Brusselse scholen: 'Volledige heropstart kan niet overal'

Alle kinderen uit de basisschool mogen vanaf volgende vrijdag weer naar school, meldde de overheid woensdagavond. De onderwijsbonden hebben felle kritiek op de veiligheid en haalbaarheid van die beslissing. Brusselse scholen proberen zich intussen snel opnieuw aan te passen, al heerst er ook ongerustheid bij leerkrachten: 'Wat als kinderen elkaar besmetten? Of zij ons?"

Het Overlegcomité van de verschillende Belgische deelregeringen maakte woensdagavond bekend dat kleuters en de kinderen uit het 3de, 4de en 5de leerjaar volgende week opnieuw naar school mogen. Elke klas wordt één ‘contactbubbel’, ook al zitten er meer dan het tot nu toe maximale aantal van 14 leerlingen in.

De onderwijsvakbonden hebben zware kritiek op die versoepelingen. Vooral het wegvallen van de 4 vierkante meter per leerling per klas maakt hen ongerust. "Op het overleg vorige vrijdag klonk het dat die 4 vierkante noodzakelijk was voor de veiligheid, nu niet meer, wat is er in die paar dagen veranderd?”, klinkt het bijvoorbeeld bij Nancy Libert, secretaris van ACOD Onderwijs.

“Leerkrachten zijn blij dat ze opnieuw fysiek mogen lesgeven en ze hun kinderen weer op school mogen verwelkomen, maar niet op deze manier”, zegt Libert. “Ze hebben schrik voor hun eigen veiligheid en die van hun omgeving.”

'Simplistisch'

“Het is een hele plotse verandering van helemaal niets naar alles”, zegt Kathleen Kusseneers, kleuterjuf in een school in centrum-Brussel. “De communicatie is ook heel simplistisch. Alle klassen mogen opnieuw open, wordt er aangekondigd, zonder rekening te houden met de praktische gevolgen van die beslissing.”

“Kleuterklassen hebben heel wat materiaal bijvoorbeeld, dat dan telkens ontsmet zou moeten worden. Bij ons op school is dan ook beslist om niet alle klassen te openen, gewoon omdat dat niet haalbaar is. Enkel het derde kleuterklasje gaat van start, in de andere jaren voorzien we alleen opvang. Geen enkele klas op school start trouwens voltijds, daarvoor is er simpelweg niet genoeg plaats op de speelplaats bijvoorbeeld.”

Kusseneers vreest voor de gevolgen als de kleuters elkaar onderling zouden besmetten. “Of als wij door een kind besmet zouden worden. Zelfs al doen we hard ons best om de veiligheid te garanderen.”

Wendy Gautier is de directrice van basisschool De Mozaïek in Schaarbeek, waar BRUZZ twee weken geleden nog langsging om de heropening van bepaalde klassen mee te maken. “Vanavond heb ik een vergadering met de leerkrachten, om te zien wat zij haalbaar achten. In het ene scenario laten we alle kinderen weer voltijds naar school gaan, in het andere zou dat halftijds zijn, telkens halve dagen."

"We willen graag weer voltijds opengaan, maar we zijn bang dat sommige ouders dan zullen afhaken omdat ze de situatie te gevaarlijk vinden. Als we opnieuw voltijds opengaan, zou dat sowieso met verschillende aanvangs- en sluitingsuren zijn per klas, zodat we een te grote toeloop voor de poort vermijden. Dan zouden we de speeltijden ook alterneren, zodat de klassen niet met elkaar in contact komen. Maar dat kan niet in scholen met kleinere gebouwen.”

Afweging

De leerkrachten van De Mozaïek zijn volgens Gautier niet bang voor de heropening. “We blijven ook natuurlijk sowieso lesgeven met mondmaskers en gezichtsvizieren op, en iedereen zal vaak de handen blijven wassen.”

Na de uitspraken van minister Weyts vorige week over een heropening organiseerde de school een bevraging bij de ouders van de kinderen die nog niet terug op school zijn. Ruim 90 percent zag dat zitten.

“Maar toen gingen we wel nog uit van halve dagen les, en dus de helft minder kinderen op school. In een paar dagen tijd zijn de regels opeens versoepeld. Nu is het ineens wel veilig om met meer in de klas te zitten. Ik kan me dus wel voorstellen dat sommige ouders met die vraag worstelen.”

'Wisselende communicatie'

Veel directeurs van basisscholen vragen zich intussen net als Gautier af wat het beste is. Dat zegt Pascal Onderdonk, coördinerend directeur basisonderwijs bij de Scholengroep Brussel. “Maximaal opengaan met het risico dat bepaalde ouders hun kinderen thuishouden? Of de groep op school stelselmatig een klein beetje uitbreiden. Bijvoorbeeld door de helft van de klasgroepen twee dagen per week te laten komen, en dan de andere helft van de week de overige leerlingen."

"Maar alles hangt af van de situatie op de school zelf. Scholen die met verbouwingen bezig waren en te weinig plaats hebben, zullen het technisch niet waar kunnen maken.”

In andere scholen is een volledige heropening onhaalbaar. “Sommige schoolgebouwen hebben heel smalle gangen en maar één in- en uitgang. Zeker het uit elkaar houden van de klasbubbels tijdens speeltijden en middagpauzes bezorgt directeurs nog hoofdbrekens. Wat als het plots slechter weer zou worden bijvoorbeeld?”

“Iedereen betreurt de wisselende communicatie”, zegt Onderdonk. “De richtlijnen veranderen voortdurend. Onze mensen hadden gehoopt op een iets langere testperiode na de herstart. Met de feest- en brugdag er tussenin hebben we nog maar een dag of drie-vier kunnen proefdraaien. Ik denk dat sommigen niet beseffen wat een geweldige organisatie die heropstart vereiste. Na de eerdere medelingen van minister Weyts waren veel directeurs al begonnen scenario’s uit te dokteren, die moeten dan nu weer bijgestuurd worden. Dat wordt wel als omslachtig ervaren.”