Een Engelse theatertekst, literatuur uit het Midden-Oosten, negen performers, zes talen, een stuk of wat werelddelen: met Move (on) geven tg STAN en Kloppend Hert de scène aan een hoop jong podiumtalent met prangende verhalen. “En waar woorden tekortschieten, is er dans.”
De jonge Belgische actrice Btissame Bourrich, de Belgische actrice Evgenia Brendes, de Franse toneelspeelster Olga Mouak, de Palestijnse acteur en schrijver Atta Nasser, artistiek leider van Kloppend Hert en toekomstig directeur van Theater Antigone Haider Al Timimi, de Marokkaanse danser en choreograaf Youness Khoukhou, de Braziliaanse danser en acteur Gustavo Vieira, en tg STAN-leden Jolente De Keersmaeker en Frank Vercruyssen: dat zijn de negen acteurs en dansers die elkaar in deze coproductie van tg STAN en Kloppend Hert kruisen op het podium. Ze aanhoorden elkaars verhalen, besnuffelden elkaars teksten, betastten elkaars lichaam, en besloten dat communicatieve obstakels en uiteenlopende perspectieven geen reden zijn om niet (met elkaar) op te schieten. Uiteindelijk kreeg het wrange morele vraag- en theaterstuk Orphans van de Brit Dennis Kelly een prominente plaats in de mix, en als de woorden haperen, neemt de taal van de dans het over.
We proberen voorbij het cliché te gaan dat ik als Palestijn per se iets over Palestina moet zeggen
Voor dit bonte ensemblestuk inviteerden Frank Vercruyssen en Jolente De Keersmaeker van tg STAN en Haider Al Timimi van Kloppend Hert heel wat van het jonge talent dat ze de afgelopen jaren bij P.A.R.T.S., aan het Antwerpse Conservatorium of aan het RITCS waren tegengekomen. Een van de Brusselaars in het gelegenheidsgezelschap is de Palestijnse acteur Atta Nasser, die De Keersmaeker aan het werk zag aan het RITCS, waar hij vorig jaar afstudeerde met zijn voorstelling A mess. De nadere kennismaking met de rest van de cast was meteen deel van het repetitieproces.
CHAOTISCHE MIERENHOOP
“We werken echt collectief,” vertelt Atta Nasser. “Op een basis van teksten en gedachten die door iedereen op tafel zijn gelegd, proberen we een gemeenschappelijk stuk te bouwen. De eerste twee weken van de repetitie stonden in het teken van de ontmoeting: we leerden elkaar kennen en we vertelden elkaar verhalen waarop ieder vanuit zijn eigen achtergrond inpikte.”
Jolente De Keersmaeker: “Ik had op voorhand geen vastomlijnd plan bij dit stuk. Het moest het resultaat worden van de verhalen van deze negen mensen. Wat zijn de connecties tussen onze persoonlijke trajecten, en wat hebben we gemeen in een maatschappij waarin alles uit elkaar wordt getrokken? We wilden wel graag Arabische literatuur op tafel. Daarvoor werkten we samen met kunstencentrum Moussem, dat ons heel veel informatie, theaterteksten en gedichten heeft bezorgd. Zo zijn we lang blijven stilstaan bij de Egyptische schrijver Alaa Al Aswani, die veel over de Arabische Lente heeft geschreven. Atta en Youness hadden daar duidelijke aanknopingspunten bij. Maar anderen wilden het nog liever hebben over het leven hier dan over het leven daar.”
“Uiteindelijk kwamen Frank en Btissame aanzetten met de Engelse schrijver Dennis Kelly, die vooral grootstedelijke situaties beschrijft: mensen aan de rand die geen geluk hebben gehad maar toch proberen te overleven. Daarin herkenden velen van ons zich. Kelly's stuk Orphans (2009) zal een belangrijk deel van de voorstelling uitmaken. Het gaat over het koppel Helen en Danny, dat op een avond geconfronteerd wordt met een ingrijpende gebeurtenis: een onbekende man op straat verkeert in nood. Die situatie leidt tot angst, morele twijfel en onmacht.”
Op welke momenten voelde jij de connectie met het materiaal, Atta?
Atta Nasser: Met alles wat op tafel lag, voelde ik affiniteit. Ieder pikte uit alle verhalen op een organische manier wat hij of zij belangrijk vond. Die tekst van Dennis Kelly hebben we allemaal gelezen. De gebeurtenissen die zich in dat stuk voordoen, zijn ingrijpend, maar voor mij eerlijk gezegd ook heel herkenbaar.
Jolente De Keersmaeker: Atta en ik spelen toevallig dat koppel. Bij STAN vinden we het altijd belangrijk dat je een sterke affiniteit hebt met je rol. Ook de manier waarop Danny op de politie reageert, was voor Atta herkenbaar. De angst waarmee Danny leeft en het feit dat hij de hele tijd vooruit moet denken.
Nasser: Ja, op een bepaald moment zegt Helen tegen Danny dat de politie bij hen thuis in het appartement is langs geweest terwijl hij weg was. Zij ziet daar niet meteen graten in, maar hij begint op dat moment te flippen. Dat herken ik. Als je vroeger bij ons in Jeruzalem politie in je huis kreeg, dan had je altijd een probleem.
Door jullie werkproces zou de urgentie bij de negen spelers dus nog meer voelbaar moeten zijn dan anders?
