Op zijn eerste van vier uitverkochte concerten in de AB legde Deus de nadruk op grooves en stoorzenders. Nieuwe songs baanden zich veelal gezwind een weg tussen het oude geweld.
Deus ontbindt zijn duivels in de AB
‘What are we in for?’ schraapte Tom Barman zijn rauwe stembanden in ‘How to replace it’, de titeltrack van Deus’ nieuwe, achtste album die de set opende. Het antwoord diende zich meteen op: de band wrikte zijn oude knoken los met statige paukenslagen en dissonante synths die de chaos van de wereld daarbuiten naar het hier en nu vertaalde. Ook zijn opvolger ‘Man of the house’, een ziedende aanklacht tegen big tech, deed met donkere zoemtonen je broekspijpen flapperen. Deze band stond scherp.
Deus had de voorbije jaren nog wel regelmatig de podia opgezocht, maar zijn laatste album dateerde al van elf jaar geleden. Barman danste in die sabbat de nacht in met Magnus, ventileerde zijn liefde voor jazz met TaxiWars en werkte het script van zijn tweede film af. Op persoonlijk vlak worstelde hij zich rond de kaap van de vijftig, en moest hij zich op de koop toe door een harde relatiebreuk wurmen.
Deus speelde niet de makkelijkste show, maar het sierde de band dat hij er niet voor terugdeinsde om zichzelf uit te dagen
Stuff die zich naar de nieuwe plaat heeft vertaald in doorvoelde, soulvolle nummers waarin de frontman rechtuit zingt over zijn getroebleerde ziel, maar evenzeer zijn blik naar de verbrokkeling rond hem richt. Het viel op hoe donker de frontman zijn stem liet ronken in het verse materiaal, zoals in het ingetogen ‘Love breaks down’. Een bundel blauw lichtte Barman op in zee van rode spots. Dichter bij Nick Cave kwam hij niet eerder.
Maar de nieuwe plaat heeft Deus vooral ook een nieuwe teug zuurstof gegeven voor zijn liveshows. Bijna de helft van de setlist kwam uit How to replace it, wat de gretigheid van de groep illustreerde. Songs als ‘Simple pleasures’ en ‘Pirates’ nestelden zich netjes tussen de prijsbeesten, ‘Faux bamboo’ en ‘Simple pleasures’ moesten nog wat roderen. Deus speelde niet de makkelijkste show, maar het sierde de band dat hij er niet voor terugdeinsde om zichzelf uit te dagen.
Deus weet als geen ander dat schoonheid het hardst blinkt tussen vuiligheid, maar had in de AB vooral zin in dat laatste, zoals de scheve lichtbalk achter de groep ook met een kwinkslag benadrukte. Mauro Pawlowski bleek daarbij van goudwaarde, de teruggekeerde verloren zoon vuurde voortdurend stoorzenders door de songs. De hoekige funk van ‘Girls keep drinking’ vrat het DNA van TC Matic op en spuwde het spartelend weer uit. In het aardedonkere ‘Theme from turnpike’ danste Pawlowski als een sater rond de sample van Charles Mingus, ‘Sun Ra’ tooide hij met een oerschreeuw waar Robert Plant niet van terughad.
Heerlijke dwarse duivels zaten er ook verstopt in ‘W.c.s. (first draft)’, een zelden gespeelde song van Deus’ debuut Worst case scenario. Het nummer begon als een jazzy ninetiesblues zoals G.Love die destijds zo sexy kookte met zijn Special Sauce, kronkelde daarna als een slang door de Tuin van Eden, waarna de geest van Lizard King Jim Morrison door Barman sloop. De deraillerende viool van Klaas Janzoons en de ronddraaiende spots maakten de waanzin compleet. Wat hadden we dat nummer gemist.
Het publiek zat ook duidelijk te wachten op dat soort uitbraken van chaos en bezetenheid. Een uitgesponnen ‘Instant street’ eindigde in een zinderende gitaarorkaan waarbij de zaal de ‘de duh de duh duh duh de’s’ overnam. ‘Fell off the floor, man’ en ‘Hotellounge’ kraakten en piepten.
‘Je me poursuis moi-même, mes propres coutumes ayant ennuyé le diable’, zong Barman diep in de finale in ‘Quatre mains’, Frans chanson maar dan geroosterd in het vagevuur. Daarna oogde het nieuwe ‘1989’, het geboortejaar van de groep, verrassend soulvol, met dank aan de gaststem van Lies Lorquet, maar vanavond danste Deus vooral met de duivel.
Gezien op 14/3 in de Ancienne Belgique. De shows op 15, 16 en 17/3 zijn uitverkocht, maar je kan terecht op de wachtlijst. Meer info op www.abconcerts.be
Lees meer over: Muziek , dEUS , Tom Barman , mauro pawlowski , Ancienne Belgique , review