Al enkele dagen staan er gigantische rijen mensen aan te schuiven voor het voormalige Jules Bordet Instituut, dat dienstdoet als onthaalcentrum voor Oekraïense vluchtelingen. Tijdens het aanschuiven kunnen de vluchtelingen rekenen op heel wat steun van vrijwilligers. Zij zorgen ervoor dat de mensen geen honger of dorst moeten lijden. “Dit zou de taak van de overheid moeten zijn. Het is erg dat ik hier alleen maar vrijwilligers zie.”
| Vrijwilligers van Serve the City, een Brusselse vzw, delen voedsel uit
Net als gisteren en maandag staan ook woensdag opnieuw honderden vluchtelingen in de rij voor het onthaalcentrum in het voormalige Jules Bordet Instituut vlakbij de Hallepoort. Niemand heeft de nacht op straat moeten doorbrengen, maar om 4 uur ’s ochtends stonden al meer dan honderd mensen in de rij. Die werd alleen maar langer. Enkele uren later telde de politie al minstens duizend mensen.
Sommigen staan al voor de derde dag op rij aan te schuiven, in de hoop dat ze zich als vluchteling kunnen registreren, waarna ze ook op onderdak en financiële steun kunnen rekenen. Tot dan krijgen ze alleen steun van de vrijwilligers die talrijk zijn afgezakt naar het onthaalcentrum. “Ik had een oproep zien passeren in een solidariteitsgroep op Facebook,” zegt de Solene Jouane terwijl ze een boterham smeert op een tafeltje naast de rij vluchtelingen. Zo zijn er nog enkele tafels met broodjes, koffiekoeken, koffie, soep en water. “Ik heb eten meegenomen, maar we zijn hier in de eerste plaats om onze tijd vrij te maken voor deze mensen.”
Solene komt uit Frankrijk en werkt in Brussel. Net zoals vele andere vrijwilligers spreekt ze geen Oekraïens. “Dat is ook niet nodig. Ik heb geen enkele band met het land, maar wat er daar gebeurt, raakt me heel hard.” Wie wel een band heeft met Oekraïne is Anastasia. Zij kwam vanuit Etterbeek naar het onthaalcentrum gefietst. “Ik ben Russische en kan niet verdragen wat er in Oekraïne gebeurt. Ik heb vrienden in Oekraïne en mijn moeder zit in Odessa. Het is heel moeilijk voor mij, want ik heb het gevoel dat ik niets kan doen,” vertelt ze terwijl ze broodjes uitdeelt.
'Het moet nu gebeuren'
Serve the City, een Brusselse vzw, is al sinds 5.30 uur aanwezig met een bestelwagen vol voedsel en hulpgoederen. Ook het Rode Kruis is present en informeert de mensen uit Oekraïne in de eerste plaats. Zo delen ze flyers uit met informatie over hoe ze familieleden of vrienden die ze onderweg naar hier zijn verloren kunnen terugvinden. Maar het zijn vooral burgers die vaak spontaan komen helpen.
“Ik moest daarnet naar het ziekenhuis, omdat ik me volgende week moet laten opereren. Ik had de gigantische rij mensen gezien en heb gevraagd of ik iets kon doen,” zegt Dominique Allen. Na haar afspraak in het ziekenhuis reed ze naar de winkel en kwam ze terug met zakken vol brood en beleg. “Ik wilde al langer iets doen voor de Oekraïners, maar toen ik de rij mensen daarnet zag, dacht ik: ‘het moet nu gebeuren.’”
Net als Dominique is ook Nadine Thevenet komen helpen nadat ze een afspraak had in het Sint-Pietersziekenhuis. Ze ging inkopen doen in een supermarktje om de hoek en deelt snoep uit aan kinderen. “Wat ik hier zie, ontroert me,” vertelt ze met tranen in haar ogen. “Ik heb ook kinderen en moest er ons iets overkomen, hoop ik dat we ook met open armen worden ontvangen. Het is wel een beetje ambigu, want voor mij zijn alle vluchtelingen gelijk en worden ze niet allemaal op deze manier ontvangen. Maar vluchten voor oorlog, alles achterlaten, c’est violent.”
Brusselse restaurants
Doorheen de dag blijven vrijwilligers toestromen met winkelzakken vol voeding. Sommigen hebben ook kledij of speelgoed meegenomen. “Wij zijn studenten sociaal-cultureel werk aan de hogeschool Odisee en onze docent had gisteren voorgesteld om naar hier te komen om te helpen waar kan,” aldus Michele Goossens. “We zijn naar de Carrefour gegaan en proberen ons best te doen.”
Ook verschillende Brusselse restaurants hebben al hun solidariteit getoond. Bella Italia, een restaurant in de Hoogstraat om de hoek, nodigt Oekraïense vluchtelingen uit om gratis te komen eten. Bossa Nova, een ander restaurant in dezelfde straat, heeft dan weer pasta bereid die voor het onthaalcentrum wordt verdeeld.
“Waarom ik hier pasta sta uit te delen?” herhaalt keukenmedewerker bij Bossa Nova Raissa. Ze kijkt naar de rij mensen voor haar en begint te huilen. “Ik heb er geen woorden voor. Al dat lijden, zoveel vrouwen en kinderen die hebben moeten vluchten. Ik wil niet dat ze honger gaan lijden. Mensen zoals wij moeten mensen in nood zoals hen helpen.”
'Overheid zit binnen, maar niet buiten'
Maar mensen in nood helpen, dat moet in de eerste plaats de taak van de overheid zijn, vindt de Braziliaanse keukenmedewerker. “We hebben alles zelf gekocht. De overheid is afwezig,” zegt Raissa. Veel andere vrijwilligers delen die mening. “Ik zie veel kinderen buiten staan en dat is verontwaardigend”, aldus studente Michele. “Dit zou de taak van de overheid moeten zijn. Het is erg dat ik hier alleen maar vrijwilligers zie.”
“De overheid zit binnen,” wijst Nadine naar het gebouw van het onthaalcentrum, “maar niet buiten,” wijst ze naar de rij mensen op het voetpad. Alhoewel iedereen rustig aanschuift, is de situatie net als gisteren behoorlijk chaotisch. De eerste vluchtelingen mochten pas iets na negen uur naar binnen, alhoewel het centrum om 8.30 uur zou opengaan. Er heerst onduidelijkheid over wie eerst naar binnen mag en of iemand zich eerst in de gemeente waar hij of zij wordt opgevangen moet laten registreren of eerst in Brussel.
“Het onthaalcentrum zou op zijn minst langere openingsuren moeten hebben. Dagenlang staan aanschuiven met kinderen, dat is demotiverend,” zegt vrijwilliger Solene. “Het moet sneller vooruit gaan.” “Het is duidelijk dat de vrijwilligers hier zijn om te helpen wanneer de nood hoog is en de overheid maar traag beslissingen neemt,” aldus Dominique Allen. “Ik zie dat geen normale situatie is,” zegt de Russische Anastasia nog, “maar ik kan begrijpen dat niemand hierop voorbereid was, al had ik zo’n stroom mensen wel verwacht. Ik hoop dat het hier stilaan in orde komt.”
Lees meer over: Brussel , Samenleving , inval oekraïne , conflict oekraïne rusland , Oekraïne , oorlog oekraïne , vluchtelingen , solidariteit , serve the city , jules bordet instituut
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.