Guy Gypens verhuist van Kaaitheater naar Kanal

Guy Gypens, voormalig artistieke baas van het Kaaitheater, gaat aan de slag bij het museum Kanal-Centre Pompidou. Hij wordt er verantwoordelijk voor de programmatie Podiumkunsten. Gypens' aanstelling lijkt een voorbode van een cultuurpartnership in de kanaalzone.

De naam van de 56-jarige Gypens wordt in één adem genoemd met de Brusselse kunstensector. Na zijn studies streek hij in 1987 neer in de Beursschouwburg, waar hij vier jaar zakelijk leider was. Zijn odyssee door Brussel leidde hem vervolgens naar danscollectief Rosas, muziekcollectief Ictus en dansschool Parts.

Kanal uitbouwen

Sinds 2007 was hij aan de slag bij het Kaaitheater, eerst als artistiek directeur en na zeven jaar ook als algemeen directeur. Vorig najaar kondigde Gypens dan aan er een punt achter te zetten bij het kunstencentrum op het Sainctelettesquare. Het uitblijven van een renovatie van het Kaaitheater eiste zijn tol. Na 12 jaar trouwe dienst was het tijd voor een nieuwe uitdaging.

"Ik heb het gevoel dat ik meer dan dertig jaar in één en dezelfde artistieke familie vertoefde", zegt Gypens zelf. "Het waren stuk voor stuk organisaties die al een belangrijk deel van hun verhaal geschreven hadden. Ik heb er telkens meegeschreven aan een volgend hoofdstuk, voortbouwend op de voorgaande."

Samenwerking Kaaitheater

Nu kan Gypens aan de slag bij de buren van Kanal-Centre Pompidou, het museum dat verrees in de oude Citroëngarage. Hij wordt er programmaverantwoordelijke Podiumkunsten. “Een bladzijde slaat om", zegt hij. "Kanal wordt in vele opzichten echt iets nieuws. Het verhaal van Kanal moet voor het grootste deel nog geschreven worden. Er is alleen KANAL-BRUT, de prachtige proloog."

Gypens zal niet alleen het programma voor 2020 vastleggen, maar ook al richting de opening van het gerenoveerde en omgevormde KANAL in 2023 werken. De nieuwe programmaverantwoordelijke zet alvast de deur open voor een samenwerking met zijn vorige werkgever. "De nabijheid en de goede verstandhouding met het Kaaitheater zullen ervoor zorgen dat we in de toekomst kunnen samenwerken."