Op het proces rond de politieachtervolging die in 2017 het leven kostte aan Ouassim Toumi en Sabrina El Bakkali, zijn twee betrokken agenten donderdag in hoger beroep vrijgesproken. Een derde agent zag zijn straf verminderd van 10 maanden celstraf naar 6 maanden. De familie is gekwetst en overweegt de zaak naar het Hof van Cassatie te tillen.
Dodelijke achtervolging: twee agenten vrijgesproken in hoger beroep
Lees ook: Zaak Sabrina en Ouassim: parket vraagt vrijspraak politiemensen na dodelijke achtervolging
De feiten vonden plaats op 9 mei 2017 toen een patrouille van de Brusselse lokale politie om iets voor halftien 's avonds een motorrijder opmerkte die roekeloos rondreed aan het Poelaertplein. De agenten wilden de motorbestuurder controleren, maar die sloeg op de vlucht.
Na een wilde achtervolging, waarbij snelheden tot 140 kilometer per uur werden gehaald, knalde hij op een politiewagen van de hondenbrigade die op het einde van de Baljuwtunnel stond gepositioneerd. Ouassim Toumi, 24 jaar oud, overleed ter plaatse. Zijn passagier en tevens verloofde, Sabrina El Bakkali, 20 jaar oud, stierf later die nacht in het ziekenhuis aan de gevolgen van haar verwondingen.
De rechtbank oordeelde vorig jaar dat de agenten een gebrek aan voorzorg en voorzichtigheid toonden. De drie beklaagden kregen celstraffen van vijf, acht en tien maanden, waarvan de helft met uitstel. De hoogste straf was voor de agent die op eigen houtje besloot zich aan de Baljuwtunnel te positioneren.
Cassatie
De drie agenten besloten evenwel in beroep te gaan en met succes. De twee agenten die achtervolgden werden volledig vrijgesproken omdat de rechter oordeelde dat "hun optreden in overeenstemming was met de beginselen van wettigheid, subsidiariteit en evenredigheid".
De derde agent met het busje zag zijn straf teruggebracht tot 6 maanden, volledig voorwaardelijk. In zijn geval oordeelde de rechter dat er nog steeds sprake was van een gebrek aan voorzorgsmaatregelen. Joke Callewaert, de advocaat van de familie van Sabrina, reageert teleurgesteld en zegt dat de familie gekwetst is door het vonnis en de andere lezing van de rechter. Ze stellen dat een achtervolging niet noodzakelijk en niet proportioneel was, onder meer omdat de motor en zijn bestuurder al waren geïdentificeerd.
De familie overweegt nu de zaak van de achtervolgende agenten naar het Hof van Cassatie te tillen. De termijn daarvoor is twee weken. Wat betreft de agent met het busje zegt Callewaert dat de strafverlaging “niet de essentie is” en de familie zijn veroordeling niet wil aanvechten.
Daarnaast overweegt de familie ook om de zaak voor te leggen aan het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. "Het Europees Hof heeft zich al meerdere keren uitgesproken voor duidelijke wetgeving omtrent achtervolgingen", stelt Callewaert. "Die bestaat voorlopig niet in België en het is ook een uitdrukkelijke wens van de familie om deze zaak naar een hoger niveau te tillen. Ze willen vermijden dat feiten als deze zich herhalen."
Lees meer over: Brussel , Justitie , Ouassim en Sabrina , agenten , veroordeling
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.