Marnixplan pleit voor meertalig Brussel: 'Moedertaal migranten mag niet verdwijnen'

Steven Van Garsse
© Brussel Deze Week
18/09/2013
UCL-professor Philippe Van Parijs zit niet stil. Hij lanceerde vorig jaar met veel succes Picnic The Streets en zet nu zijn schouders onder het Marnixplan voor een meertalig Brussel. "Het is interessant om in het hart van een netwerk te staan."

D e bibliotheek van filosoof en economist Philippe Van Parijs neemt stilaan mammoetproporties aan. "Ik moet beginnen te stapelen. Er zijn boeken waarvan de kans miniem is dat ik ze nog ooit in mijn leven opensla. Maar zeker weet je het nooit."

Dat Van Parijs zich voor meertaligheid interesseert, is niet zo bijzonder. Hij schreef vorig jaar een boek over taalrechtvaardigheid, dat zopas in het Duits werd vertaald en goed werd onthaald. "Meertaligheid is met mijn hele zijn verbonden," zegt Van Parijs. "Ik ben zelf meertalig. Mijn kinderen en mijn kleinkinderen zijn het ook."

Hoe is het Marnixplan ontstaan?
Van Parijs: "Na de Staten-Generaal in 2009 hebben we met de denktank Aula Magna mensen uit Luxemburg en Barcelona uitgenodigd die hun ervaringen met meertalig onderwijs met ons hebben gedeeld. Dat is interessant omdat in beide meertalige steden ook een belangrijke migrantengemeenschap leeft. Barcelona is nog het interessantst, omdat in de Catalaanse stad, net als in Brussel, een dominante en gedomineerde taal aanwezig zijn."

"Ik ben me verder in meertaligheid gaan verdiepen. Ik zag statistieken van Actiris die aantonen dat werkloosheid het hoogst is bij eentaligen. Meertaligheid als oplossing ligt dan voor de hand. Die is alleen niet makkelijk van bovenaf op te leggen. We hebben allerlei stakeholders verzameld, van Johan Leman van Foyer over Actiris-baas Gregor Chapelle tot topmensen van EU-instellingen en hebben beslist om rond meertaligheid een website op te zetten en evenementen te organiseren."

Waarom vinden jullie meertaligheid belangrijk?
Van Parijs: "Omdat eentaligheid een drempel is voor de toegang tot de arbeidsmarkt. Tien jaar geleden was de voertaal in driekwart van de Brusselse bedrijven uitsluitend Frans. Vandaag is Frans nog maar in een derde van de bedrijven de exclusieve voertaal."

"Daarnaast valt de stijging op van het aantal Brusselaars dat geen van de drie belangrijkste talen spreekt. In de eerste taalbarometer van onderzoeker Rudi Janssens (VUB) was dat twee procent. Vandaag spreekt maar liefst acht procent noch Frans, Nederlands of Engels. Dat geeft problemen met de sociale cohesie. Als je alleen je eigen taal spreekt, blijf je in je eigen kringetje hangen. En er is het probleem van de politieke deelname. De meeste van die mensen hebben stemrecht. Hoe kunnen zij een oordeel vormen over de politieke besluitvorming?"

"Belangrijk is dat ons pleidooi voor meertaligheid verzoenbaar moet zijn met het behoud van de moedertaal. Een van de grote rampen uit het verleden is onze vraag geweest aan migranten om met hun kinderen Nederlands of Frans te spreken. Dat is om twee redenen problematisch. Kinderen leren slecht de schooltaal, omdat de ouders ze slecht spreken. Daarnaast is er het geleidelijke verlies van de moedertaal. Wat niet wil zeggen dat ouders geen Frans of Nederlands moeten leren. Die hebben de talen nodig om met de school in gesprek te kunnen treden en volwaardig deel te kunnen uitmaken van de stad."

U houdt in uw laatste boek een radicaal pleidooi voor het Engels als wereldvoertaal. Is dat niet in tegenspraak met de promotie van een meertalig Brussel?
Van Parijs: "Ik zeg niet dat het Engels de andere talen moet verdringen. De kennis van het Engels in Brussel is een steeds grotere troef in het contact met de Europese instellingen en de civil society. De kennis van het Frans en Nederlands blijven dan weer belangrijk in het contact met de omliggende gewesten. Brussel is een piepklein territorium dat voortdurend met die twee andere regio's te maken heeft."

U verwijst in een andere publicatie naar Ernest Gellner. Die bestudeerde de natievorming en zag de wereld evolueren van de veelkleurige schilderijen van Kokoschka naar de afgelijnde vlakken van Modigliani. Talen en naties zijn meer en meer met elkaar gaan samenvallen. Als ik u hoor, blijft Brussel een soort Kokoschka?
Van Parijs: "We moeten het model van Gellner nuanceren. Misschien moeten we een grijze waas leggen over Modigliani, nu het Engels in Europa zo in opmars is. Wat Gellner ook niet kon bevroeden, was het belang van de diaspora die - zeker met de digitale revolutie - zorgt voor het voortbestaan van de migrantentalen. Zelfs in Engelse steden wordt nu meertaligheid bestudeerd. In Manchester bijvoorbeeld zijn migrantentalen in opmars."

"Maar om op uw vraag te antwoorden. Er zijn hoe dan ook een aantal plaatsen waar de regel van Gellner niet opgaat. Dat is met name zo wanneer het om sociolinguïstische of geografische redenen realistisch en wenselijk is om de algemene kennis van meer dan één taal te bevorderen. Brussel is zo'n regio."
"De paradox zit elders. De meertaligheid in Brussel is alleen mogelijk door de officiële eentaligheid in Vlaanderen. Het is precies omdat Vlaanderen een taalpolitiek voert, en de Vlaamse rand niet verder verfranst, dat Brussel meertalig kan zijn. Kon men overal in Brabant wonen en werken met Frans als enige taal, dan zou Brussel nooit meertalig kunnen zijn."

Uw plan verwijst naar Marnix van Sint-Aldegonde, maar dat doet de Vlaamsgezinde serviceclub Marnixring al langer dan vandaag.
Van Parijs: "Klopt. Marnix van Sint-Aldegonde dook zelfs even op in een samenwerkingsproject van het Vlaams Belang en Pim Fortuyn."

"Ik heb al lezingen gehouden voor de Marnixring. Ik leg dan telkens uit dat Marnix een Franstalige Brusselaar is, afkomstig van een familie van Savoyards die in de Toulousestraat in Brussel een buitenverblijf had. Marnix van Sint-Aldegonde was geen flamingant. Hij was een kosmopoliet die vele talen sprak (Van Parijs schetst het leven van Marnix, van het beleg van Antwerpen tot de oprichting van de universiteit van Leiden, SVG). In die zin staat ons Marnixplan ook in het teken van het ons opnieuw toe-eigenen van een Brusselaar. Het is geen marshallplan - Marshall was een Amerikaanse antibolsjeviek. Neen, het is quelqu'un bien de chez nous."

Is een pleidooi voor Brussels meertalig onderwijs niet naïef?
Van Parijs: "We hebben heel wat academische expertise in huis. Het klopt dat er geen model voor meertaligheid bestaat dat in elke onderwijssituatie toegepast kan worden. Er is een groot verschil tussen meertalig onderwijs in een klas waar heel veel talen aanwezig zijn, en meertalig onderwijs in een monoculturele context."

Kan jullie plan een kentering teweeg brengen?
Van Parijs: "We gaan geen scholen inrichten. Laat dat duidelijk zijn. De middelen zijn bescheiden en dat zal zo blijven. Maar dat wil niet zeggen dat we geen invloed kunnen uitoefenen. We kunnen dat doen door dingen zichtbaar te maken. Het moet om betrouwbare informatie gaan, die losstaat van het pamflettaire. We kunnen de beleidsmakers er bijvoorbeeld op wijzen dat er geen Nederlands wordt onderwezen in sommige jaren in het Franstalig beroepsonderwijs in Brussel. Of dat het pover gesteld is met het taalonderwijs in Brussel. Uit nieuwe cijfers van Rudi Janssens blijkt dat slechts zeven procent van de jongeren die in het Franstalig onderwijs les hebben gevolgd, zich drietalig noemt. Janssens stelt een dalende trend vast. Ook in het Nederlandstalig Brussels onderwijs trouwens."

"Ik geloof ook in het netwerkeffect. Het is interessant om in het hart van een netwerk te staan. Een goed uitgebouwd netwerk van relevante personen in alle lagen van de maatschappij kan heel wat teweegbrengen."

"Maar misschien is lobbying niet het belangrijkste. Het is een attitude: we mogen fier zijn dat we met meertaligheid bezig zijn, dat Brussel een meertalige stad kan zijn. We moeten niet bang zijn om een taal te spreken die we niet perfect onder de knie hebben. Wederzijdse hulp moet er zijn en fierheid over wat we samen kunnen verwezenlijken."

Het Marnixplan wordt voorgesteld op 28 september in het BIP, met onder meer een debat tussen Rudi Vervoort, Guy Vanhengel, Pascal Smet en Marie-Martine Schyns. Meer info via deze link.

Meertaligheid

Brussel is officieel een tweetalige stad, maar als internationale hoofdstad worden er nog honderden andere talen gesproken. BRUZZ volgt voor je op hoe inwoners en instanties daarmee omgaan.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving , Meertaligheid

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni