'Taxiplan moet inzetten op gevaarlijk rijgedrag en toegankelijkheid'

In het meest recente advies over het taxiplan van minister van Mobiliteit Pascal Smet (SP.A), vraagt de Gewestelijke Mobiliteitscommissie dat het gevaarlijk rijgedrag van taxichauffeurs aangepakt wordt. Ook moet er veel meer aandacht gaan naar het vervoeren van mensen met een beperkte mobiliteit.

Het advies van de Gewestelijke Mobiliteitscommissie (GMC) is het voorlaatste officiële advies dat minister van Mobiliteit Pascal Smet (SP.A) nodig heeft om het taxiplan opnieuw op de tafel van de regering te krijgen. Eerder gaf de Economische en Sociale Raad van Brussel al een negatief advies en vroeg het beter overleg met de sector.

In het advies dat BRUZZ kon inkijken, deelt de Mobiliteitscommissie enkele van de standpunten van de Economische en Sociale Raad. Zo menen ze dat een hervorming noodzakelijk is, maar vragen ze allebei eerst een socio-economische studie van de sector. Enkel zo is het mogelijk om de impact van de overwogen maatregelen te kennen en te oordelen of ze opportuun en evenwichtig zijn, klinkt het.

Het uitblijven van het taxiplan betekent ook niet dat er intussen niets kan gedaan worden om de situatie op het terrein te verbeteren, zegt de commissie, die om de oprichting van een speciale taskforce vraagt. “De taskforce zou de verschillende controleorganen coördineren (politie en taxicontroleurs); ze zou ook aanbevelingen moeten doen en de sector monitoren”, staat er te lezen in het advies.

'Mystery clients' met handicap

Maar ook inhoudelijk heeft de commissie heel wat opmerkingen bij deze versie van het taxiplan. Er moet bijvoorbeeld meer expliciet rekening gehouden worden met personen met een beperkte mobiliteit. De commissie pleit voor een verplichte opleiding voor het verkrijgen van elke vergunning, ambitieuze becijferde doelstellingen, maar ook versterkte controles door bijvoorbeeld “mystery clients” met allerlei handicaps.

Zo moeten op termijn alle taxivoertuigen uitgerust zijn om personen met een beperkte mobiliteit te vervoeren. Vandaag is de situatie immers schrijnend: er zijn slechts 97 speciale voertuigen op 1.300 taxi’s, waarvan er 12 niet aan de normen voldoen, klinkt het.

Gevaarlijk rijden

Een tweede heikel punt is de verkeersveiligheid. "Nochtans behoort gevaarlijk rijden tot de vaakst voorkomende klachten van de laatste jaren”, zegt de commissie. Ze wil dan ook dat verkeersveiligheid uitdrukkelijk wordt toegevoegd aan de vereiste waarborgen om een licentie te verkrijgen. Wanneer een chauffeur een eerste zware verkeersovertreding begaat, zou die meteen een specifieke opleidingsmodule moeten volgen. De commissie dringt ook aan op de noodzaak in sancties te voorzien wanneer chauffeurs veroordeeld worden voor verkeersovertredingen.

Commissie verdeeld over licentiesysteem

Over het systeem van licenties – hét heikel punt van de taxihervorming, zo analyseerde BRUZZ onlangs nog – is de commissie verdeeld. “Sommige leden pleiten voor een maximumaantal licenties om zo de rendabiliteit van de soms door moeilijkheden geplaagde sector enigszins te verhogen. Andere leden vinden dat het weglaten van een numerus clausus (een numeriek plafond, red.) een betere balans tussen aanbod en vraag zal opleveren (…) en en dus de klanten ten goede zal komen.”

Minister van Pascal Smet (SP.A) wil nog niet uitgebreid reageren op het advies. "We wachten het laatste advies (dat van Brussel Preventie en Veiligheid, red.) af. Daarna zullen we alle adviezen analyseren en naar de regering terugkoppelen", klinkt het op zijn kabinet. De kans dat een nieuw taxiplan deze legislatuur nog het licht ziet, wordt ondertussen steeds kleiner.