Tom Sari, muziekproducer 'met dank aan de moeder'
T om Sari's thuis - drie hoog in een zijstraat van de Kroonlaan - is zijn koninkrijk. Studio en leefruimte in een. Synthesizers, mengpaneel, computers. Een enorme collectie platen en cd's, ook. Mee met de laatste snufjes, en toch met veel respect en liefde voor het verleden.
"Veel van de platen komen nog uit de collectie van mijn moeder, bij wie ik tot mijn twaalfde heb gewoond. In Deurne-Zuid. Elke dag leg ik platen op de draaitafel. Een selectie maken, het vinyl uit de hoes halen - met schone handen! -, die unieke geur opsnuiven en dan de naald opleggen: het is een ritueel waar ik enorm van geniet. Een leven zonder platen zou ik triest vinden. Het is een beetje als de papieren krant lezen, in plaats van de online versie. Het tactiele, je handen die een beetje vuil worden door de inkt, de geur: het heeft iets magisch. Ik denk dat ik die liefde van mijn vader heb. Per dag kreeg hij vier of vijf kranten aan. Altijd was er wel lectuur in huis."
"Muziek kopen vind ik van essentieel belang. Platen, cd's. Het artwork, de informatie over wie wat heeft gedaan, de techniek die ze gebruikt hebben. Ik moet dat kunnen zien, voelen, lezen om er echt in te komen. Helaas heeft niet iedereen die houding: 'Ik zet dat nummer op mijn computer, luister ernaar en als ik het beu ben, smijt ik het weg.' En dat maakt het voor ons, producenten en artiesten, moeilijk. Zelf durf ik ook weleens iets te downloaden zonder te betalen, want alles kopen is onmogelijk omdat er gewoonweg veel te veel muziek is. Maar als ik het goed vind, dan koop ik het. Op plaat, cd, mp3 of om het even wat. Ik zou me er als producer niet goed bij voelen mocht ik het anders doen. Wat ook een probleem is: het is niet omdat er veel is, dat het ook goed is. Het is er niet omdat er veel mensen een computer hebben en zogezegd muziek kunnen maken, dat ze er iets van bakken."
Thuis werken vraagt veel discipline. "Er is overdag niemand om me op de vingers te kijken, onze katten Popowski en Gros Chat niet te na gesproken. Mocht ik het willen, ik zou de boel makkelijk kunnen laten lopen. Uitslapen, wat rondlummelen. Maar zo werkt het niet. Dus heb ik mijn vaste routine. Tijdig opstaan, het appartement een beetje op orde brengen en erin vliegen. Ik heb dat ook nodig; me concentreren op muziek als er nog vaat in de gootsteen staat: ik kan het gewoonweg niet. Mijn vrouw Isabelle zit een beetje anders in elkaar. Maar dat is goed; yin en yang, zo hoort het. Het komt ook niet uit de hemel gevallen, hé. Het is niet omdat je van het IAD in Louvain-la-Neuve komt, dat je meteen verstand van mixen hebt. Begrijpen hoe het allemaal werkt, je oor opvoeden, weten hoe de puzzelstukjes in elkaar moeten vallen, dat vraagt allemaal enorm veel tijd en inspanning."
Muziek delen
Sari's specialiteit is het producen van house en deep house. Maar alleen daarvan kun je tegenwoordig niet meer leven. "Muziek verkopen is de jongste jaren erg moeilijk geworden. Mijn platen worden bijna in heel de wereld gespeeld, en toch moet ik schnabbelen als dj. Dat is de realiteit van nu. Nog voor je plaat uitkomt, staat de muziek al op internet. Ze wordt gedownload en beluisterd, en als de plaat dan uitkomt, dan is het: 'Pff, dat heb ik al gespeeld.' Het is dus heel moeilijk. En dan is er ook nog eens de crisis. Waardoor veel reclamemakers liever een liedje van twintig euro kopen, vrij van rechten, dan tweeduizend euro te spenderen aan een compositie die specifiek op het te verkopen product is gericht. Daarom ga ik ook geregeld dj'en: er moet nu eenmaal brood op de plank komen. Het is een beetje teruggaan naar de tijd van de troubadours: wou je toen iets zien of horen, dan moest je ernaartoe en betalen. Daarom ook zijn kaartjes voor concerten zo duur geworden: platen verkopen niet meer, de mensen in de industrie moeten toch ergens hun kost mee verdienen. Maar ik ben er nu eenmaal niet aan begonnen om geld te verdienen. Doen wat ik graag doe, me vrij en gelukkig voelen, dat is het belangrijkste voor mij. En de rest neem ik erbij."
