Celia Ledoux klein BRUZZ ACTUA 1619 cSaskia Vanderstichele
Column

Celia schiet met scherp: stereoptypes moet je verdienen, elke dag

Celia Ledoux
© BRUZZ
29/06/2018

Hoe langer je ergens woont, hoe meer je blik zich in een standpunt solidifieert. Maar bij terugkeer lijkt mijn blik op Brussel verbrijzeld in een insectenoog: verscheiden en vol tegengestelde facetten.

Er is de blik van de Brusselaar. Brussel is geen simpele stad en daarom heb ik ze altijd graag gezien. Plekken of wijken die je moet kennen: er mochten er meer zijn. Cocktailplekken in achteraf­kamers, verdiepingen toegankelijk als je weet waar te kloppen - als ik de locaties en codes krijg, natuurlijk. Gewoon is hier niet gek genoeg, ‘deftig’ niet de norm. Oef! Dronken op de subtiele smaak van zoeken en complexiteit weten wij niet hoe goed we het hebben.

Er is de blik van de buitenstaander in caleidoscoop. Je weet hoe twee bars tjokvol stamgasten voelen en leeft nu op bij een plek voor elke stemming. L’embarras du choix is iets zaligs. En hoe heerlijk zijn onze lossere Brusselse normen! Zelfs wanneer de buren de vuilniszak met organisch afval in de foute week buiten zetten en laten stinken voor onze deur, laat ik het passeren.

"Zelfs wanneer de buren de vuilniszak met organisch afval in de foute week buiten zetten en laten stinken voor onze deur, laat ik het passeren"

Celia Ledoux, columniste

Celia Ledoux, BRUZZ-columniste

Dat is geen overtreding, maar dichterlijke vrijheid om niet elk lijntje exact in te kleuren. Er komt pas een lichte wolk over mijn radioactief humeur na een week. Dan rijt de lokale vos (dat vergat ik nog! Mijn Brusselse verstekelingen! Vlaggen, cimbalen, gekoelde champagne en vosjes spotten!) de vuilniszak uiteen voor mijn deur. Ik schraap kokhalzend etensresten bijeen. Dichters zijn gore ongewassen nietsnutten en hun vrijheid stinkt.

Er zijn de onzichtbare schatten, parels waarvan niemand zich bewust is. Ik wissel van perspectief. Je geniet als toerist met inherente localkennis, puzzelt als marketeer hoe je Brussel zou promoten, ontgint als goudzoeker de stad in haar slapend potentieel. Een kleine machiavellist in mij vraagt zich af hoe ze haar zou besturen. Fantasie is een beest met grootheidswaanzin.

Er is, onherroepelijk, Brussel dat je voeten op de grond zet. De luchtvervuiling, nog steeds. De fiets vol stress en bijna-aanrijding. De heteaardappeldans van gewest naar gemeente en terug. Is dat de sleutel tot oplossing of is vingertjeswijzen een extra symptoom?

Er is natuurlijk de Stad zelf, instituut dat de stad klein houdt. Wanneer Stad Brussel voor een opdracht mijn diploma vraagt, eist men eenvormigverklaring door mijn gemeente - officieel nog het Putje Van Nergens. Men kijkt verbaasd: maar mevrouw, dat werd eind jaren negentig afgevoerd!

Niets mee te maken, reageert Stad Brussel. Een tweede rit. In Putje van Nergens rolt men de ogen, zucht over bananenrepubliek en stempeltjesdrang. Geef ze maar ongelijk. Elke Brusselaar weet het: Mordor is niets bij de donkere administratietoren van Stad Brussel. Zoals in Dante geef je de hoop vooraf op en klem je document 593.1 stevig vast.

De caleidoscoop blijft veelkleurig, veelvormig, veranderlijk, wars van elk stereotype. Behalve waar je het niet veranderd krijgt. Sommige stereotypes moet je verdienen. Daarvoor doet Brussel, ondanks zichzelf en zijn Brusselaars, elke dag zijn stinkende best.

COLUMN Celia schiet met scherp

Een keer per week zet Celia Ledoux de stad in haar blootje in haar column.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel , Column , COLUMN Celia schiet met scherp , Celia Ledoux , stereoptype

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni