Bij Samusocial was er niet enkel sprake van persoonlijke verrijking door de hoofdrolspelers. Het hele systeem zat zo in elkaar dat het wel tot corruptie moest leiden. Dat blijkt uit een nieuwe masterscriptie.
'Samusocial was een systeem dat wel tot corruptie moest leiden’
Lees ook: Edito: de hoogmoed van Mayeur
Belangenconflict, kleptocratie, verduistering en fraude, vriendjespolitiek, institutionele corruptie en omkoping. Het lijstje met onfrisse praktijken binnen het oude Samusocial is erg lang, blijkt uit een nieuwe masterscriptie van Alexander De Jaeger. Die onderzocht bestuur en corruptie bij twee aan de overheid gelieerde organisaties Samusocial en Publifin.
De Jaeger deed dat aan de IACA, de in Wenen gebaseerde internationale anticorruptie academie. De auteur is overigens ook auditeur bij de federale overheid, maar benadrukt dat de masterstudie los staat van die functie.
Ter herinnering: het Samusocialschandaal draaide rond financieel misbruik bij de gelijknamige vzw, die onder meer opvang voor daklozen organiseerde. Vooral ex-burgemeester Yvan Mayeur en ex-directrice Pascale Peraïta verrijkten zich er persoonlijk via een systeem van zitpenningen.
Falende structuren
De auteur keek niet enkel naar de feiten zelf, maar ook op welke niveaus de structuren binnen en buiten Samusocial faalden. Dat blijkt op tal van vlakken het geval. Met name in de controle op de vzw en het goedkeuren van managementbeslissingen liep het fout. De rapportering uit Samusocial bleek ook compleet mank te lopen en ook de interne controle zat helemaal scheef.
Onderstaande tabel geeft weer hoe de verschillende types van corruptie zich verhielden tot de falende bestuursmechanismen bij Samusocial.
De Jaeger concludeert dat de wantoestanden bij zowel Publifin als Samusocial verder gaan dan slecht functionerende controlemechanismen. “Die bestuursmechanismen werden verzwakt in hun kern. Het is alsof de politieke overheid de bestuursmechanismen ontworpen heeft om te falen,” schrijft hij in zijn conclusie. Samusocial werd in 1999 opgericht op initiatief van Yvan Mayeur, die toen OCMW-voorzitter was.
Aan de telefoon geeft de auteur nog een voorbeeld van die ingebakken uitnodiging tot corruptie. “Samusocial kreeg lange tijd geen structurele subsidie van het gewest, waardoor er dan ook veel minder controle was op de besteding van die middelen.”
"Het is alsof de politieke overheid de bestuursmechanismen ontworpen heeft om te falen."
“Dat corruptie zo structureel ingebakken zat in de werking én het toezicht, dat was toch wel een verrassing voor mij," zegt De Jaeger nog. "We kunnen daar ook uit leren: als je bij andere semipublieke organisaties dezelfde zwakke bestuursinstrumenten ziet, dan moet je ervan uitgaan dat er ook daar een risico is op corruptie.”
De scriptie geeft ook enkele aanbevelingen om de ontsporingen van Samusocial en Publifin te vermijden. De auteur benadrukt bijvoorbeeld het belang van de onafhankelijkheid en expertise bij bestuurders. Bij Samusocial was de partijkaart al eens het enige selectiecriterium. Verder beveelt de auteur aan om de onafhankelijke controlemechanismen aan te scherpen en ook de wetgeving op punt te stellen. In het geval van Samusocial waren de toegepaste praktijken strikt genomen vaak legaal.
Vraagtekens bij uitbesteding van overheidsfuncties
Op een hoger niveau stelt de auteur ook nog vraagtekens bij de trend om veel overheidsfuncties onder te brengen in organisaties als een door diezelfde overheid min of meer gecontroleerde vzw. Hoewel dit mogelijk efficiëntiewinsten met zich meebrengt, is er tevens een hoger risico op corruptie in vergelijking met een volwaardige overheidsdienst, stelt De Jaeger vast.
Lees meer over: Brussel , Samenleving , Samusocial , Alexander De Jaeger
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.