Elke week serveren we hier een portie Smalltalk, een korte babbel met een artiest in zijn of haar favoriete café. Dit keer leggen we het blije weerzien vast tussen zangeres Blu Samu, die inmiddels weer naar Antwerpen is verkast, en de Monk, haar stamcafé toen ze in Brussel nog aan de weg timmerde.
Na doorbraaksingle ‘I run’ uit 2017 trok Salomé Dos Santos (27), alias Blu Samu, van geboortestad Antwerpen naar Brussel, precies omdat ze resoneerde met de open, grenzeloze mindset van de hoofdstad. “Ik heb mij zelf en mijn muziek nooit in een hokje willen steken,” zegt ze op het terras van de Monk, een van haar stamcafés toen ze aan de overkant van de straat werkte bij pizzeria Nona en volop genoot van het bruisende stadsleven.
In het begin van haar carrière kreeg de zangeres voortdurend te horen: maar wie is Blu Samu én welk genre brengt ze? “Ik vond dat een nutteloze vraag. Men wilde me laten geloven dat ik moest kiezen tussen genres, maar daar was ik het nooit mee eens. Blu Samu is Salomé Dos Santos en wat er met haar aan de hand is als ze haar muziek maakt. Ik creëer al mijn ep’s vanuit het bewustzijn, de authenticiteit en de tools waarover ik op dat moment in mijn leven beschik. Verwacht dus niet dat ik jullie nu al zal zeggen wat Blu Samu in de toekomst zal zijn. Brussel matchte zoveel beter bij die attitude dan Antwerpen.”
MIX VAN STIJLEN
Haar eerste ep heette Moka, naar het koosnaampje dat haar Portugese oma haar gaf omdat haar papa Afrikaans en haar mama Portugees is. De plaat maakte in 2018 meteen duidelijk dat muziek haar therapie is. Haar tweede ep, ctrl-alt-del (2019), kwam in Brussel tot stand toen haar carrière onder de vleugels van hiphopcrew Le 77 in een stroomversnelling belandde. Te midden van de energie die het stadsleven haar gaf, werden enkele oude demonen getemd. Op de nieuwe ep 7 komt ze opnieuw dichter bij zichzelf. Een mix van stijlen met ook fado en Kaapverdische invloeden verdringt het vertrouwde hiphopgeluid wat naar de achtergrond. Daarvoor steekt ze graag een pluim op de hoed van haar Franse producer Sam Tiba. “Mijn Parijse management bracht me in contact met hem en er was meteen een klik. We hielden van dezelfde dingen – anime, melancholische beats … – en hij pushte me niet om opnieuw een hiphopplaat te maken.”
Mijn nieuwe producer vertelde me dat niemand overnacht groot wordt, dat het altijd minstens tien jaar voorbereiding vergt, en vaak ook een achterliggende strijd. Daar trek ik me aan op
Tiba trok haar uit haar lockdownbubbel, die ze had ingevuld met chillen, gamen en skaten, “allemaal dingen die ik ook op mijn zestiende al deed als ik aan de realiteit wilde ontsnappen.” Haar producer hielp niet alleen haar schrijfblokkade op te heffen, hij zorgde er vooral voor dat de mix van traditionele en elektronische stijlen nergens geforceerd klinkt. “Hij vertelde me ook dat niemand overnacht groot wordt, dat het altijd minstens tien jaar voorbereiding vergt, en vaak ook een achterliggende strijd. Daar trek ik me aan op. Ik besef nu nog beter dan vroeger dat ik zonder de donkere momenten en tegenslagen nu niet zo stevig in mijn schoenen had gestaan.”
ASSERTIVITEITSTRAINING
De moeilijkheden die ze ondervond in haar jeugd en haar eerste, schoorvoetende stapjes in de muziekwereld blijken achteraf een goede leerschool en assertiviteitstraining te zijn geweest. “Platenlabels zijn achterhaald. Soms krijg ik het gevoel dat ze hun muziek nog steeds op dezelfde manier proberen te verkopen als in de tijd van Elvis Presley. Maar elk groeiproces is anders. Neem nu al die deadlines. Je kan een artiest niet bevelen dat er binnen twee maanden een single moet klaarliggen. Dat doet afbreuk aan het creatieproces. Als jonge artiest denk je nog dat men het in de industrie beter weet, omdat men ervoor heeft gestudeerd. Maar eens je beseft dat ze net daardoor iedereen in dezelfde gietvorm proberen te stoppen, komt het erop neer de weg naar jezelf terug te vinden en de dingen die je zelf beter kan weer in eigen handen te nemen.” In haar geval ging het dan bijvoorbeeld specifiek over haar opvallende videoclips, waarvan ze de regie opnieuw overnam.
Ook op persoonlijk vlak maakte Dos Santos schoon schip door nog tijdens de pandemie naar Antwerpen terug te keren. “Ik was heel goed omringd in Brussel, maar toch voelde ik me alleen. Vanbuiten zag het er goed uit. Vanbinnen besefte ik dat er iets niet klopte.” En dus keerde ze terug naar het huis waar ze ooit was gaan lopen (zie eerste single ‘I Run’). “Dat voelde raar, maar tegelijk was het bevrijdend om opnieuw in mijn jeugdkamer in mijn eenpersoonsbed te gaan slapen, tussen al mijn oude spullen.”