De Keersmaeker: Ja, en dat was ook de bedoeling. Het vreemde was misschien dat we met deze bonte groep uitgerekend terechtkwamen bij een Brit. Maar hij schrijft zo goed over de chaotische mierenhoop waarin we ons bevinden. Rond zijn stuk zijn we nog van alles heen beginnen te vlechten. De situatie in Vlaanderen zorgt er helaas voor dat de mensen uit onze groep nog dagelijks met discriminatie te maken krijgen. Of het nu Gustavo is die in de metro het commentaar krijgt dat ze hem niet in elkaar zullen slaan omdat hij er cute uitziet, of iemand anders die iets vervelends meemaakt. Ik ben ervan geschrokken hoe anders de realiteit van velen uit onze groep is. Dat willen we laten zien, maar we willen ook de angst wegnemen. We zijn ook op zoek gegaan naar schoonheid, verzoening en verbinding. Daar komt dan onder andere ook de Arabische literatuur bij kijken.
Nasser: Toch proberen we voorbij het cliché te gaan dat ik als Palestijn dan per se iets over Palestina moest zeggen. Op een bepaalde manier weet Frank (Vercruyssen, mb) trouwens veel meer over de Palestijnse zaak dan ik. (Lacht)
We horen in het stuk Nederlands, Frans, Engels, Arabisch, Russisch en Portugees. De spelers bedienen zich dus van hun moedertaal?
Nasser: Op sommige momenten. We zijn van bij het begin overeengekomen dat we zoals in het echte leven de pragmatische aanpak zouden hanteren in onze communicatie. Ik begrijp al Nederlands maar spreek het nog niet fantastisch, dus tussen Jolente en mij gaat het in het Engels. En als ik alleen een gedicht van Mourid Barghouti voorlees, dan doe ik dat in het Arabisch.
Dans heeft ook een belangrijk aandeel in de voorstelling.
Nasser: Dat is het deel van het verhaal dat we niet met tekst kunnen vertellen. Zoals licht ook donker nodig heeft, en komedie en tragedie elkaar versterken. Het publiek zal ook veel begrijpen uit de kleine bewegingen.
De Keersmaeker: Youness en Gustavo zijn dansers, Haider ook. Dus het eerste dat we op repetitiedagen deden, van tien tot één, was dansen. Er is veel fysiek werk gedaan. Als het gaat over elkaar helpen en ondersteunen, over solidariteit, dan vind je de antwoorden misschien niet altijd in woorden maar des te meer in de lichaamstaal. Wat ik ongelofelijk vond bij dat dansen in groep, is dat je echt voelt dat je denken wordt uitgeschakeld en dat je lichaam het overneemt. Zodat wanneer iemand valt, je hem automatisch en onvoorwaardelijk vastgrijpt, terwijl je je rationeel misschien zou hebben afgevraagd of je die man wel moest opvangen.
Laten we in Vlaanderen, waar zoveel angst en agressie zit, stoppen met bang zijn
Move (on): die hint naar beweging zit ook in de titel.
De Keersmaeker: Terwijl die titel er eigenlijk al lang op voorhand was. Move (on) slaat inderdaad op onze mentale houding – laten we in Vlaanderen, waar zoveel angst en agressie zit, stoppen met bang zijn en samen een stap verder zetten in plaats van vast te blijven zitten in het conflict – maar ook op het lichamelijke: laten we niet bang zijn om elkaars hand te nemen en elkaar ook niet los te laten.
Nasser: We moeten voor elkaar proberen te zorgen in de mate van ieders mogelijkheden. Ik herinner me dat er ooit eens een dakloze voor ons huis zat en dat mijn vader dat niet kon aanzien. Hij gaf hem een douche, eten en wat geld en daarna kon hij weer verder. Move on. Ik weet niet waarom ik dat nu zeg. Het is soms goed en nodig om even een beetje egoïstisch in je bubbel te blijven zitten, maar je mag je ook niet helemaal afsluiten want anders gaan we als mens nergens meer heen. We zijn allemaal elkaars gelijken en het geloof daarin mag echt niet ophouden. Alleen al het feit dat wij met onze diverse cast samen over de scène lopen, wil eigenlijk al heel wat zeggen.
De Keersmaeker: Over die onbekende man die daar op straat ligt in Orphans, zegt Danny tegen Helen dat ze hem moeten helpen. Maar zij weigert, met het argument dat ze die man niet kent. “Is dat dan waar het vandaag om draait?” vraagt Danny, en dan antwoordt zij: “Yes, that is exactly what the world comes down to these days: who we know and who we don't know. Sorry.” Dat gebrek aan solidariteit met diegenen die we niet willen kennen, is een pijnlijke realiteit.
We hebben ook veel gepraat over racisme en armoede, en over de sociale structuren en het kapitalistische systeem dat ons in deze situatie heeft gebracht. Maar we willen daar niet op een pamflettaire manier op reageren door te roepen dat we allemaal solidair moeten zijn. Het komt erop aan te tonen dat verschillen door uiteenlopende achtergronden vervagen op het moment dat je samenspeelt. Als je elkaar leert kennen, vallen veel reserves automatisch weg.
Lees meer over: Podium , move on , Kaaitheater , atta nasser , jolente de keersmaeker
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.