Op Vadrouille met Nick Trachet (2): Met de boemeltrein naar Lembeek
Lees ook: Nick Trachet: Baked Beans
D e aankomst is wat bevreemdend. Tussen dorp en treinhalte verrijst een muur. In werkelijkheid is dit de hogesnelheidslijn naar Parijs die hier boven de pendelaar hangt. Als ik helemaal vooraan aan het perron onder dat viaduct buitenstap, sta ik bij het bedrijfje dat Lembeek in de moderne tijd weer op de kaart zette: brouwerij Frank Boon. Aan de kant van het viaduct (Zuiderstraat) kunt u een glimp opvangen van de hypermoderne brouwzaal, waar de gouden medaille winnende geuze wordt gemaakt. De brouwerij is niet zomaar te bezoeken. Voor de ingang loopt een weg richting kerk. Daar aangekomen sta ik op een plein dat er al heel Waals uitziet. De neogotische kerk is niet van zand- of baksteen, maar van verroeste kwartsiet, een keihard primair gesteente dat in dit stukje van de Zennevallei voor het eerst boven de grond uit komt piepen. Het alluviale Vlaanderen ligt achter ons!
Technisch kunstwerk
Lembeek was door de politiek van het Ancien Régime een vrijplaats geworden. Er werden dus geen accijnzen geheven. Het kleine gebied stond vroeger daarom vol jeneverstokerijen. Geen stokerij zonder brouwerij, dus waren er minstens evenveel brouwerijen en het Lembeeks werd, zeker in afzetmarkt Brussel (er rijdt al sinds 1840 een trein) een begrip. Lembeek klinkt als Lambiek, en dat is ook de oorsprong van dat woord.
Loop even de kerk binnen. Een beetje banaal, maar rechts naast het koor staat een merkwaardige graftombe, die van Sint-Veroon. Hij ligt er als gisant, uitgedost als een koning. Voor deze heilige wordt ieder jaar een merkwaardige processie georganiseerd op paasmaandag, waarbij de figuranten verkleed gaan als militairen uit de belle époque. Dat is trouwens ook weer een Waals trekje, over de taalgrens bestaan er tal van marches militaires, die hun oorsprong vinden in religieuze processies, maar vandaag vooral een hoog 're-enactment' gehalte hebben.
Lembeek had ooit een kasteel met een grote kasteeltuin. Rechtsachter de kerk zie ik daar nog een poortgebouw met een hele uitleg over wie daar ooit woonde. Maar linksaf voor het poortgebouw kronkelt de baan langs oude beddingen van de Zenne, die ooit aan de voet van het kasteel stroomde. Waarom dat niet meer zo is, zien we iets verderop. Als de beplanting wijkt, staan we voor een eigenaardig waterwerk. Tussen 1827 en 1831 werd het kanaal van Charleroi gegraven. Daarmee werd het landschap hier grondig veranderd. Meanders van de Zenne werden doorstoken en het hoger gelegen kasteelpark in twee gesneden. Vlak aan een voetgangersbrug is er een overstort van de Zenne in het kanaal gebouwd, in geval van hoge waterstanden. Een groots technisch kunstwerk. Aan de andere kant lijnen kleine huizen het steile valleitje af waar vroeger de Zenne stroomde. Nu is er een moeras dat wacht op heraanleg door één of andere milieu-instantie.
Ronquières
De volkswijk komt tot einde aan de Berendries waar een bus weer naar Halle vertrekt. Rond het moerasgebeid draaiend bereik ik de Dr. Spitaelslaan. Hier beginnen de velden. Ter hoogte van de Mussenberg aan de Kasteelbrakeselsteenweg (die minder breed is dan zijn naam) heb ik een prachtig zicht op de basiliek van Halle ver in het noorden en de industrie van Klabbeek, achter de Waalse heuvels in het zuiden. Voor wie trek heeft in een langere tocht op de taalgrens ligt het Lembeekbos, dat eigendom is van de ULB. Men mag er alleen de centrale dreef bewandelen naar het kasteel, wat goed is voor de plaatselijke flora en fauna. Terug naar het kanaal langs een steile holle voetweg, de Botermelksestraat, kom ik weer aan het moerasgebied aan de Dr. Spitaelslaan. Er is een ingang voor een wandelweg waarlangs ik, verborgen door de begroeiing, de waterfauna en -flora kan gadeslaan. De weg leidt naar een open grasplateau, ooit ook deel van dat kasteelpark, waar een merkwaardig romantisch gebouwtje staat, de Malakoftoren. Engelsen zouden dat een folly noemen. De Lembekenaars komen er picknicken en zonnen. Langs een steil pad klauter ik terug naar het jaagpad van het Kanaal dat hier slingerend verbreedt tot een brede zwenkplaats (waar schepen kunnen keren) en wachtplek voor de sluis van Lembeek. Die sluis, gehouwen in de kwartsiet, leidt de schepen Wallonië binnen, op weg naar Ronquières en Charleroi. Over de brug leidt de weg weer naar het dorpsplein. Tijd voor een fles geuze van Boon op het versleten terras van 't Goo plosjke. Men heeft er het beste zicht op het gezellige plein, maar er scheelt wel wat aan het enthousiasme van de uitbaters. Er zijn ook wel enkele andere adresjes. Spoor 2 aan de andere kant van de spoorweg is tenslotte niet ver meer.
Op vadrouille met Nick Trachet
Lees meer over: Samenleving , Op vadrouille met Nick Trachet
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.