Elke week voorziet Michaël Bellon een oude persfoto van een nieuw onderschrift. Deze week: kerstmis 1938: etalage met wild.
Beeldspraak: kersttafereel
Lees ook: Beeldspraak: betogen
Kerst 1938. Samen met hier en daar een dennenboom werden in dat tijdperk ook nog ladingen aangeschoten wild uit het beboste ommeland tussen Bosvoorde en Bastenaken aangesleept tot in het centrum van de stad. Hier op de foto betreft het strikt gezien reeën, maar ik verruil taxonomische starheid tegen dichterlijke vrijheid om het kerstlied te kunnen zingen van hoe Kim en de andere hertekens daar lagen bij dag op ’t trottoir.
En hoe hun pootjes nog aandoenlijk natrappelden in de ijle lucht. Een beetje zoals hun neefjes de rendieren van de Kerstman later zouden doen, maar dan anders.
Onversneden en met hun pelsen fraksken nog aan, zijn Bambi en zijn broertjes door boodschappers van het vooroorlogse Bol.com voor de deur van de groothandel afgeleverd. Daar hebben plaatselijke handelaars in wild en gevogelte ze voor het uitkiezen. Want ook al is dit biovlees van eigen bodem, het is altijd goed naar ’t eigen hert te kijken even voor het op tafel staat. Al was het maar om na te gaan of het toevallig toch geen ree is.
"Dit tijdsdocument vormt de missing link tussen de appetijtelijke stillevens met wild uit de barok, en de verwerpelijke foto’s van jachttrofeeën waar sommigen vandaag op safari mee uitpakken"
De kerel rechts op het jachttafereel is maar een vreemd mannetje. Ofwel heeft zijn rechterhand kou, ofwel zit zijn jachtgeweer nog onder zijn jas, ofwel is hij gewoon erg blij ons te zien. Dat laatste is de kerel links in ieder geval. Met nog wat nagespeelde triomf claimt hij zijn overwinning, en het bezit van de massieve stukken vlees die in een postume omhelzing op de straatstenen verstrengeld liggen. Daartoe moet de-man-met-de-pet-in-de-straat het dode dier natuurlijk wel even vastnemen, want menig kadaver heeft er best moeite mee om nog spontaan te poseren voor dit soort ongein.
Tachtig jaar later wordt de aanslag op integrale ex-levende wezens dan ook nog zelden zo expliciet opgeëist. In het zichtbare gedeelte van de voedselketen houden we het nu liever bij een ‘stukje’ wild. Hert en ree kennen we vooral als ragout en filet, hoedanigheden waarin het onderscheid tussen beide evenhoevige zoogdieren nog moeilijker te maken is.
In die zin vormt dit tijdsdocument de missing link tussen de appetijtelijke stillevens met wild uit de barok, en de verwerpelijke foto’s van jachttrofeeën waar sommigen vandaag op safari mee uitpakken. Hoe verder je teruggaat in de tijd, hoe meer begrip er nog mogelijk was voor gepronk met de overdaad waartoe een welgemikte wolk hagel aanleiding kan geven.
Zo vormt een fotoarchief dat een aantal decennia teruggaat interessant volkskundig bronmateriaal. Andere foto’s uit de jaren dertig laten zien hoe er op beperkte schaal kerstbomen worden verhandeld aan middenstanders en gegoede burgers op de Grote Markt, en hoe het Leger des Heils een groot kerstbanket aanricht voor de armen.
Maar net zoals bij deze als gebroken herten vermomde reeën ging het om uitzonderlijke traktaties. Van de huidige kerstextravaganza met jingle bells en kalkoen was voor de Tweede Wereldoorlog nog geen sprake. De poedersneeuw op de kraag van de man rechts, de ijzel in de goot, de pels op de morsige steen … het heeft niet dezelfde gevoelswarmte en georganiseerde gezelligheid als de contemporaine eindejaarspsychose. Blijkbaar was het dus ooit mogelijk de donkere dagen door te komen zonder een maand tevoren al een valse kerstster na te jagen.
Lees meer over: Brussel , Column , Column: Beeldspraak , Brusselse kerst , wild , kerstfeest , etalage
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.