Column Freddi Smekens: Leive

Freddi Smekens
© Brussel Deze Week
07/11/2010
W anneer we het woordje 'leive' in het Brussels gebruiken, kunnen we gelukkig alle kanten uit. Dat kan gaan van “’t Leive es toch schuun” tot “Da’s hee gien leive”. Daartussen zijn er een aantal varianten die we hieronder even nader gaan bekijken.

Maar beginnen we alvast met de twee uitersten. Wie spreekt over e schuun leive, kan het uiteraard zowel over zichzelf als over anderen hebben. Ik wil er hier echter wel graag op wijzen, waarde lezer, dat de uitdrukking "Gaa hèt toch e schuun leive!" vaker voorkomt dan "Ik hem hee e schuun leive". Met e schuun leive verwijzen we hier uiteraard naar een staat van geluk of gelukzaligheid. En ook wanneer men niet helemaal overtuigd is dat iemand die bereikt heeft, kan men toch uitpakken met "Gaa hèt na neki e schuun leive!".

Wanneer we nu het tegenovergestelde van e schuun leive bekijken, merken we dat e slecht leive hier niet van pas komt. In dat geval gaat gien leive wel degelijk op. Onze uitdrukking "Da's hee gien leive" heeft dus alles met kommer en kwel te maken.

Maar wat heeft het leven ons, tussen die twee uitersten, nog meer te bieden? Ik zou zeggen alles wat met ons doegelaaiks leive te moeke heit. Zo kan men bijvoorbeeld de haast retorische vraag stellen: "Hei da vanzeleive al geweite?". Uiteraard verwacht men op die vraag niet "Nateurlaaik? Gaa ni?" als antwoord.

Anders is het gesteld met vragen als "Zaai doe vanzeleive al geweist?", "Hei da vanzeleive al gezeen?" of "Zaaide da al teige gekomme?". Daar kan eventueel met "ja" of "neije" op geantwoord worden, zonder de vraagsteller in verlegenheid te brengen. Daaruit kan men gerust afleiden dat ons woordje weite in het leive van alle dag een aparte plaats inneemt.

Een uitspraak die men af en toe met een korreltje zout moet nemen luidt "Giel ma leive". Neem nu iemand die uitpakt met "Ik hem giel ma leive gewerkt". Daaruit kan men toch niet afleiden dat de persoon in kwestie vanuit het moederhuis onmiddellijk achter een bureau is gaan zitten of aan de band is gaan staan? Even bizar is het gesteld met "Ik hem giel ma leive niks anders gedoen" of "Ik vroeg ma da al giel ma leive af". Hoe subtiel, rekbaar, kort en relatief ons leive ook moge zijn, waarde lezer, laat ons de uitdrukking niet te pas en te onpas gebruiken.

Wie meer mystiek aangelegd is, zal het nu en dan uiteraard hebben over "in 'n ander leive" of eventueel "in e veurig leive". Bij wat er in die leives allemaal gebeurd kan zijn, kunnen we onze fantasie uiteraard de vrije loop laten. U zal ongetwijfeld zelf al gemerkt hebben dat wie over dat veurig of ander leive spreekt, er altijd een mooier beeld van ophangt dan van het leven dat hij of zij nu meemaakt. Soms stel ik mij de vraag waarom men dat ander leive in dat geval al dan niet vrijwillig heeft verlaten.

Van de mystieke toer gaan we even de anekdotische toer op. Zo had ik het op een zekere dag met een vriend over leive en duud. Want men kan het nu eenmaal niet over het ene hebben zonder bij het andere terecht te komen. Toen mijn vriend vroeg wat ik noe ma leive als grafschrift zou willen, moest ik even nadenken. Toch duurde het niet lang voor ik zei: "Awel, ik wil e ruud kroois op ma graf. Met als grafschrift: 'Ik hem al gegeive'.

Nu wil ik het ook graag over een vreemde manier van begroeting hebben. Het komt spijtig genoeg af en toe voor dat iemand ons begroet met de lugubere vraag "Leivde ga nog?". Veel meer dan "Gaa par malheur oek persees!" heb ik daar nooit op kunnen antwoorden.

Graag wou ik de lezer ook nog even meegeven dat het net de Brusselaars zijn die het boerenleven op een merkwaardige manier bezongen hebben. Velen onder ons kennen ongetwijfeld de evergreen (ik kies het woord met zorg) "En 'n dikke panch en 'n snij van 't verke! Booreleive en dat es plezant! (3x)" Zullen we deze prachtige ode van de Brusselaars aan onze vrienden landbouwers even uitproberen, waarde lezer.

Ik wil hier zeker niet met een pessimistische noot afsluiten, maar er is nog één Brusselse uitdrukking die ik wil aanhalen. Wie niet helemaal zeker is van de doodsoorzaak, kan op de vraag "Van wa es hem gesteurve" altijd uitpakken met "Hij (zij) was opgeleifd".

Freddi Smekens

Freddi Smekens neemt u wekelijks mee door de wondere wereld van het Brussels.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving , Freddi Smekens

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni