Alternatief tramplan schrapt overstappen

Geen geld voor uitbreidingen? Ook zonder infrastructuurwerken kan het Brusselse tramnet performanter. Dat is een van de conclusies in de doctoraatsthesis geografie van Kevin Lebrun, dit voorjaar met succes verdedigd aan de ULB.

Lebrun stelt voor om drie in plaats van twee lijnen door de premetro tussen Noord en Zuid te sturen (evenveel als er vandaag al door het stuk Zuid-Albert rijden). Zowel in het noorden als het zuiden kan je zo drie vertakkingen hebben die veel meer wijken een rechtstreekse rit naar de binnenstad bieden.

Het voorstel wijzigt zes lijnen van het bestaande net. Lijnen 3 en 4 smelten samen tot één lijn tussen Esplanade en Stalle, Lijn 82 behoudt zijn tracé in Berchem en Molenbeek, maar stuurt Lebrun vervolgens door de premetro tussen Zuid en Albert en vervolgens via Churchill en Buyl naar de ULB.

Het zuidelijk tracé van lijn 82 zou worden overgenomen door een vernieuwde lijn 62, die zo ook de Rogierlaan en de Leopold III-laan met de premetro tussen Noord en Zuid verbindt. Het stukje van de huidige 62 door Laken en Jette wordt overgenomen door lijn 25. Tot slot koppelt Lebrun lijn 55 aan het zuidelijke deel van lijn 51, via de premetro. Het noordelijke deel van de 51 blijft op zichzelf bestaan.

Nieuwe verbindingen zijn onder meer Drogenbos-Eurocontrol, Bordet-Van Haelen en Berchem-Marie-José. Vorst en Schaarbeek zouden zo (opnieuw) rechtstreeks verbonden worden met Beurs en De Brouckère. Ook de overstap aan Churchill zou verdwijnen, wat goed is voor delen van Ukkel en Elsene.

Volgens de berekeningen van Lebrun krijgt ruim een kwart van alle Brusselaars zo een snellere verbinding met het centrum. Zelfs als de reële winst slechts enkele minuten bedraagt, is dat de moeite. “De perceptie van de tijd is anders op het openbaar vervoer dan in de auto of op de fiets,” legt Lebrun uit. “Wie actief is, heeft de indruk dat de tijd sneller gaat. In de tram of bus is dat omgekeerd. Als je enkele minuten moet wachten op een overstap is dat gevoel nog veel sterker.”

De onderzoeker benadrukt dat het om een voorstel gaat om het debat te voeden. Het alternatieve tramplan is uitgewerkt terug te vinden in het doctoraat van Kevin Lebrun, met de titel L'accessibilité urbaine en transport public et ses déterminants, le cas de Bruxelles.