Peter Heymans is verhalenverteller. Hij maakt documentaires, reportages en realitytv. Een jaar geleden stampte hij zijn eigen productiehuis Nieveranst uit de grond. En dat bevalt goed: “Ik heb nog nooit met zoveel goesting rondgekeken in de wereld.” Voor de serie ‘De Nacht’, nu te zien op tvbrussel, volgt hij verschillende mensen tijdens hun nachtelijke bezigheden in Brussel.
Slavofiel Peter Heymans: ‘Ik ben geen journalist, ik ben verhalenverteller’
W e ontmoeten Peter in Jette, waar hij woont. “Ik woon in het ‘groene gedeelte’,” schrijft hij een paar dagen eerder in een e-mail. “Daar waar de koeien aan de rand van de stad grazen, of nog beter: in de stad grazen,” smileyt hij. Na een Nescafé bij hem thuis wandelen we door het Koning Boudewijnpark.
Nieveranst
Nadat Peter zijn filmopleiding aan het Sint-Lukas in Brussel afrondde, vertrok hij op de fiets naar Oekraïne. Op aanraden van een vriend nam Peter een camera mee op deze tocht van meer dan tweeduizend kilometer. “Toen ik thuiskwam, heb ik van het materiaal twee kleine documentaires van vijf minuten gemaakt. Tvbrussel heeft die opgepikt en me een baan aangeboden. Dat kwam goed uit, want ik had net de liefde van mijn leven ontmoet en ze was in verwachting.” Nadat Peter jarenlang heeft gewerkt als regisseur en reporter voor tvbrussel en Eyeworks, zette hij vorig jaar zijn eigen productiehuis Nieveranst op met Tim De Ridder en Jo Vandevenne. “Nieveranst is een plek die niet bestaat, maar die wij hebben geclaimd. Verhalenvertellers komen hier samen en kunnen hier doen wat ze willen doen. Peter zelf heeft jarenlange ervaring in de media. “Ik heb realityprogramma’s gemaakt, waaronder mijn grote jeugdzonde Beauty & de Nerd, maar ook langere reportages en documentairereeksen.” “Ik ben oorspronkelijk regisseur en eindredacteur, Tim De Ridder is regisseur en Jo Vandevenne is een van de beste monteurs van België. We staan op één lijn, en we moeten ons niet bewijzen aan elkaar.”
Met Nieveranst maakten Peter, Jo en Tim tot nu toe drie producties: Buitengewoon, Jong en op de vlucht, en Brussels by Night. “We hebben elkaar in het vak ontmoet, maar zijn in de eerste plaats vooral goede vrienden. We hebben al samengewerkt voor de productie van Jonge Zwanen, over ballerina’s en ballerino’s in Antwerpen. Met Buitengewoon wilde ik laten zien wat kinderen met een handicap wèl kunnen, in plaats van te laten zien waar ze vastlopen. Nieveranst volgde de kinderen een jaar lang. “Ik geloof niet dat je een verhaal kunt capteren in één dag. Dat is wat mij ook onderscheidt van de meeste journalisten. Ik ben geen journalist, ik ben verhalenverteller. Dat betekent dat ik niet van de korte sprint ben, maar van de lange afstand. Als ik een verhaal vertel, zou ik het zowel in fictie als in documentairevorm kunnen doen. Elk verhaal vraagt zijn eigen vorm of inhoud. Een boek schrijven is misschien nog wel mijn grootste droom.” Voorlopig bevalt het werk bij Nieveranst in elk geval nog goed: “ik ben nog nooit met zoveel energie opgestaan en ik heb nog nooit met zoveel goesting gekeken naar de wereld rondom mij.”
Brusselse verhalen
“Er zijn zoveel verhalen te vertellen in Brussel. Hier om de hoek is bijvoorbeeld een centrum van het Rode Kruis waar vooral moeders met hun kinderen zitten. Vluchtelingen uit Afghanistan, onder andere. Daar praat ik mee en dan denk ik: verhalen in Brussel lopen je letterlijk voorbij, het enige wat je moet doen, is de mensen aanspreken.” Met zijn wijsvinger trekt Peter zijn ene ooglid naar beneden. “Je moet gewoon kijken.” Maar zonder vooroordelen. “Als je een verhaal gaat vertellen, bevestig je vaak wat je al weet. Veel journalisten en verhalenvertellers trappen in die valkuil. Ik deed dat zelf in het begin ook. Nu weet ik, dat als op voorhand al vaststaat wat je gaat schrijven, je het artikel net zo goed niet kunt schrijven.” We moeten volgens Peter af van de Belgajournalistiek, waar we precies volgen wat de grote persbureaus dicteren. “De jonge mensen die nu afstuderen, hebben dat begrepen. Die weten dat het nieuws zich niet alleen afspeelt om zeven uur ‘s avonds, op de openbare omroep. Nieuws begint vanaf het moment dat je opstaat, dat je sociale media ‘checkt’ en om je heen kijkt. Wat Brussel zo interessant maakt, is het feit dat veel mensen een immigratiegeschiedenis hebben. Er zijn niet alleen mensen van buiten België, maar ook veel ingeweken Vlamingen in Brussel. Dat zijn voor mij ook immigranten. In de jaren 1970 kwamen er bijvoorbeeld heel veel beenhouwers en bakkers uit West-Vlaanderen naar Brussel. Die zitten inmiddels hier in de bejaardentehuizen.”
