De laatste rechte lijn richting de beraadslaging over de schuldvraag is nu echt ingezet. Alleen de replieken van parket, burgerlijke partijen en verdediging hoeven nu nog te worden afgerond. Maryse Alié, advocaat van het slachtoffercollectief Life4Brussels, neemt woensdag het woord op het assisenproces. "'Meneer Calimero' Abdeslam en Ayari waren kamikazes", klinkt het.
Advocaat Life4Brussels: ''Meneer Calimero' Abdeslam en Ayari waren kamikazes'
Lees ook: Geen enkel cassatieberoep ingediend
15.36 uur: Advocaat Life4Brussels: "'Meneer Calimero' Abdeslam en Ayari waren kamikazes die vastbesloten waren om te sterven voor Allah'
Beschuldigden Salah Abdeslam en Sofien Ayari waren wel degelijk kamikazes die vastbesloten waren om te sterven voor Allah. Dat zei Maryse Alié, advocaat van slachtoffercollectief Life4Brussels, woensdag tijdens haar repliek.
Ayari en Abdeslam verbleven in de Driesstraat in Vorst tot er op 15 maart 2016 een politie-inval plaatsvond, waarbij de derde bewoner, Mohamed Belkaid omkwam. "Volgens de verdediging was er niets te melden over de omstandigheden in de Driesstraat, dat ze gewoon aan het wachten waren om terug te keren naar Syrië", aldus Alié. "Het zijn actieve leden van IS, met zelfgemaakte IS-vlag als decoratie, er zijn laders, kalasjnikovs en munitie, maar we moeten ons daar geen zorgen over maken."
Volgens Alié is het onzin dat de twee niet wilden deelnemen aan de aanslagen omdat ze op 15 maart wegvluchtten, in plaats van te sterven of in de buurt een aanslag te plegen. "Ze gaan lopen omdat ze dachten dat Belkaid dood was en ze namen een kalasjnikov mee, maar lieten die achter omdat het niet erg discreet is om met zo'n wapen rond te lopen in Vorst. We moeten ze bijna bedanken omdat ze onderweg geen slachtoffers hebben gemaakt, maar ze vluchten weg omdat ze een andere missie hebben."
Alié stelde ook dat de advocaten van Abdeslam hem te mooi hebben voorgesteld: het gastje van Molenbeek, de arme kleine Abdeslam, meneer Calimero. "Maar hij is een integraal lid van de cel. Niemand heeft hem op straat gezet en hij komt terecht bij de emir van Vorst (Belkaid, red.)."
Alié verwees ook, zonder namen te noemen, naar Mohamed Abrini die verklaarde dat iedereen die in de safehouses zat bedoeld was om deel te nemen aan de aanslagen. "Ayari en Abdeslam bleven in de safehouses omdat ze kamikazes waren, die vastbesloten waren om te sterven voor Allah", aldus Alié.
14.41 uur: Advocaat V-Europe: 'Verdediging laat lijken dat er vijf justitiële dwalingen box bevolken'
Het onderzoek naar de aanslagen van 22 maart 2016 was het grootste van de eeuw, maar als je de pleidooien van de verdediging hoort dan lijkt het alsof er vijf rechterlijke dwalingen in de beschuldigdenbox zitten. Dat zei Guillaume Lys, advocaat van de burgerlijke partijen, woensdag op het assisenproces. De advocaat stelde ook een 'best of' samen van de pleidooien van de verdediging: "De verdediging van Hervé Bayingana schetst hem als een soort Airbnb voor terroristen in nood."
Lys, die slachtofferorganisatie V-Europe vertegenwoordigt, begon zijn repliek door het titanenwerk te loven van de speurders die het onderzoek voerden naar de aanslagen. Lys sprak van het "grootste onderzoek in een eeuw" en zei dat de hoofdonderzoekers een standbeeld verdienen voor het Justitia-gebouw in Haren. Maar als je de pleidooien van de verdediging moet geloven, zei Lys, "dan zitten er vijf rechterlijke dwalingen in de beschuldigdenbox".
Lys zei dat de strategieën van de advocaten klassiek zijn. Zo voeren ze aan dat de beschuldigden in de box geen deel uitmaken van het team, en dat de echte leden van het team dood zijn. Hij verweet hen ook haarkloverij, zodat de juryleden zich in details verliezen en het groter geheel uit het oog verliezen. Waarna er een 'best of' volgde van de pleidooien van de verdediging.
Waarna er een 'best of' volgde van de pleidooien van de verdediging. Als de advocaten van Bayingana Muhirwa een herkwalificatie vragen naar 'verbergen van misdadigers', dan schetsen ze hem als een "soort Airbnb voor terroristen in nood". "Amine Bed and Breakfast", noemde Lys het, verwijzend naar de 'Amine' uit de audioboodschappen die Bayingana Muhirwa zou zijn. Hij is de "uitbater die allesbehalve geradicaliseerd is", zei Lys, waarna hij eraan toevoegde dat hij wel de chauffeur was van Bilal El Makhoukhi toen die in Antwerpen moest terechtstaan op het Sharia4Belgium-proces.
Sofien Ayari en Salah Abdeslam noemde Lys de twee "stillen". "Ze spuwen ons systeem uit", zei Lys, "maar ze zijn de eersten om zich op hun basisrechten te beroepen als het over henzelf gaat". Ook El Haddad Asufi belandde "per ongeluk in de box". Hij gaf toe dat hij "misschien een beetje chauffeur" was voor Ibrahim El Bakraoui, maar wou verder vooral van niets iets afweten.
De advocaat vroeg de jury om zich af te vragen of de aanslagen op dezelfde manier hadden plaatsgevonden als een van hen naar de politie was gestapt. "Is dat niet essentieel?", vroeg de advocaat, die de jury nog bedankte in naam van de slachtoffers en hen veel moed toewenste voor de (lange) beraadslaging.
12.51 uur: Advocate: 'Over slachtoffers praten als collateral damage is onaanvaardbaar'
Met een vlammende repliek ging advocate Valérie Gérard in op enkele punten die de verdediging had aangeroerd. Ze begon met felle kritiek op de "recuperatie" van uitspraken van twee slachtoffers door de verdediging van beschuldigde Mohamed Abrini. Die had het moment tijdens het proces aangehaald waarbij Abrini zich richtte tot twee slachtoffers. Abrini excuseerde zich toen en vroeg aan een van de slachtoffers hoe het nu met hem ging.
Gérard zei dat het voor de man in kwestie, die in de zaal zat tijdens de pleidooien van de verdediging van Abrini, al niet vanzelfsprekend was om te komen getuigen over zijn lijden. "Maar het is een andere zaak om gebruikt te worden. Dat doet pijn, nog altijd", zei Gérard, die zijn gemoedstoestand in drie woorden samenvatte: "Ondersteboven, gebroken en woedend." Bovendien had de verdediging hem fout geciteerd. Zo had de man niet geantwoord: "Het gaat goed." Wel: "Het gaat."
Gérard ging ook hard van leer tegen sommige advocaten die in hun pleidooien ingingen op de geopolitieke context, zoals de verdediging van Bilal El Makhoukhi en Sofien Ayari. "Als ze voor u staan, zich begeven op het politieke terrein, zonder juridisch argument, en de geopolitieke context naar voren schuiven, vergeten ze over de slachtoffers te praten. Ze plaatsen hen op de achtergrond."
Gérard zei dat de verhalen over wreedheden door het regime in Syrië, met verkrachtingen van vrouwen of de foltering van een jongen, iedereen raken, ook de slachtoffers. Waarna de advocate de namen van verschillende kinderen opsomde die slachtoffer werden van de aanslagen van 22 maart 2016. "Geen van die kinderen is schuldig aan wreedheden in Syrië. Ook niet de doden en gewonden. Plaats hen in het hart van het debat", droeg ze de jury op.
De advocate beschuldigde de advocaten van beschuldigde Bilal El Makhoukhi, die pleitten dat hij oorlogsmisdaden pleegde, geen terreur, dat ze de "normale structuur van een proces omgooien", waarbij uitgegaan wordt van de feiten en de slachtoffers. "Ze plaatsen hen op de achtergrond. Op de voorgrond komt de interventie van de internationale coalitie tegen IS in Syrië en wreedheden die daar begaan zijn. Ook de misdaden van El Makhoukhi belanden op de achtergrond."
Gérard zei dat de advocaten de jury een maatschappelijk debat opdringen. Ze zei ook dat het voor de slachtoffers ondraaglijk is om te horen spreken over hen als 'collateral damage' van de oorlog in Syrië. "Ze zijn geen collateral damage, zij waren het doelwit. Het is absoluut geen erkenning van hen als slachtoffer", zei Gérard, die meermaals zei dat het "onaanvaardbaar" was.
In haar vurige repliek ging Gérard ook in op de verwijten van de verdediging aan het adres van sommige advocaten van de burgerlijke partijen die de beschuldigden als "monsters" hadden omschreven. Gérard, die benadrukte dat zij niet in de termen had gesproken, zei dat ook veel slachtoffers niet in die termen dachten over hen. Integendeel, ze haalde slachtoffers aan die "gechoqueerd" waren toen ze de de beschuldigden zagen in de zittingszaal. "Ze zagen dat zij mensen waren zoals u en ik, die je op straat zou kunnen kruisen. Dat is beangstigend, erger dan monsters.
11.18 uur: Moreau: ook stilzwijgen en afscherming zijn vorm van participatie
Ook stilzwijgen en zich afschermen zijn vormen van participatie. Dat zei Thierry Moreau, advocaat van de burgerlijke partijen, woensdag op het proces van de aanslagen van 22 maart 2016. Hij benadrukte ook dat elke beschuldigde door zijn eigen kwaliteiten lid was van de terreurgroep.
Het hof is woensdag aangekomen aan de replieken. Net als bij de pleidooien coördineren een groep advocaten hun replieken, en zij nemen als eersten het woord. Moreau herinnerde de jury aan enkele juridische concepten. Zo haalde hij twee vormen van participatie aan in het dossier: het stilzwijgen en de afzondering. "Als je een missie wilt realiseren verdeel je de taken om tot een gemeenschappelijk doel te komen. Als dan een stukje van de cel wegvalt, valt niet heel de cel", aldus Moreau over de methode van de afzondering. "Niemand weet exact wat de anderen doen, maar ze weten wel dat de anderen werken aan een gemeenschappelijk doel."
Moreau laakte de instrumentaliserig van de afzondering in het proces. "Ze transformeren een daad van participatie in een verdediging. Ze zeggen dat ze niet wisten wat de rest aan het doen was of wat het plan was, maar dat was net hun manier van werken", zei Moreau.
Het stilzwijgen is volgens het Europees hof voor de Rechten van de Mens geen absoluut recht en kan ook een vorm van participatie zijn, vervolgde Moreau. "Als Salah Abdeslam niets zegt over aanslagen die worden voorbereid, dan kan je dat interpreteren als een keuze om trouw te blijven aan het project. Door de stilte dekt hij de anderen in zodat die het plan kunnen voortzetten", aldus Moreau.
Ook had Moreau het over de juridische concepten mededader en medeplichtigen, waarvoor de criteria "heel simpel" zijn: een mededader biedt essentiële hulp, een medeplichtige biedt nuttige hulp. "Het lijkt wel alsof de beschuldigdenbox vol onschuldigen zit, vol mensen die niet belangrijk waren", stelde hij. Volgens de advocaat waren alle beschuldigden echter noodzakelijk voor de cel. "Er is een element van illegaliteit: je moet op de ene of andere manier verbonden zijn aan Islamitische Staat en je moet je verbergen. Er zijn niet veel kandidaten om aanslagen te organiseren."
