Column Freddi Smekens: Kunne & kenne

Freddi Smekens
© Brussel Deze Week
27/02/2011
Tijd nu, waarde lezer, om even na te gaan welke kanten we met ons woordje kunne op kunnen. Moet kunnen, zou ik zo zeggen. We beginnen graag met de uitdrukkingen: “Ik kan doe niks van” en: “Ik kan doe alles van.” Het kan wat eigenaardig klinken, maar zowel in het ene als in het andere geval spreken we onszelf niet zelden tegen. De vraag is uiteraard wa da we kunne en ni kunne. En ook of kunne met kennis of handigheid te maken heeft.

Voor het eerste zou ik in ons Brussels uiteraard kenne gebruiken. Het komt u en mij vast wel voor dat men, wanneer men meldt van Brussel te zaain, geconfronteerd wordt met een aantal standaardvragen. Eén voorbeeldje uit de duizend: "Den mooj ga zeiker de Charel kenne!?" Een logisch antwoord op die vraag is: "Masscheen wel... mo welke Charel? Kunde ma daan neki specifijeire?" En men voegt er uiteraard aan toe: "Doe zaain zuveul Charels in Brussel." Wanneer we dan te horen krijgen: "Awel, de Charel dee on 't sas van de voet nog stamenei g'haave heit! Daan kende toch!? Ik zou zegge dé Charel, quoi!", dan zijn er twee mogelijkheden. Ofwel kent men gienen andere Charel, ofwel hemme we van alle Charels in Brussel al g'huut, hormis van dáán Charel.

Tot hier wat het subtiele verschil tussen kunne en kenne betreft. Maar ons Brussels zou niet zijn wat het is mocht er niet meer aan de hand zijn. Zo wordt ons af en toe de vraag gesteld: "Kunde gaa ma da zegge?", eventueel aangevuld met het wat minder beleefde: "... gaa dee alles weut." Moet men in dat extreme geval een defensieve houding aannemen? Ik denk persoonlijk van niet, waarde lezer. Natuurlijk pakt men in dat geval niet uit met het agressieve: "Ik weit masscheen alles, mo wa ge ma vroegt, zou ik ni wille kunne weite!" Met zo'n uitspraak kan men alleen maar mensen kwetsen. In dezelfde zin klinkt "Goo gaa da wel kunne?" eerder als een aanmoediging dan als een belediging. Want in dat geval zullen we er alles aan doen om te bewijzen da we het wel kunne.

En dan is er ook nog het onvermijdelijke "Da moo kunne." Eigenaardig genoeg heeft men die uitspraak in ons Algemeen Nederlands verkort tot: "Moet kunnen." Vraag me niet waar dat woordje dat gebleven is! En daarbij schiet me ook een eigenaardige bedenking te binnen die ik graag met de lezer deel. Namelijk dat er toch een nuance moet bestaan tussen: "Ik kan er ni on doon" en "Ik kan er niks on doon." De twee uitdrukkingen zijn gevoelsmatig van dezelfde orde, daar niet van. Toch heeft de eerste te maken met een soort schuldbekentenis, en de tweede met berusting. Dat leverde mij onlangs nog de bemerking op: "Haaj gaa ni beiter schaulmiester as gazetteschraaiver geweudde?" Een opmerking die ik alleen kon weerleggen met het onvermijdelijke "Ik kan ni alles kunne."

En nu ik toch last blijk te hebben van een Brussels taalknobbeltje, wil ik de lezer even zijn of haar gedacht vragen. Neem "Da meugde wel zegge" en "Da kunde wel zegge." Bedoelen we in beide gevallen hetzelfde? Ik denk dat de twee evenwaardig zijn, en toch is er die magische kracht die ons aan het denken zet. Evenzeer wanneer men in het ongewisse verkeert bij het moeten of kunnen beantwoorden van die vraag. Zonder spijkers op laag water te zoeken, zou ik nog iets op toefel wille smaaite. Zegt men in bovenstaand geval: "Ik zou het ni kunne zegge" of: "Ik zou het ni kunne weite"? In de hoop niet te overdrijven, laat ik ook hier het oordeel aan de lezer over.

En nu iets over het geval waarin ik gesolliciteerd word iets aan een situatie of een probleem te verhelpen. In geval van twijfel gebruik ik altijd de pluralis majestatis. Dan gaat het dus eerder van "We zulle zeen wa we kunne doon", veeleer dan "Ik zal zeen wa 'k kan doon." In het eerste geval zijn we beiden verantwoordelijk voor het feit dat we er niks on kunne doon hemme.

Ik wil niet met een pessimistische noot eindigen, waarde lezer, maar toch graag nog even dit. In de loop der tijden, die aanzwellen en voorbijvliegen, denk ik af en toe na over een grafschrift voor mezelf. Een van de laatste ontwerpen die mij te binnen schoot, luidde: 'Moot kunne'. Maar wees gerust, 'k zal 't nuut ni vè eemand anders gebrooike!

Freddi Smekens

Freddi Smekens neemt u wekelijks mee door de wondere wereld van het Brussels.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel-Stad , Samenleving , Freddi Smekens

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni