De Koningswijk waar je de politieke instellingen vindt, is al lang een wijk waar veel bedrijven en overheidsinstellingen zich komen vestigen. Zo had zowel het gebouw van het Vlaams Parlement als het gebouw waar de kantoren van de parlementsleden zijn, vroeger een heel andere functie.
BIG CITY. Welke financiële zaakjes vonden er vroeger plaats in het Vlaams Parlement?
De wijk van het Vlaams Parlement heeft doorheen de jaren, verschillende gedaantewisselingen ondergaan. Met de heraanleg van de Koningswijk in 1774, werd de trend ingezet om ook de omliggende gebouwen, een neoklassieke stijl aan te meten. De volkse buurt naast het Warandepark verdween beetje bij beetje, om plaats te maken voor verschillende imposante gebouwen, zoals later ook het federaal parlement.
In de Parkwijk kwam de mondaine Brusselaar flaneren, zich ontspannen en zelfs wonen. Maar door de aanwezigheid van de politieke instellingen werd de kantoorfunctie van deze buurt steeds belangrijker. Verschillende Belgische organisaties kwamen zich er vestigen. Zo kwam er bijvoorbeeld in 1905 het Hôtel des Postes et de la Marine, een hoofdkantoor van De Post.
Door de aanwezigheid van die hoofdzetel werd er in 1937 voor gekozen om naast dat gebouw een ander departement van De Post neer te poten: de Postcheque – de bank van De Post – kwam ernaast te liggen. Dat het die naam droeg, had een goede reden. Postcheque had toen in ons land het monopolie van het giraal geld. Dat wil zeggen dat mensen er een rekening konden openen en met het tegoed op die rekening transacties konden uitvoeren, zonder dat er contant geld aan te pas kwam. Om die transacties uit te voeren moest en klanten aan het loket passeren. Daarom was het belangrijk dat er een centrale plek was, waar mensen binnen en buiten konden stappen, en waar de gigantische hoop aan documenten kon worden opgeslagen.
Het gebouw kreeg een hedendaags ontwerp en was voorzien van moderne technologie. Zo was er een ingenieus buizensysteem, dat documenten door het gebouw kon katapulteren. Maar de meest indrukwekkende ruimte, was de lokettenzaal. Honderden klanten kwamen hier dagelijks hun transacties afhandelen.
Concurrentie
Met de tijd verloor De Post steeds meer haar monopolie op de girale transacties. Ook andere banken voerden de praktijk van geld overschrijven in. Dat maakte dat Postcheque geen uitzonderlijke positie meer had in het financiële landschap en achterop begon te hinken, op de nieuwe technologieën van de concurrentie. Daarnaast werd Postcheque geprivatiseerd, en kwam het zo in rechtstreekse concurrentie met andere banken.
Begin jaren 1980 trok de Postcheque weg uit het gebouw. Ook het gebouw ernaast, het Hôtel des Postes et de la Marine, kwam leeg te staan. Ze hadden allebei een erg interessante ligging vlak bij de Wetstraat.
Toen het Vlaams Parlement in 1996 zijn intrek nam in het gebouw van het Hôtel des Postes et de la Marine, viel meteen ook het oog op dat van Postcheque. Door zijn grootte en ligging was het de ideale plek om alle 124 volksvertegenwoordigers en hun medewerkers in te vestigen. Zo is het sinds 2002 het Huis van de Vlaamse Volksvertegenwoordigers.
- VOLGENDE KEER Waarom het de gevangenis van Sint-Gillis de vorm van een ster?
BIG CITY: stel zelf je vraag
Elke week gaat BRUZZ met Big City op zoek naar antwoorden op jouw vragen over Brussel. Vragen allerhande over jouw stad stel je online aan de redactie.
De vraag met de meeste voorkeuren wordt onderzocht en beantwoord.
Ook een vraag over Brussel? Zet onze journalisten aan het werk en stel je vraag via het formulier.
Welke vraag wil jij graag beantwoord zien?
Big City
Lees meer over: Brussel-Stad , Stedenbouw , Big City , Vlaams parlement , Het huis van Vlaamse Volksvertegenwoordigers , lokettenzaal , Postcheque , De Post