeren hebben het over de nood aan plekken waar ze, als ze dan al niet in de openbare ruimte terechtkunnen, ongedwongen kunnen binnen- en buitenlopen. “Vroeger had je Jeugdhuis DAR op het De Brouckèreplein,” herinnert Peet zich. “Zalig was dat, zo gastvrij. Of neem Allee du Kaai, daar heb ik zo vaak gezeten, maar in het park dat ze daar nu aanleggen, zullen ze me niet gauw zien.”

"Ik kan niets negatiefs bedenken over terrassen. Vaak zitten ze overvol, dus ik ben blij als er een plekje vrij is. Ik kan hier rustig iets bestellen, werken, roken..."

Chanel Bullen

Opvoedster

Kaberuka: “Een jeugdhuis is voor mij een soort verlengstuk van de publieke ruimte. Met een minimum aan kapitaal en kennis moet er weinig en kan er veel. Maar in de openbare ruimte staan die plekken onder druk. Er is een clash bezig met mensen die de stad om andere redenen willen gebruiken, misschien met politici die toeristen mooie plaatjes willen voorschotelen. Terwijl er op plekken met vaste bezoekers net meer sociale controle is. Het Sint-Katelijneplein was wat dat betreft haast zelfregulerend.” De jeugdwerker beseft dat dat niet het belangrijkste gespreksthema is bij de jeugd. Net daarom staat hij pal achter de nieuwe actie van Free 54, die van de openbare banken hun strijd hebben gemaakt en jongeren erover blijven aanspreken.

Botsende belangen

Een ander geluid is wat verder, aan een terras op Sint-Goriks te horen. Opvoedster Chanel Bullen (25) is vanuit Dilbeek met de auto naar de stad afgezakt voor een terrasje. “De voorbije jaren is het steeds lastiger om parkeerplaatsen te vinden. Ook die worden meer en meer ingepalmd door terrassen. Maar daarnaast kan ik niets negatiefs bedenken over meer terrassen. Vaak zitten ze overvol, dus ik ben blij als er een plekje vrij is. Ik kan hier rustig iets bestellen, werken, roken …”

1901 Publieke ruimte jongeren Chanel Bullen

Saskia Vanderstichele

| Opvoedster Chanel Bullen: “Soms haalt de stad banken weg, omdat er anders daklozen op gaan liggen. Dat stoort ook jongeren die even willen verpozen.”

Volgens Bullen ligt de oplossing misschien dichterbij dan gedacht: genoeg terrasjes, zodat mensen er makkelijk eentje kunnen meepikken, én genoeg zitbanken, zodat jongeren die willen chillen dat eveneens kunnen. “Brussel heeft volgens mij genoeg banken of plekken waar ze meer banken kunnen zetten. Je moet gewoon een goeie balans vinden, en soms bots je op de eigenheden van een grote stad met veel diversiteit. Dan halen ze banken weg, omdat er anders daklozen op gaan liggen, maar dat stoort ook jongeren die even willen verpozen. Het zal nooit naar ieders goesting zijn. Maar ook die botsende belangen maken een stad tot wat ze is.”

Theaterstudente Leila Benchorf (23) uit Laken slaat een andere toon aan. Zij is een van de jongeren die op het debat in de Ancienne Belgique een concrete vraag willen stellen aan de aanwezige politici. “Wij hebben het gevoel dat alles altijd boven onze hoofden beslist wordt, terwijl wij net weten hoe deze stad functioneert en op het terrein ervaren hoe alles aan het veranderen is.”

1901 Publieke ruimte jongeren Layla

Saskia Vanderstichele

| Theaterstudente Leila Benchorf: “Ik kom nog wel in het centrum, maar tegenwoordig spreek ik vaker af in het park, in mijn geval bij Thurn & Taxis, en dat zie ik ook leeftijdsgenoten meer en meer doen.”

