Brusselse regering zet in op natuurlijke doorsijpeling regenwater

Met haar nieuwe waterbeheerplan 2022-2027 wil de Brusselse regering ervoor zorgen dat regenwater opnieuw zo veel mogelijk in de bodem doorsijpelt, en zo min mogelijk naar de riolering wordt afgevoerd. Dat zegt minister van Klimaattransitie en Leefmilieu Alain Maron (Ecolo), die het plan donderdag met de regering goedkeurde.

De Brusselse bodem moet via verschillende inrichtingen waterdoorlatend gemaakt worden, vaak in samenhang met de hernaturalisatie en de vergroening van de openbare ruimte. Die systemen maken het volgens minister Maron mogelijk zware en dure infrastructuurwerken voor de bouw van stormbekkens te beperken.

Ook kan zo worden voorkomen dat de riolerings- en zuiveringsnetwerken te groot worden om te voorkomen dat ze overstromen bij hevige regenval.

"Het is tijd om de bladzijde om te slaan van de buitensporige verstening van onze stad, die meer dan 150 jaar geleden begon met de overwelving van de Zenne", zegt Maron.

"Door regen optimaal te benutten en de natuurlijke cyclus ervan te herstellen, behouden we onze waterhulpbronnen op een duurzame manier. Bovendien maken we van Brussel een groenere stad waar het aangenamer is om te leven en wordt Brussel beter aangepast aan de klimaatverandering."

Acht actiepijlers

Het plan is in acht grote actiepijlers onderverdeeld, gaande van de kwaliteit van het oppervlaktewater en het grondwater tot de preventie van overstromings- en droogterisico's. Ook de economische aspecten van het watergebruik en de toegenomen aanwezigheid van water in de stedelijke omgeving worden niet uit het oog verloren.

Vermits 80 procent van de wegen in Brussel gemeentelijk is, heeft de regering niet gewacht op het nieuwe plan om financiële steun te geven aan de lokale besturen om reeds waterbeheersprojecten uit te voeren.

Op gewestelijk niveau ziet de regering dan weer toe op de toepassing van duurzaam regenwaterbeheer bij de verschillende stadsvernieuwingsprojecten, de herinrichting van de gewestwegen en de hervorming van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening (Good Living), die bepaalt dat minstens 10 procent van de openbare ruimte waterdoorlatend moet zijn.