“In Brussel vind je alles: van een Syriëstrijder die zijn leven wil geven vanwege religieus idealisme tot wereldverbeteraars en creatievelingen. Er zijn hier kunstenaars en intellectuelen, en ook de Europese elite zit hier. Brussel is voor mij de perfecte stad om te wonen als verhalenverteller. Deze stad is eigenlijk een sociaal experiment. Omdat de kansarmoede toeneemt, maar er tegelijkertijd ook veel rijkdom is. Dat botst soms en als je daar als modern mens niet tegen kunt, moet je niet in Brussel gaan wonen. Dan kun je het hier niet overleven.”
“Met de nieuwe serie De Nacht (vanaf 5 september elke vrijdag op tvbrussel, jp) hebben we bewust gekozen om niet de nadruk te leggen op de miserie. We hebben gefocust op vrij positieve verhalen: een dragqueen die zich klaarmaakt voor een nacht dansen in discotheek le You, een jongetje dat overnacht in het Atomium, een tramconducteur die één van zijn laatste ritten rijdt. Ook brengen we de moustacheclub uit de Marollen in beeld; de Brusselse snorrenclub, die elk jaar de uitreiking van de ‘moustache van ‘t joer’ uitreikt. De winnaar van 2012 heet Jef. Hij vertelt dan dat hij zijn snor er ooit voor de liefde heeft moeten afhalen, en hij me dat hij dat nooit had moeten doen, dat het zo lang duurt voordat het weer aangroeit. Dat is een echt Brussels verhaal, quoi, die mannen smoren sigaren en drinken bier. Dat is folklore!”
Tsjechië
Zelf een rasechte Brusselaar (“geboren en getogen”), heeft Peter Heymans naast het Nederlands, dat hij van huis uit mee heeft gekregen, ook Frans geleerd. Zijn kinderen spreken op hun beurt, naast Frans ook Nederlands en Tsjechisch. “Het is altijd mijn wens geweest om de kinderen perfect tweetalig op te voeden.” Peters vrouw zit nu met zijn twee kinderen in Tsjechië. Na de zomer zullen de kinderen daar naar school gaan. “Ze zullen het daar niet direct makkelijk hebben, je moet als ouder soms een hart van steen hebben. Maar ze kunnen later wel zeggen ‘ik heb in Tsjechië op school gezeten. Eerst begreep ik er helemaal niets van, maar later lukte het wel.’ Kijk, je kinderen een tweede taal meegeven is het mooiste cadeau dat je ze kunt geven.” We houden even halt. “Je hebt hier Tsjechië,” zegt Peter en hij tikt met zijn voet een stukje Jetse bosbodem aan. “Hier heb je Tsjechië, hier Slowakije, daar Polen en Rusland. Die talen zijn verwant, die kunnen ze allemaal onder de knie krijgen. Dat is iets dat ik ze heel graag wil meegeven.” Peter is een groot liefhebber van alles wat Slavisch is, van Dostojevski tot zijn eigen Tsjechische vrouw en van de olieraffinaderijen van Rusland tot de manier waarop zijn kennissen uit Oost-Europa debatteren. “Ze discussieren al gauw over de diepere zaken van het leven. Het heeft ook iets exhibitionistisch, dat gepraat over de ziel. Maar het trekt me wel aan.”
“Mijn voorliefde voor alles wat met Oost-Europa te maken heeft, komt misschien voort uit mijn interesse voor Russische literaar. Ik las op mijn vijfde jaar al Dostojevski (lacht), ik ben een literaire nerd.” Rusland komt al snel in beeld als ‘het kwade monster’, dat Europa wil aanvallen. Aan die beeldvorming zou Peter willen werken. “Ik zou in de toekomst misschien in Irkoetsk een oliebedrijf willen filmen. Ik spreek Tsjechisch en Basisrussisch, dus ik kan met die mannen wel klappen.”
BDW in gesprek met ...
Lees meer over: Jette , Samenleving , BDW in gesprek met ...
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.