Touring vraagt nieuwe Brusselse regering om verstrenging lage-emissiezone te herzien

Mobiliteitsorganisatie Touring roept de nieuwe Brusselse regering op om de verstrenging van de lage-emissiezone (LEZ) op haar grondgebied niet in haar beleidsplan op te nemen. "Er is een ernstige evaluatie nodig."

Als de verstrenging doorgaat zoals in 2018 werd vastgelegd, zullen volgens de organisatie zo'n 600.000 personenwagens en 150.000 bestelwagens in ons land het Brussels Hoofdstedelijk Gewest niet meer mogen inrijden.

Vanaf 1 januari 2025 verliezen ook Euro 5-diesels, Euro 2-benzinevoertuigen en Euro 3-motorfietsen het recht om het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in te rijden. Volgens Touring zijn er op dit moment in ons land zo'n 600.000 auto's en 150.000 bestelwagens die op die manier geweerd zullen worden. In Brussel alleen zijn ruim 33.000 dieselwagens ingeschreven.

Touring stelt dat het voor veel gezinnen niet mogelijk is om een ander voertuig te kopen. "De sterke vertraging van de private automarkt de voorbije jaren, de hoge druk op de koopkracht van gezinnen, de hoge aankoopprijs van elektrische auto's: het was al heel duidelijk dat zeer veel gezinnen niet de praktische en financiële mogelijkheid hadden of hebben om hun auto nog voor het einde van het jaar te vervangen door een jonger en schoner exemplaar", klinkt het.

Luchtkwaliteit

Touring ziet dat de invoering van de LEZ in Brussel positieve gevolgen had op de luchtkwaliteit maar benadrukt dat die vandaag, met de aanwezigheid van de voertuigen die vanaf januari gebannen worden, beter dan ooit is sinds de industrialisering van onze wereld.

"Deze opmerkelijke en snelle positieve evolutie zal zich sowieso verder zetten door onder meer de natuurlijke vervanging van oudere voertuigen, door de opkomst van elektrisch rijden, door betere isolatie van gebouwen en het gradueel afstappen van olie en gas voor het verwarmen ervan. De cijfers tonen aan dat de lage-emissiezone in Brussel op zijn minst een ernstige analyse en een evaluatie verdient."

Daarom roept Touring de nieuwe bestuursploeg die momenteel gevormd wordt alvast op "om dit punt mee te nemen in haar beleidsplan en zich niet zomaar te verbergen achter eerdere beslissingen en prognoses die inmiddels door een economische realiteit zijn ingehaald."