Al 827 kinderen die gevlucht zijn uit Oekraïne hebben zich ingeschreven in het onderwijs in Vlaanderen. Dat heeft minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) donderdag verklaard in de commissie Onderwijs. Daarvan gaan er 21 naar school in de Brusselse Nederlandstalige scholen.
Twintigtal Oekraïense kinderen ingeschreven in Brusselse scholen
Lees ook: N-VA-ministers geven startschot voor herinrichting verkeersknoop tussen Ring en luchthaven
Er hebben al bijna 21.000 Oekraïners zich geregistreerd in ons land. Ongeveer de helft daarvan is minderjarig. Volgens cijfers van Weyts gaat het vooral om heel jonge kinderen. Ongeveer een derde van de totale vluchtelingenstroom zou tussen 0 en 12 jaar zijn.
De minister heeft ook gedetailleerde prognoses over de verwachte toestroom van Oekraïense kinderen in het Vlaams onderwijs. Hij verwacht dat het er tegen 1 april bijna 8.000 zullen zijn, tegen 15 juni een kleine 16.000. Het aantal zou kunnen oplopen tot ruim 53.000.
Momenteel gaan al 827 Oekraïense kinderen naar school in Vlaamse scholen, 21 daarvan lopen school in Brussel. Al benadrukt Michaël Devoldere, woordvoerder van Onderwijsminister Ben Weyts, dat het om voorlopige cijfers gaat.
"Kinderen die hier arriveren zijn immers pas de 60ste dag na hun inschrijving in het vreemdelingenregister onderworpen aan de leerplicht. De wetgever vraagt niet dat ze meteen naar school gaan. De cijfers van vandaag tonen dus enkel de leerlingen die vrijwillig meteen naar school zijn gegaan."
Grote instroom
Vluchtelingenkinderen die in ons land worden opgevangen, hebben recht op onderwijs. Dat betekent dat het onderwijs zich moet voorbereiden op een grote instroom van nieuwe leerlingen.
Scholen die gevluchte kinderen opnemen, krijgen sneller extra middelen. Weyts organiseert daarvoor twee extra teldagen. Hij mikt op 30 juni en 1 oktober. Daarbij zal gefocust worden op het statuut van de kinderen. Oekraïense vluchtelingen kregen namelijk een apart statuut. Voor elke Oekraïense leerling die erbij komt, worden scholen zo snel gecompenseerd.
Verder werkt Weyts samen met de Onderwijsclub, bestaande uit onder meer de onderwijskoepels, de vakbonden, CLB's, scholierenkoepel en kinderrechtencommissariaat, een aantal maatregelen uit. Bedoeling is om zo snel mogelijk met een nooddecreet Oekraïne naar het parlement te gaan.
Maatregelen
Op tafel liggen onder meer maatregelen om meer mensen in het onderwijs in te zetten. Dat kunnen andere profielen dan leerkrachten zijn, aangezien er al een lerarentekort is. Het kan gaan om bijvoorbeeld vervolgschoolcoaches, die al ervaring hebben met de begeleiding van niet-Nederlandstaligen.
Daarnaast is er extra capaciteit nodig. Zo zullen onder meer de procedures om mobiele units aan te vragen vereenvoudigen.
Verder komen er extra middelen voor Nederlandse taalverwerving bij kinderen jonger dan 5 jaar. Aangezien kleuterscholen een grote instroom zullen kennen, moeten ze extra ondersteund worden, klinkt het.
Ook de CLB's worden extra ondersteund voor hun psychologische en medische ondersteuning en traumasensitieve werking. Het is namelijk belangrijk om trauma's op tijd te herkennen en om gepaste ondersteuning te bieden.
Tot slot zullen de Oekraïense diploma's sneller erkend worden via een vereenvoudigde procedure. Zo kunnen Oekraïense leerkrachten ingezet worden in het onderwijs. Weyts denkt er bijvoorbeeld aan hen in te zetten in de collectieve opvang, zodat kinderen in opvangdorpen onderwijs op maat kunnen krijgen.
De minister nam al contact op met zijn Oekraïense collega en vanuit Kiev wordt ook een online aanbod voorzien.
Lees meer over: Brussel , Onderwijs , conflict oekraïne rusland , Ben Weyts , Oekraïense vluchtelingen , Oekraïne