1709 Jean-Marie met de kip
Column

De 7 deugden van Brussel: voorzichtigheid

Jean-Marie Binst
© BRUZZ
24/05/2020

Brussel is groots geworden door zijn zeven deugden. Een unieke stad, karakterieel gekneed door aarzeling, traagheid en voorzichtigheid in de eerste plaats. Als er me één rode draad in het kwarteeuw journalistieke ervaring met Brussel bijblijft, dan is het wel de moeder van zijn succes: zijn deugd Voorzichtigheid.

Zeven columns over zeven deugden

Senior writer Jean-Marie Binst neemt afscheid met zeven columns over zeven deugden:

  • Voorzichtigheid
  • Naastenliefde
  • Zelfbeheersing
  • Rechtvaardigheid
  • Geloof
  • Sterkte
  • Hoop

of het nu de traditionele Griekse of de goddelijke deugden zijn, hun verwevenheid met Brussel is als de parels die een kroon haar glans geven.

Geen voorbarig en ondoordacht handelen bij het bestuur. Veel geduld op kousenvoeten bij zijn bevolking, van de handelaars tot de nieuwe burgers. Of ergert u zich al die tijd aan die ingetoomde aarzelingen? Ara, voor mij blijft Prudence de moeder van de porseleinenkast. De schoonste deugd van Brussel.

Neem nu de gedoodverfde kritiek op de politici. Hoe schoorvoetend en aarzelend dweilen ze de boulevards niet af, alsmaar botsend op barricades die een mensenleven aan moed vergen om ze neer te halen. Ze bestuderen wijs en traag de stroming van de overkapte Zenne.

Op een blauwe maandag gaan ze dan plots, bij een oude kinderboerderij hartje Noordwijk, dat riviertje voor honderd meter ondiep bovengronds halen. Voor velen al genoeg om de stad stapperdestap grandeur toe te meten.

Geduld blijkt ook een deugd, om de honderd jaar oude centrumlanen met commercie om te turnen tot wandelstraten. Zoiets lukt in Brussel niet in een legislatuur of twee, hetzij tien jaar. Daar moeten wel wat emmertjes water naar Oostende voor gedragen. Wie niet van Brussel is, beseft dat niet.

“Voor mij blijft ‘Prudence’ de moeder van de porseleinenkast. De schoonste deugd van Brussel”

Jean-Marie Binst, senior writer bij BRUZZ

En zelfs nu die heraanleg soi-disant operationeel is: hoe lang blijft iedereen maar bakkeleien over de esthetiek en het comfort? Is het niet tactvol alle gevoeligheden over winkeltoegankelijkheid enige bedenktijd te gunnen?

De fietser leert er na veel oefening bedachtzaam slalommen. De brandweerdoorgangen wachten een 21ste-eeuwse ramp zoals de Inno-brand af, om de routes bij te sturen. Zelfs groenaccenten en rustbanken-zonder-clochards wachten op Godot, die het op een zonnige dag aan de echte behoeften zal aanpassen. Met satijnen handschoentjes zijn concepten uitgeprobeerd en opnieuw uitgetest, dat weet iedereen. Om niemand tegen de borst te stuiten. Alsof dat hoegenaamd mogelijk is met diverse belangen en behoeften onder de mondigste stedelingen.

En ach, wie weet wordt het over twintig jaar dan toch een riante parklaan, volledig social-­distancingproof en zonder schreeuwerige winkels. Gewoon braaf, met her en der wat theehuizen voor de nieuwe meerderheid in Brussel en de sinds lang verwachte eenheidsprijs voor een studentenpint in alle cafés, naast de obligate ijs- en wafelsalons voor de toerist.

Geef toe, de grote deugd van wie Brussel bestuurt, is voorzichtig handelen. Voorzichtigheid vraagt moed. Voorzichtigheid gaat hand in hand met ervaring, verstandigheid en wijsheid. Het voorkomt onheil en fouten, wisten de Griekse filosofen al.

