Vincent Cuvellier (48) is afkomstig uit Brest. Hij debuteerde als auteur op zijn zeventiende. Zes jaar geleden installeerde hij zich in Brussel. Vorig jaar opende hij in Elsene 'Les Gros Mots', een tweedehandszaak in kinderliteratuur. Zijn boeken zijn uitgegeven bij Gallimard en in het Nederlands vertaald.
Enfant terrible: Vincent Cuvellier, jeugdschrijver/boekhandelaar
Ik ben schrijver geworden op het moment dat ze me van school stuurden, op mijn zestiende. Ik was een slechte leerling, verveelde me te pletter. Het enige waar ik echt plezier in vond, was in opstellen schrijven, verhalen verzinnen. Schrijven was en is nog steeds de beste remedie tegen verveling.
Toen ik zeventien was, heb ik meegedaan aan een literaire wedstrijd en de eerste prijs was de publicatie van je manuscript. Maar mijn boek bevatte te veel seks en geweld, ik heb me nog heel hard moeten weren om het gepubliceerd te krijgen.
Daarna heeft het lang geduurd voor ik weer iets degelijks op papier kreeg, of voor uitgeverijen interesse toonden. Ik werd een man van twaalf stielen en dertien ongelukken. Op een moment zat ik zo diep dat ik een voettocht van zeshonderd kilometer heb gemaakt, een soort pelgrimage van Bordeaux tot in Brest. Nadien dacht ik: waarom zou ik dat avontuur niet neerschrijven? Ik heb mezelf toen twee jaar gegeven en zo is mijn eigenlijke echte debuut geboren: Kilomètre zéro, mijn eerste roman voor kinderen. Daarna ging het in stijgende lijn, gelukkig, want ik kan je verzekeren, ik heb zwarte sneeuw gezien om te geraken waar ik nu ben.
"Schrijven is de beste remedie tegen verveling"
Ik heb een heel directe schrijfstijl, die grenst aan l’écriture automatique. Ik schrijf zoals ik denk en praat. Waarschijnlijk is het daarom dat mijn boeken zo aanslaan bij jonge lezers. En ik neem kinderen altijd au sérieux. Eigenlijk is het simpel: ik doe mijn zin als ik schrijf, en ik gun hen de vrijheid om er hun zin mee te doen. Kinderen voelen dat.
Als mijn schrijverschap toch op niets was uitgedraaid, was ik allicht een boekenwinkel begonnen. Maar dan als een verzuurde verkoper, die zijn ware droom nooit had kunnen waarmaken. Nu ik kan leven van mijn boeken is mijn tweedehandswinkel een soort plezierige en intensieve hobby.
Als kind in Brest besteedde ik mijn eerste zakgeld vaak in tweedehandszaken, aan strips, en ik stond ook geregeld op de rommelmarkt om mijn afdankertjes te verkopen. Le sens du commerce zat er dus al van jongs af in. In mijn tweedehandszaak ‘Les Gros Mots’ bied ik bewust alleen boeken aan waar ik zelf van hou. Soms komen hier Japanse toeristen me om le Petit Prince vragen, maar dat boek verkoop ik niet, ik vind het gewoon niet goed. Punt. Le petit Nicolas van Goscinny en Sempé daarentegen, dat wel.
Ik schuim talloze Pêle-Mêle-winkels en rommelmarkten af om mijn persoonlijke coups de coeur te vinden, vaak ook in het buitenland. Mijn aanbod gaat terug tot in de jaren veertig van de vorige eeuw, maar je vindt hier ook recente publicaties.
Zes jaar woon ik nu in Brussel en ik heb er geen moment spijt van. Twintig jaar geleden was ik hier al eens gestrand, door mijn toenmalige vriendin, en toen voelde ik mij hier ook meteen thuis. Wat veelbetekenend is, want ik heb al minstens in tien verschillende steden gewoond: in Rennes, Nantes, Lyon, Grenoble … Wat me zo bevalt? Ik hou van le système D in Brussel, ‘D’ staat voor se débrouiller, se démerder (je plan trekken, red.). Als je hier bijvoorbeeld tijdelijk een appartement zoekt, krijg je via via meteen iets geregeld. In Frankrijk niet, alles is er overgeïnstitutionaliseerd.
En plus, ik woon in de buurt van Flagey en in tegenstelling tot wat mensen denken is dat een eerder volkse buurt. Het contact met de mensen is hier simpel, warm. Ik ben bevriend met de schoenmaker, kruis de loodgieter op café, en krijg bokslessen van mijn Marokkaanse buurman. Soms waan je je in een dorp. Een stedelijk dorp wel, met de nodige hardheid ook.
Ik wil het niet mooier voorstellen dan nodig, en ik erger me ook vaak aan de vuiligheid, het verkeer. En het meest van al aan het gebrek aan burgerzin van sommige Brusselaars. Mensen die de kassière in de supermarkt niet eens meer begroeten, komaan zeg! Maar misschien is dat een breder maatschappelijk probleem. En dat leidt ons te ver (lacht).
Lees meer over: Elsene , Samenleving , Shop , Enfant Terrible , Vincent Cuvellier , Les Gros Mots
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.