Hij haalde drie eigenschappen aan eigen aan het terrorisme. Ten eerste is er de collectiviteit: één individu kan geen aanslagen organiseren zoals die van 22 maart. Ten tweede gaat het om een complexe operatie, die gaat van trouw zweren aan een groep tot alle andere daden die geleid hebben tot de explosies. Ten derde gaat het om een criminele daad die bestaat uit verschillende daden, maar die ondeelbaar is.
"Daarin vinden we het noodzakelijke karakter van ieders tussenkomst. Sommigen hebben competenties die anderen niet hebben, sommigen worden gezocht door de politie, anderen kunnen vrijer circuleren. Sommigen hebben contacten met het buitenland, met mensen die valse papieren maken, met wapenleveranciers", aldus Moreau. "Zonder de verschillende leden konden de aanslagen niet uitgevoerd worden."
10.30 uur: Jury krijgt vraag over verbergen misdadigers over Hervé Bayingana Muhirwa
De verdediging van Bayingana had een herkwalificatie van deelname aan de activiteiten van een terreurgroep naar verbergen van misdadigers gevraagd. Daarvan was dinsdag nog geen sprake in de voorlopige vragenlijst, maar Massart zei woensdag dat een subsidiaire vraag zal worden toegevoegd. Advocaat Vincent Lurquin vroeg een herkwalificatie voor de periode van 15 tot 22 maart, toen zijn cliënt Mohamed Abrini en Osama Krayem opving.
Volgens Lurquin had Bayingana pas op 22 maart kennis van de terreurplannen, maar op dat moment was er geen sprake meer van een terreurcel. Zo waren Salah Abdeslam en Sofien Ayari opgepakt en hadden de broers-El Bakraoui en Najim Laachraoui zich opgeblazen. Volgens het strafwetboek liggen de straffen voor het verbergen van misdadigers op acht dagen tot twee jaar. Voor moord in een terroristische context, waarvoor Bayingana ook terechtstaat, zou hij levenslang riskeren, voor deelname aan de activiteiten van een terreurgroep tien jaar.
De federale procureurs gaven dinsdag aan dat een herkwalificatie niet van toepassing is. "Het verbergen van misdadigers houdt in dat men met kennis van zaken iemand opvangt zodat hij niet vervolgd zou worden", zei Paule Somers. Als de infractionele periode voor die tenlastelegging op 15 maart ingaat, zou dat impliceren dat Bayingana wist dat Abrini en Krayem gezocht werden door de politie. "De foto van Abrini was na de aanslagen van Parijs gepubliceerd, maar Osama Krayem was niet bekend", stelde Somers echter.
Bovendien moet de persoon die de misdadigers verbergt, volledig losstaan van de misdaden van de personen die hij opvangt. "Maar Bayingana is Amine, hij maakt deel uit van de terreurgroep. Hij hielp gewoon de terreurcel." De jury zal ook een vraag voorgeschoteld krijgen rond het verbergen van misdadigers voor beschuldigde Hervé Bayingana Muhirwa. Dat zei voorzitster Laurence Massart woensdag op het proces van de aanslagen van 22 maart 2016.
05.00 uur: Woensdag replieken van burgerlijke partijen
Dinsdagnamiddag volgden de replieken van het openbaar ministerie, die woensdag gevolgd worden door de replieken van de burgerlijke partijen. De burgerlijke partijen die hun pleidooien coördineren, waaronder slachtoffercollectieven Life4Brussels en V-Europe, verwachten een halve dag nodig te hebben voor hun replieken.
Daarbovenop komen nog wat replieken van andere advocaten. Verwacht wordt dat het een eerder korte zittingsdag wordt. Donderdagochtend volgen de replieken van de verdediging. Daarna zijn er de laatste woorden van de beschuldigden, waarna de jury waarschijnlijk 's avonds in beraad gaat.
Lees meer over: Evere , Justitie , proces aanslagen