Zelfs Thomas van Aquino omarmde de voorzichtigheid bij de drie goddelijke deugden: liefde, geloof en hoop. Met voorzichtigheid hebben we het over de scharnier waar elke deur op draait.

Met enige bedachtzaamheid daarom worden burgerinitiatieven vrij toegestaan in deze stad. Zoals de spontaan, wat chaotische geassembleerde voedsel- en kledijbedeling, die we bij de eerste toestroom aan transmigranten en asielaanvragers in het Maximiliaanpark meemaakten. Iedereen hielp braafjes mee, ongeacht het resultaat.

Geen ogenblikkelijke directieven toen, zoals recentelijk federaal met 'Blijf in uw kot'. Nee, Brussel kijkt de kat graag uit de boom: een nationaal probleem wordt met omzichtigheid in zijn gewestelijke context bekeken, weet men hier. Tijd brengt raad en oplossingen komen als vanzelf als het probleem is uitgedoofd.

Festina lente gaat hand in hand met ervaring. Het is de lange, voorzichtige leerschool die het succes genereert. Voorzichtigheid voorkomt onheil en fouten. Als het over de probleemaanpak voor de massa instromers gaat, is dat een gouden deugd gebleken.

Brusselaars, van alle origine, hebben leren oppassen onder en voor elkaar. Uit voorzichtig respect en aarzelend om niks te bruuskeren. Deze stad voerde in de Tweede Wereldoorlog de best mogelijke bescherming in tegen represailles en razzia's op Joden, in hun grootste wijk, de Marollen.

Eenzelfde alarmsignaal om voorzichtig om te springen met alle wijkbewoners, werd ruim zeventig jaar later vanuit de burgers zelf gegeven. Meteen na de terreuraanslagen van 2016 werd, nationaal en internationaal, stigmatiserend gewezen op de onveiligheid van Sint-Jans-Molenbeek.

Een extreme, gemediatiseerde 'overacting' aan buurtcontroles in die gemeente, bracht elke Brusselaar van zijn stuk. Brussel was al met de dreiging eind 2015 geen menselijke stad meer, onherkenbaar met gewapende militairen op haar kerstmarkt. Gelukkig is die alarmfase een tijdsmoment in de geschiedenis. Een andere, natuurlijkere voorzichtigheid heeft de stad haar rust teruggegeven.

Of met al die voorzichtigheid wat mis is? Allesbehalve, al zet ze een vertraging van het reactievermogen in gang en remt ze een snelle modernisering van de stad af. Hoe voorzichtig die wel gebouwd is? Vijftig jaar terug werd er behoedzaam met een façadisme-architectuur aan Brussel getimmerd, getuige de riante panden aan de Kleine Ring. Om geen afbreuk te doen aan de gevels van vorige generaties.

Het wolkenkrabbers­model kon dan weer enkele jaren wel en dan weer niet. Kwestie van de facelift van de stad niet zo abrupt als met botox aan te pakken, maar voorzichtig te doen veranderen.

En al lijkt die traagheid in bouwstijlverjonging na decennia amper een meerwaarde te hebben - getuige de Europawijk - het heeft wel één groot voordeel. De bewoners van de stad raken in alle sloomheid gewoon aan de fysieke verandering van hun omgeving. Zou je de stad daarvoor als aarzelend durven te beschrijven, zelfs in haar stenen gezicht? Een Brussel waar initiatieven de trein der traagheid nemen.

Of betekent die voorzichtigheid in alles en iedereen niet net die positieve, typische drive van deze stad? Haar schoonste deugd.

De 7 deugden van Brussel

Senior writer Jean-Marie Binst gaat met pensioen in juni 2020 en blikt terug op Brussel en de Brusselaars, van wie de Zeven Deugden als parels aan een kroon schitteren.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel , Column , De 7 deugden van Brussel , jean-marie binst

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni