Twaalfduizend dossiers van asielzoekers worden te laat behandeld

Het Commissariaat-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen (CGVS), dat verantwoordelijk is voor het onderzoeken van en beslissen over verzoeken om internationale bescherming, heeft een achterstand van bijna 12.000 dossiers. Dat schrijft Le Soir vrijdag.

"Momenteel zijn er ongeveer 16.751 dossiers. 5.000 dossiers kunnen eigenlijk als een normale werklast worden beschouwd, dus de achterstand bedraagt 11.751 dossiers," legt CGVS-directeur Dirk Van den Bulck uit.

Hoewel de Europese regelgeving een antwoord binnen zes maanden voorschrijft, dateren sommige dossiers van meer dan drie jaar geleden. Slechts 3.339 dossiers gaan over aanvragen die in 2022 zijn ingediend. Terwijl 8.202 dossiers gaan over aanvragen die in 2021 zijn ingediend, 3.042 over aanvragen die in 2020 zijn ingediend, 1.706 over aanvragen uit 2019 en 462 over aanvragen van vóór 2019. Al gaat het in sommige gevallen om opnieuw geanalyseerde dossiers en niet om eerste aanvragen.

Het is de directeur van een Fedasil-centrum, die anoniem blijft, die bij Le Soir aan de alarmbel heeft getrokken. "Sommige bewoners in mijn centrum hebben nog geen antwoord gehad op hun eerste verzoek om internationale bescherming dat in 2019 is ingediend." Met cijfers als bewijs toont de gesprekspartner aan dat bijna 10 procent van de bewoners van zijn centrum zich in een dergelijke situatie bevindt.