Brusselse kilometerheffing op 18 december op Overlegcomité

De kilometerheffing die het Brussels gewest wil invoeren, wordt op 18 december besproken op het Overlegcomité. Dat bevestigde Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open Vld) donderdag in het Vlaams Parlement na vragen van Karin Brouwers (CD&V) en Bart Claes (Vlaams Belang). Peeters zei donderdag niets tegen een slimme kilometerheffing te hebben, als er voldoende alternatieven zijn.

Brussel wil vanaf 2022 eenzijdig een kilometerheffing invoeren. Die wordt voor de Brusselse autobezitters gecompenseerd door de afschaffing van de verkeersbelasting en de BIV, maar niet voor de pendelaars uit Vlaanderen en Wallonië.

Brussel wil haar tol volgende week voorleggen aan de andere regeringen van het land. "Als ik lees dat men met de tol een shockeffect wil bereiken, doet mij dat wel een beetje twijfelen aan het succes van dat overleg", zei Peeters in het parlement.

Nochtans heeft ze naar eigen zeggen niets tegen een slimme kilometerheffing. "Een belasting op het gebruik in plaats van op het bezit zou geen slechte zaak zijn", aldus Peeters. Maar daarvoor is volgens haar veel overleg nodig. Ze wees erop dat voor de invoering van een kilometerheffing voor vrachtwagens, op het hele Belgische grondgebied, ruim tien jaar nodig was.

"Brussel moet zich er heel goed van bewust zijn dat 2022 helemaal niet haalbaar is, omdat er nog heel wat alternatieven op tafel moeten worden gelegd. Een slimme kilometerheffing zou goed kunnen werken, maar dan moet men de pendelaar wel een keuze laten", zei ze.

Peeters denkt onder meer aan randparkings, voldoende aanbod aan duurzame alternatieven, een uitgebreid fietsroutenetwerk, enzovoort. "Als de pendelaar de mogelijkheid heeft om op de nog aan te leggen mobipunten snel over te stappen, dan kan men spreken over een slimme kilometerheffing die door de drie gewesten tegelijk ingevoerd zou kunnen worden", besloot de minister.