Sportcolumn David Steegen: Georges is een ezel
Lees ook: Sportcolumn David Steegen: Lilicup
Georges Leekens vertrok net voor het verval van de Brusselse club naar een andere vaandeldrager van het nationale voetbal. Met Club Brugge betwistte hij later de verloren finale van de Europabeker voor Landskampioenen tegen Liverpool. Guido Mallants en Rik Coppens voetbalden voor groen-wit.
Is de grote stad voetbal niet gunstig gezind, of gaan we verkeerd om met ons voetbal? De gloriedagen van Crossing waren alleszins van korte duur. Begin jaren 1970 degradeert Crossing: die slag komt de club nooit meer te boven.
1976: Jeroen Brouwers verlaat de hoofdstad voorgoed, punk verovert de wereld en RSC Anderlecht wint de eerste Belgische Europa Cup. In datzelfde jaar doet een concert van muzieklegende Bob Dylan het stadion een avond lang bruisen. Zeventienduizend muziekfans zorgen voor een vol huis in het Josaphatpark. In het stadion wordt alleen nog op laag niveau gevoetbald.
In die jaren speelde ik zelf regelmatig met de jeugdploegen van SCUP Jette tegen Crossing. Een hele belevenis. We gingen graag naar Schaarbeek. Voor ons, kinderen, was de arena aan de Algemeen Stemrechtlaan een indrukwekkende tempel. De tribunes, de kleedkamers, het gigantische mozaïek met de groen-witte voetballer, de statige bomen, prachtige brede lanen als de Louis Bertrandlaan waar het ene art-nouveauhuis naast het andere staat, het een nog imponerender dan het ander, gaven het stadion een grandeur waarvan je als kind stil werd.
In het stadion ging het met de jaren van kwaad naar erger. Verval en decadentie. Tijdens een scholierenwedstrijd vielen er dakpannen naar beneden. Alsof Mallants, Leekens, Coppens en Dylan nooit in Schaarbeek waren geweest. De tempel van Crossing werd een notoire stadskanker, een situatie waaraan pas recent paal en perk gesteld werd. De toestand was dan ook onhoudbaar geworden. Op een bepaald ogenblik werden de douches gesloten: er was elektrocutiegevaar. De toegang tot het stadion bleef beperkt tot enkele plaatsen omdat er betonblokken naar beneden stortten.
De gemeente moest uiterst creatief zijn om de sportende Schaarbekenaren ter wille te zijn. Alternatieven werden uitgedokterd. Pleisters op een houten been. Na talloze besluiteloze jaren greep de overheid eindelijk in. De wijkbewoners, die het stadion niet willen zien verdwijnen, de lokale clubs, de gemeente en het Gewest hebben hun schouders gezet onder de renovatie van de tempel van Crossing, waar nu Racing Club Schaarbeek voetbalt, een niet-onverdienstelijke derdeprovincialer.
De hoofdstad heeft sportinfrastructuur van het hoogste niveau hard nodig. Sport verenigt mensen van alle rangen en standen. Na de renovatie zal Brussel al een stadionproject afgerond hebben. Nu de andere nog. Misschien zal de bondscoach, ooit een Ezel, het nog meemaken.
David Steegen
Lees meer over: Sport , David Steegen
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.