gemeenteplein Molenbeek c Bart Dewaele

Arme wijken rond centrum worden rijker, bewoners niet

Jasmijn Post, Kim Verthé
© BRUZZ
30/06/2015

Een nieuwe studie legt de dynamiek van wijken in moeilijkheden bloot. Opvallend is dat de wijken rondom de Brusselse Vijfhoek rijker worden, maar hun inwoners niet. Die trekken naar omliggende wijken die nog wél betaalbaar zijn.

D e studie, uitgevoerd in opdracht van de POD Maatschappelijke Integratie, Armoedebestrijding, Sociale Economie en Grootstedenbeleid, moet fungeren als atlas over buurten in moeilijkheden en als instrument voor beleidsvoering.

De studie werd uitgevoerd door Christian Kesteloot (ISEG-KU Leuven), Christian Vandermotten (IGEAT-ULB) en Bertrand Ippersiel (ICEDD). Ze onderzochten tweeëntwintig variabelen, waaronder huisvesting, onderwijs, socio-economische toestand, inkomen en gezondheid.

Zeventien Belgische steden werden onderzocht, waaronder Brussel. Met 295 achtergestelde buurten springt Brussel er bovenuit als stad met de meeste probleemwijken. “Brussel is verreweg de stad met het grootste aantal personen dat in achtergestelde buurten woont: 761.000 personen op bijna twee miljoen inwoners in het stadsgewest. Zelfs al is het aandeel van de bevolking hoger in Luik en in de Henegouwse industrie-as, dan nog onderscheidt Brussel zich door een zeer sterke polarisatie tussen arme en rijke wijken, met als gevolg dat er talrijke wijken in zeer grote moeilijkheid zijn,” klinkt het. Na Brussel komen Charleroi en Luik.

De meest precaire buurten in Brussel bevinden zich ten noorden en ten westen van de Vijfhoek in de sikkel van Sint-Joost-ten-Node over westelijk Schaarbeek, Molenbeek tot Sint-Gillis.

Net zoals in Antwerpen en Gent is in Brusselse armere wijken niet zozeer het gemiddelde inkomensniveau of de werkloosheid een probleem, zo zeggen de onderzoekers, maar wel de geografische concentratie van de meer achtergestelde bevolking in bepaalde delen van de stad.

Emigratie uit arme wijken
Eén constante: in alle onderzochte stadsgewesten zien de onderzoekers een tegenstelling tussen een verarmd stadscentrum en een bemiddelde periferie. “Wat er ook wordt beweerd, de randverstedelijking door de bemiddelde klasse gaat aan een gestaag tempo verder, en de plaatselijke processen van gentrificatie vormen geen tegengewicht,” concluderen de onderzoekers.

Maar “opvallend is de emigratie uit de klassieke arme buurten,” zegt geograaf Maarten Loopmans. “Gezinnen met meerdere kinderen trekken weg, en in de plaats komen tweeverdieners. De voormalige bewoners trekken in veel gevallen naar de omliggende wijken. Je ziet bijvoorbeeld dat laag-Molenbeek welvarender wordt, maar dat nieuw Molenbeek de rol van transitwijk overneemt. De klassieke arme wijken worden dus rijker, maar dat maakt niet dat het armoedeprobleem is opgelost.”

Bovendien blijkt dat de meest welgestelde wijken in stadsgewesten vaak gesloten blijven voor huishoudens die de armste wijken ontvluchten, maar ook voor de nieuwe migranten. “Derhalve wordt de toenemende demografische druk op de grote steden, in het bijzonder Brussel, in de eerste plaats gedragen door de armste wijken en hun rand, die iets minder achtergestelde is.”

Armoedebestrijding
Maarten Loopmans ziet een gelijkaardige armoedeverschuiving ook in Antwerpen of Gent, waar dit in Waalse steden niet het geval is. “Mijn these is dat dit te maken heeft met een andere beleidsvoering. In Wallonië staat armoedebestrijding voorop, terwijl in Brussel en Vlaamse steden sterker wordt ingezet op stadsontwikkeling. Nieuwe musea of investeringen in de publieke ruimte zorgen misschien voor een opwaardering van de wijk, maar lossen uiteindelijk de problemen niet op.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni