Tekort van 285 voltijdse equivalenten in Brussels Nederlandstalig onderwijs

In het Brussels Nederlandstalig onderwijs is er een tekort van ongeveer 285 voltijdse equivalenten. Er zijn vijf nieuwe pistes naar voren geschoven om het lerarentekort op te vangen. Dat heeft Brussels minister Sven Gatz, in de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) bevoegd voor het Nederlandstalig onderwijs, woensdag bekendgemaakt.

Op een totaal van 7.300 mensen die professioneel aan de slag zijn in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel is er een tekort van 4 procent. Dat blijkt uit twee bevragingen van de VGC bij de schoolnetten, één op 23 augustus en één op 6 september.

"De cijfers die tonen dat een minderheid van de scholen met een volledig lerarenkorps kan beginnen aan het schooljaar zijn onweerlegbaar", erkent Gatz.

De verschillende VGC-raadsleden wilden van Gatz weten hoe de job van leerkracht in Brussel aantrekkelijker gemaakt zal worden en hoe afgestudeerde leerkrachten of zij-instromers extra ondersteund worden. Minister Gatz maakte bekend dat dit jaar al 13 zij-instromers zich via Teach For Brussels, de nieuwe deelwerking van de vzw Teach for Belgium, inschreven voor het traject.

Extra pistes op tafel

"In het vorige schooljaar 2020-2021 waren er 302 zij-instromers in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel in 2020-2021. Dit cijfer komt overeen met 10,3 procent van alle zij-instromers in Vlaanderen", verklaart Gatz.

Intussen worden verschillende extra pistes op tafel gelegd om vacatures snel in te vullen. Zo wordt bekeken of zij-instromers ook in het basisonderwijs terecht kunnen, of er een verkort onderwijstraject voor zij-instromers kan komen, hoe vrijwilligers en gepensioneerden ingezet kunnen worden en hoe laatstejaarsstudenten via langlopende stages ingezet kunnen worden.