'De oorlog in Oekraïne heeft onze interesse in het leger niet aangewakkerd’

Achter het stuur kruipen van een jeep of een kijkje nemen in een commandopost van een medisch team. Het kan vandaag allemaal in het militair dorp van het Belgisch leger op het Koningsplein. Maar de bezoekers die daar op deze nationale feestdag aanschuiven zullen niet snel zelf een legeruniform aantrekken. “Al hebben we wel respect voor wat deze mannen en vrouwen doen."

Met een brede glimlach kruipt de 9-jarige Matteo Lattanzio in de cockpit van een F35. Het is met voorsprong de meest populaire attractie van het militaire dorp van het Belgisch leger op het Koningsplein. Maar echt onder de indruk is hij na afloop nu ook weer niet.

“Ik speel thuis vaak computerspelletjes waarin je een vliegtuig mag besturen en echt het gevoel krijgt dat je het toestel onder controle hebt. Hier kon ik enkel op wat knopjes drukken.”

Matteo ziet zichzelf later niet meteen in het leger gaan. En dat is voor vader Thomas ergens toch wel een opluchting. “We zijn hier vandaag niet naartoe gekomen omdat onze kinderen gek zijn van het leger. Het is eerder een toevallige passage omdat we deze feestdag graag in Brussel wilden vieren. Al hebben we wel respect voor wat deze mannen en vrouwen doen.”

Oorlog in Oekraïne

Dat respect is er ook voor de soldaten die hun leven op het spel zetten in Oekraïne. Al zes maanden wordt er daar nu al gevochten tegen de troepen van de Russische president Poetin. Er nemen geen NAVO-landen deel aan de oorlog, maar het conflict zet de spanningen tussen het Westen en Rusland wel weer op scherp.

Een nieuwe Koude Oorlog loert om de hoek. Toch zorgt die mogelijke terugkeer naar een duister verleden niet voor extra belangstelling. “Neen, de oorlog in Oekraïne heeft onze interesse in het leger niet aangewakkerd. Er is altijd wel een gezonde belangstelling geweest, maar meer ook niet," zegt Francis Hessel die speciaal vanuit Ieper voor de 21-juli-festiviteiten naar Brussel is gekomen.

‘Je kan hier echt het verschil maken’

Een jongensdroom was het leger wel voor soldaat M.M. van het Force Protection-team van de luchtmacht. Die eenheid staat in voor de veiligheid en bescherming van luchtmachtbasissen in binnen- en buitenland. “Je hebt onmiddellijk het gevoel dat je mee het verschil kan maken. Zeker op buitenlandse missie naar Jordanië heb ik mijn collega’s en burgers ter plaatse echt kunnen helpen. Dat is een ongelooflijke ervaring geweest.”

Op de vraag hoe het komt waarom er van de bezoekers zo weinig in zijn voetsporen willen treden, moet hij het antwoord schuldig blijven. “Ja, dat is moeilijk te verklaren. Het is natuurlijk wel een job waarbij je heel wat moet opgeven. Je krijgt er tegelijkertijd veel voor terug, maar niet iedereen kan en wil die opofferingen maken.”