Kokkels zijn de 'andere' mosselen. Al millennia lopen de mensen langs het strand om oesters en mosselen te rapen, de makkelijkst te vangen dieren van de hele wereld. Kokkels leven wat meer verstopt onder het zand, maar dat houdt een beetje mens niet tegen.
Kokkels zijn tweekleppige schelpdieren van de familie der Cardidae (Hartschelpen). De leden van deze familie – het zijn er tientallen – worden over de hele wereld gegeten. De meest voorkomende in onze streken is de Cerastoderma edule, de 'gewone' kokkel. We vinden hem van het noorden van Noorwegen tot voor Senegal. In riviermondingen zoals de Schelde komt de iets grotere C. glaucum voor, de brakwaterkokkel. Verder kennen we misschien nog wel de gedoornde hartschelp en de Noorse hartschelp van het schelpjes verzamelen op het strand. Al die verschillende hartschelpen zijn eetbaar en worden (of werden) actief bevist, meestal te voet. Het hart in een kokkel ontdek je door de gesloten schelpjes van opzij te bekijken. Ze vormen zo een symbolisch hartje.
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.