DIALOOG MET ZICHZELF
Toen ze twee maanden in Antwerpen woonde, vernam ze de dood van haar vader, met wie ze niet zoveel contact had. “De eerste dag heb ik gehuild. Ik heb mij opgesloten op mijn kamer en ben alles beginnen op te schrijven wat ik hem nog had willen zeggen. Ik had hem al lang niet meer gezien, terwijl hij dat wel wou, maar ik wilde me ook geen schuldgevoel aanpraten. Daar zou mijn papa niet blij mee zijn geweest en ik zou mezelf alleen maar opgevreten hebben.” Het resultaat van het rouwproces is te horen in de hommage ‘Pai’, die ze in het zachtere Portugees zingt. “Met muziek vertellen we elkaar dingen die we niet luidop zeggen, maar die we wel aan het denken of voelen zijn. Als je in je muziek een eerlijke dialoog met jezelf aangaat, wordt het vanzelf therapie.”
Dat ondervond ze onlangs nog na een kort verblijf op het Franse platteland, dat bedoeld was om afgezonderd in de natuur aan nieuwe nummers te werken. Maar het alleen zijn deed zoveel in haar naar boven komen dat het er pas uitkwam toen ze weer thuis was. Het zorgde voor een ommekeer.
Ik was heel goed omringd in Brussel, maar toch voelde ik me alleen. Het voelde raar om terug te keren naar Antwerpen, maar tegelijk was het bevrijdend om opnieuw in mijn jeugdkamer in mijn eenpersoonsbed te gaan slapen tussen al mijn oude spullen
“Als beginnend artieste schreef ik slam poetry. Pas toen ik meer met Le 77 ging samenwerken, begon ik in zestien maten en refreinen te schrijven, zoals gebruikelijk in de hiphop. Daarop begon iedereen mij een rapper of hiphopartiest te noemen. Zonder me er echt bewust van te zijn, heb ik mezelf een tijdje in dat keurslijf gestopt. Na mijn trip naar Frankrijk ben ik anders beginnen te componeren. Ik schreef een eerste zin op – “Why do I feel so sad about meeting people?” – waar ik een tijd bij stilstond alvorens een tweede zin neer te pennen – “Why is it so important for me to be a strong independent person?” Zo heeft die nieuwe track zich organisch opgebouwd.”
KWETSBAAR ÉN AMBITIEUS
Het nummer over de sociale druk om altijd maar op te komen voor jezelf (en niemand nodig te hebben) is een voorsmaakje van wat we in de toekomst mogen verwachten. “Door sterk en onafhankelijk te willen zijn, heb ik mijn kwetsbare kant en mijn nood om iemand aan mijn zij te hebben lang opzijgeschoven. Maar wat wil je, als je een geëmancipeerde Beyoncé in haar videoclips voortdurend auto’s in elkaar ziet slaan als ze geconfronteerd wordt met het bedrog van haar vriendje.” Die stoere houding is er op 7 al wat af geschaafd en belooft op haar eerste volwaardige langspeler, voorzien voor 2023, nog meer naar het achterplan verdrongen te worden.
Voor haar doorbraak zei een ambitieuze Dos Santos ons een kleine vijf jaar geleden al dat ze het wel zou zien zitten om op dat eerste echte album samen te werken met topnamen als Kaytranada, Flying Lotus en nog een handvol jazzmuzikanten. Nu neigt haar dreamcast eerder naar Thundercat, Ashley Henry en liefst ook wat Kaapverdische muzikanten uit de entourage van Cesária Évora. “Meer concreet (lacht) blijft mijn producer aan boord en ben ik aan het samenwerken met Joseph Schiano di Lombo, een klassieke pianist uit Parijs. Daarna gaan we op zoek naar andere muzikanten. Los daarvan moet op dat eerste album vooral mijn boodschap duidelijk zijn. De uitdaging is om uit te leggen waarom ik ben wie ik ben en liefheb op de manier waarop ik liefheb.”
BOEM PATAT
Ook in Frankrijk wordt uitgekeken naar dat debuut. “Hier lijkt mijn herlancering in het zog van de pandemie wat trager te verlopen, maar in Frankrijk is het boem patat. Eind augustus stond ik op Rock en Seine, toevallig net op hetzelfde moment als Stromae. Ik was zo fier dat er toch een 400-tal festivalgangers níét naar hem gingen kijken. Ik zou zelf niet geweten hebben of ik in hun plaats hetzelfde gedaan zou hebben. (Lacht) Chapeau dus voor de Franse fans.”
Met muziek vertellen we elkaar dingen die we niet luidop zeggen, maar die we wel aan het denken of voelen zijn. Als je in je muziek een eerlijke dialoog met jezelf aangaat wordt het vanzelf therapie
Na de releaseshow in de Botanique is Blu Samu dit najaar nog te zien als openingsact tijdens een aantal concerten van de nieuwe Europese tournee van de Frans-Cubaanse zussen van Ibeyi. Ze ziet er meteen een kans in om nieuwe verbindingen aan te gaan. “Het leven is waardevol door de connecties die je maakt,” besluit ze met een gratis advies. “Geef jezelf de kans om echte connecties te maken door echt te zijn.”
BLU SAMU
1/10, 19.30, Botanique, www.botanique.be
Lees meer over: Muziek , Blu Samu , 7 , smalltalk , smalltalk/longread