Er klinkt onmacht door in haar betoog en ze geeft ook toe bang te zijn voor de gentrificatie in de binnenstad. “Ik zie lokale handelaars verdwijnen en in de plaats komen haast alleen maar ketens. De Monk is al weg, en het idee dat Martine misschien niet in Au Daringman zou kunnen blijven maakt me triest. Die heeft mij zien opgroeien! Dat echte contact is er niet als je bediend wordt in een keten waar het snel moet gaan. Ik mis de samenhorigheid van vroeger. Dan ging ik chillen aan de vijvers van de Vismarkt en wist ik dat ik sowieso vrienden zou tegenkomen. Ik kom nog in het centrum, maar tegenwoordig spreek ik vaker af in het park, in mijn geval dat aan Thurn & Taxis, en dat zie ik ook leeftijdsgenoten meer en meer doen.”

Streetdance, maar dan binnen

Het toenemende gebrek aan vrije publieke ruimte is voelbaar tot in Schaarbeek. De urban krump-dansers die enkele jaren geleden hun acrobatische moves nog inoefenden in en om station Brussel-Luxemburg hebben een tijdelijk onderkomen gevonden in een voormalige garage in de Brichautstraat, aan het Liedtsplein. Goed anderhalf jaar geleden zijn ze, nadat ze eerder ook Allee du Kaai al hadden moeten verlaten, via de vzw Toestand hier beland. Ze mogen er tot 2026 blijven.

1901 Publieke ruimte jongeren DakH Israel Ngashi en Simeon Dourjanov

Saskia Vanderstichele

| Dansers Simeon Dourjanov en Israel Ngashi: “Met onze straatcultuur zitten we nu binnen. Buiten heeft men de neiging om interessante plekken nogal clean in te vullen en wordt er snel naar de politie gebeld voor geluidsoverlast.”

“Het belangrijkste is dat iedereen hier welkom is en zich veilig kan voelen,” zegt danser Israel Ngashi (27), coördinator bij danscentrum DAkH. “Het klinkt paradoxaal dat we met onze straatcultuur nu binnen zitten, maar de straat is niet meer zo beschikbaar als vroeger. Buiten heeft men de neiging om de voor ons interessante plekken nogal clean in te vullen en wordt er snel naar de politie gebeld voor geluidsoverlast. Ik weet niet of dat met toeristen voor ogen is, maar het beperkte onze vrijheid. Uiteindelijk hebben we dan maar zelf een plek gecreëerd om onze kunst uit te oefenen. In het begin bereikten we alleen Brusselse jongeren van ons netwerk, nu komen ze van overal. Elke avond staat er een andere dansstijl op het programma. Onze enige regel is dat we elkaar respecteren. Dat leidt tot een ongedwongen dynamiek die je haast nergens anders nog vindt.”

Simeon Dourjanov (21) was er als jonge danser al bij in Brussel-Luxemburg. Hij kan zich alvast geen betere plek indenken om zijn moves te repeteren, terwijl hij zich tegelijk veilig voelt. “Als je buiten danst, bijvoorbeeld aan de Botanique, ben je afhankelijk van het weer en moet je ook altijd op een bepaald uur stoppen. Hier hebben we ruimte, zijn we beschut en is het goed geïsoleerd. En er is een canapé, en een keuken, een dakterras … Ook comfort is belangrijk.”

Ngashi vindt wel dat als politici hen liever niet meer op straat zien, ze ook plekken moeten creëren waar jongeren elke dag gratis terechtkunnen met hun talenten. “Le Centquatre in Parijs is voor mij een lichtend voorbeeld. Die culturele hub huist in een enorm grote hangar, en organiseert onder meer kunstenaarsresidenties, maar iedereen is er welkom. Het is een ideale plek om opkroppende frustraties te ontmijnen. Ook Brussel zou baat hebben bij zo'n grootschalig project, waar een langetermijnvisie van uitstraalt.”

Op 8/9 om 17.00 uur gaan jongeren en politici met elkaar in gesprek tijdens 'Are we lost in public space?' in de Ancienne Belgique, abconcerts.be

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel , Jongeren , openbare ruimte , Are we lost in space? , Ancienne Belgique , collectief Free 54

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni