Ook VUB denkt na over start academiejaar op 1 september

De VUB schiet de mogelijkheid niet af om het academiejaar drie weken vroeger te starten. Dat bevestigt rector Caroline Pauwels aan BRUZZ. “We zien bij de VUB zowel de voor- als de nadelen. We waren nooit vragende partij, maar we zijn ook nooit tegen verandering.”

De UGent en de KU Leuven willen de kalender van het academiejaar hertekenen. Half februari bespreken beide uniefs hun voorstellen met alle hogescholen en universiteiten. Ze hopen nog voor de zomer tot een akkoord te komen, schrijven Het Nieuwsblad, Gazet van Antwerpen, Het Belang van Limburg en De Standaard woensdag. De VUB zit ook mee aan de overlegtafel.

In de plannen zou het academiejaar niet langer de derde week van september beginnen, maar wel op 1 september. “Het is een discussie die regelmatig wordt gevoerd,” zegt rector Caroline Pauwels aan onze redactie. “Nu ligt ze opnieuw op tafel en ik vind dat we er met open geest naar moeten kijken. Wat de VUB betreft: wij zijn nooit vragende partij geweest, maar we schieten dit ook niet meteen af.”

Mentale rust

In het voorstel loopt het eerste semester, inclusief blok en examens, tot de kerstvakantie. Dat betekent dat studenten zonder te studeren de eindejaarsperiode kunnen vieren. Het tweede semester begint na de kerstvakantie, met examens tot half mei. Studenten die al in de eerste zit slagen, hebben dus al vanaf dan zomervakantie. Wie tweede zit heeft, legt die een maand later af. Met de leerstof vers in het hoofd moet dat de kans op slagen vergroten.

Het grote voordeel van die nieuwe agenda is dat studenten zeker zijn van minstens acht weken vakantie rond kerst en in de zomer. Dat moet hen 'mentale rust' geven. De keerzijde is dat er minder lesweken zijn. Die zouden intensiever worden. “Als dat er allemaal komt, is dat sowieso wel pas voor 2022, nog een hele tijd,” voegt rector Pauwels toe.

Voor- en nadelen

Intern is er nog niets besproken bij de VUB, maar het is een optie, met het oog op de voordelen. “Die zijn er vooral voor de studenten, al hebben we hen ook al gehoord en blijken er zeker nog tegenstanders. Niet iedereen houdt van verandering,” aldus de rector.

“Voor de docenten weten we nog niet of zoiets een voor- of achteruitgang zal zijn. De grotere focus op permanente evaluatie en kleinere studiegroepen die het KUL-dossier voorstelt vraagt meer personeel. Dat kan een nadeel zijn, maar wij zijn een kleinere instelling en we kunnen dat dus makkelijker aan. Eigenlijk zijn we altijd al voorstander geweest van meer permanente evaluatie.”

En dan zijn er nog de nadelen. “Zo’n verandering vergt veel administratief werk, onderschat dat niet,” stelt Pauwels. “Daarnaast zijn er specifiekere nadelen zoals de loskoppeling van buitenlandse academische kalenders. En tenslotte kunnen we bij de VUB zoiets nooit doen los van de ULB en de UCL.” Die moeten op een bepaald moment dus ook mee aan tafel. “Want als we ermee doorgaan, doen we het allemaal samen, anders doen we het helemaal niet.”