Aan de draaitafel staan op grote evenementen, maar ook 's namiddags in Brusselse kledingzaken. Of op vernissages. "Daar speel ik dan hiphop, soul en funk, boogie... Ik doe het enorm graag en de klanten of de genodigden vinden het ook leuk, denk ik: je komt binnen, krijgt goede muziek te horen, je ziet die gast bezig. Het heeft iets heel hartelijks. Je moet aanvoelen wat de mensen graag horen, niet alleen je eigen voorkeur spelen. Als je muziek niet deelt, dan kun je er ook niets uithalen."
"Sinds een jaar werk ik samen met een andere dj - nooit gedacht dat ik dat ooit zou doen. Diego Cortez Salas, veel jonger dan ik, pas 22. Diego heeft mij een jaar of twee geleden uitgenodigd om samen live te spelen op een van zijn party's in de Sint-Gorikshallen. Het klikte. Daarna heb ik een van zijn tracks gemixt, 'Peru'. Ondertussen is het een hit geworden die iedereen speelt. De symbiose met iemand die jonger is, is voor mij heel rijk. Une histoire magnifique."
Herman van Veen
Sari is een bewuste Brusselaar, na een jeugd die verdeeld werd tussen Antwerpen en Luik.
"Mijn ouders hebben elkaar leren kennen in Leuven, waar ze studeerden. Een jaar later zijn ze uit elkaar gegaan en is mijn moeder met mij weer in Antwerpen gaan wonen. Je zou het natuurlijk anders willen, maar het leven in twee totaal verschillende werelden - ik heb van mijn twaalfde tot mijn achttiende bij mijn vader in Luik gewoond - had zo zijn voordelen. In Deurne was ik een van de weinige jongens op school die Frans sprak, die iets anders kende dan Deurne-Zuid. En wanneer ik om de twee weken in Luik was, was ik een van de weinigen die het Nederlands machtig waren. De situatie was niet ideaal, maar ik zou het echt opnieuw doen: het heeft ontegensprekelijk mijn geest geopend voor het andere."
Zodra de kans zich aanbood, heeft mijn gastheer voor Brussel gekozen. "Waarom? Ik wist dat het hier te doen was en niet in Luik. Al was ik nog nooit echt in Brussel geweest. Luik... de mensen zijn daar misschien een beetje braver dan hier, maar voor de rest... Brussel: je komt buiten, je stapt in de tram en in maximaal twintig minuten ben je ergens waar er iets fatsoenlijks te doen is. In Luik heb je dat niet."
"Dat wil nog niet zeggen dat 'binnenkomen' in Brussel makkelijk was. We woonden in Sint-Gillis in de verkeerde buurt, op het slechte moment. Altijd was het wel ergens hommeles. Maar na een jaar zijn we in Elsene komen wonen. Op het juiste moment, dit keer: Flagey begon net weer op te leven."
"Ik voel me perfect op mijn gemak hier. In Antwerpen - in mijn ogen nog altijd een fantastische stad - kom ik nog altijd heel graag, maar toch ben ik elke keer blij als ik terug in Brussel ben. Die geuren, die kleuren, al die nationaliteiten: dat heb je gewoonweg niet in Antwerpen. Kom ik in Deurne bij mijn moeder, dan voelt dat raar aan. Geen vreemdelingen - of het moeten de uitbaters van de nachtwinkels zijn -, de reuk is overal hetzelfde. Hier in Brussel is het heel relax, moins chichi dan in Antwerpen."
"Ik haal mijn inspiratie uit wat andere mensen doen, en daar is Brussel ideaal voor: er is altijd wel iets te doen. Nightlife, kunst. Zo heb ik een paar maanden geleden Herman van Veen gezien in Bozar. Een ongelooflijke ervaring, ik was al fan van Herman van Veen toen ik nog klein was. Ik ben een maand later opnieuw gaan kijken, in Antwerpen, en het was niet hetzelfde. Die combinatie Van Veen en die unieke locatie die Bozar is, leverde magie op."
BDW in gesprek met ...
Lees meer over: Elsene , Samenleving , Muziek , BDW in gesprek met ...
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.