Kinderen uit het Nederlandstalig onderwijs in Brussel op uitstap

| Kinderen uit het Nederlandstalig onderwijs in Brussel op uitstap.

Opinie

Edito: onze ketten verdienen meer investeringen in het onderwijs

Steven Van Garsse
© BRUZZ
30/04/2019

Het Nederlandstalig onderwijs in Brussel staat voor een kolossale opdracht. Dat wisten we al, maar een studie van de KU Leuven van vorig jaar, zopas door De Standaard in de aandacht gebracht, bevestigt dat nog eens.

De onderzoekers Franck & Nicaise gingen na in hoeverre de schoolsituatie verantwoordelijk is voor het kennis­niveau van wiskunde en lezen. Concentratiescholen scoren slecht. Zowel kansarme maar ook de kansrijke kinderen presteren er ondermaats. Dat was tot nu toe onderbelicht gebleven.

De studie gaat weliswaar over het secundair onderwijs, maar ze is toch een eyeopener. Heel veel Nederlandstalige Brusselse kinderen volgen les in klassen waarvan maar een kleine minderheid van de leerlingen in homogeen eentalig gezinnen leeft.

Moet hiermee het Gelijke Onderwijskansendecreet, dat vandaag zijn vijftiende verjaardag viert, op de schop? Zeker niet. Het GOK-decreet heeft door zijn voorrangsregels wel degelijk tot sociale vermenging geleid in de Brusselse scholen. Er zijn tal van basisscholen met voordien een honderd procent allochtone populatie, waar de Nederlandstalige kinderen zich vandaag goed thuis voelen.

"Het Nederlandstalig onderwijs zal goed moeten nadenken over zijn opdracht in de diverse stad waarin het opereert"

Steven Van Garsse, redactiechef BRUZZ

Steven Van Garsse, chef BRUZZ-magazine

Vraag is wel of het een goed idee is om de voorrang voor de Nederlandstaligen nóg verder op te trekken. Het ging van 45 procent in het verleden naar 55 en nu naar 65 procent voorrang. Dat is wat het Vlaams Parlement zopas heeft beslist. De maatregel treedt in 2020 in werking, en heeft tot veel protest geleid bij de Franstalige bestuurslui. Op vrij korte termijn zou er een Nederlandstalige voorrang ontstaan van 80 procent, door de voorrangs­regels in het basis- en het secundair onderwijs samen te tellen.

Franstalige politici als Caroline Désir (PS) vrezen dat het Nederlandstalig onderwijs zich afsluit van de demografische realiteit, en het Franstalig onderwijs opzadelt met de kinderen uit de migratie, die noch Nederlandstalig, noch Franstalig zijn.

Helemaal onterecht is die kritiek niet. De Raad van State waarschuwt trouwens voor juridische malheuren. De grondwet voorziet in een vrije onderwijskeuze in Brussel. Met extreme voorrangsregels aan Nederlandstalige kant kan die in gevaar komen. Zien wat het Grondwettelijk Hof zegt. Want de Cocof heeft alvast beslist om een klacht in te dienen.

Los van de juridische vraagstelling, is er ook de maatschappelijke. Het Nederlandstalig onderwijs in Brussel zal hoe dan ook goed moeten nadenken over zijn opdracht in de diverse stad waarin het opereert. Er is de afgelopen jaren massaal geïnvesteerd in nieuwe schoolgebouwen. Dat is prima. Een conditio sine qua non. De vraag voor de volgende jaren is hoe er in extra personeel en nieuwe vormen van pedagogie geïnvesteerd kan worden, zodat de toekomst van de Brusselse ketten verzekerd is.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel , Opinie , nederlandstalig onderwijs , concentratieschool , Kansarmoede , KU Leuven

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni