Astrofisiks, Jazz Brak, Zwangere Guy en Dj Vega zijn niet meer de personen die ze waren toen ze tien jaar geleden debuteerden met STIKSTOF. Een duik in het familiearchief getuigt van de coming of age van de Nederlandstalige Brusselse rap. Van kelder, plein en pionier tot festivaltopper, gouden plaat en vaandeldrager.
STIKSTOF viert zijn tiende verjaardag in het archief en op het podium
De eerste titelloze plaat van STIKSTOF verscheen op 9 mei 2014, precies tien jaar geleden. Om dat te vieren brengt de Brusselse hiphopcrew vrijdag een vinylbox uit met zijn vijf studioalbums. STIKSTOF (2014), /02(2016), Overlast (2018), Familie boven alles (2021) en Moeras (2022) zijn meer dan een kroniek van de Nederlandstalige rap in Brussel. Ze schetsen hoe een generatie muziekliefhebbers haar geliefkoosde genre uit de underground trok, om er strijdbaar maar met een aanstekelijke nonchalance haar eigen draai aan te geven. Met een gecultiveerde haat-liefdeverhouding voor de stad die, ooit op een moeras gebouwd, soms overlast bezorgt, maar bovenal familie blijft.
Bij de box hoort een boekje vol archieffoto’s. Legendes ontbreken. Of het moesten de posters van Snoop Dogg en Dr. Dre zijn aan de muur van de kelder waar de eerste beats en rhymes van het gezelschap vorm kregen. En plus horen bij deze terugblik ook enkele concerten, op Couleur Café én Dour. Zo lijkt de cirkel rond, want laat dat nu net de festivals zijn waar ze van droomden toen ze elkaar inmiddels dik veertien jaar geleden tegen het lijf liepen op het Sint-Katelijneplein. Wij plukten, knipten en plakten STIKSTOF-quotes uit het BRUZZ-archief aan elkaar voor een tijdlijn in tien stappen en dubbelcheckten bij Paulo Rietjens alias Astrofisiks, die samen met Maxim Lammens – aka Rosko, de mc die na twee platen opstapte – de groepsnaam bedacht.
De sterkte van de opkomende Brusselse hiphop was dat iedereen elkaar pushte. We maakten elkaar sterker. Er was geen jaloers gedoe. We gaven elkaar de ruimte, gunden elkaar het succes
Hoe ze precies op die naam uitkwamen, kan hij zich niet meer helder voor de geest halen. “We waren vooral op zoek naar een krachtige naam,” vertelt Rietjens. “In STIKSTOF zat een knipoog naar hiphop, en ja, op dat moment waren we allemaal flinke blowers van … stof om in te stikken. Zo was meteen duidelijk dat we met taal bezig waren. En Rosko, die biochemie gestudeerd had, wist dat stikstof vijf valentie-elektronen heeft. Wij waren toen met vijf. Voilà.” Dat het chemische element ook prima tot zijn recht kwam op de hoody’s en andere merchandise waar het gezelschap zich met succes op zou storten, werd uitgespeeld als extra troefkaart.
1. Hangen op het Sint-Katelijneplein en 2. feesten in het Warandepark
De crewleden van STIKSTOF leerden elkaar kennen in de lente van 2010 op en om het Sint-Katelijneplein, toen een pleisterplek voor een allegaartje aan stadsbewoners: blowers, uitgaanders, daklozen … Ze troffen er meer dan elders in de stad Nederlandstalige Brusselaars. Kortom, de ideale voedingsbodem voor het eerste Brusselse hiphopcollectief dat rijmde in het Nederlands. Er werd gechild, geblowd en gerapt, en sporadisch een kat-en-muisspelletje gespeeld met de politie.
“Tot een uur of tien ’s avonds bleven we meestal hangen op het plein,” zegt Rietjens in 2017. “Dan kwam de politie ons daar wegjagen. Maar wij zijn geen clubvolk en plekken voor alternatieve feestjes in Brussel zijn schaars.” En dus trok de bende naar het Warandepark. Gorik van Oudheusden (aka Zwangere Guy, toen nog Omar-G) : “Dan bracht ik een versterker mee, gingen we een platenspeler halen bij Paulo en twee boxen bij Maxim. Houdt men elders raves in de bossen of in afgelegen fabriekspanden, dan spraken wij, onnozele Brusselaars, af in het park. Daar lieten de flikken ons met rust en konden we tot ’s ochtends doorgaan.” Dat claimen van de openbare ruimte paste in een filosofie die in 2014 ook de geboorte van de vzw Toestand zou inluiden. “Zij verliezen buurten met de jaren / Wij squatten daar wat ze achterlaten,” zou het later klinken op de titeltrack van Overlast.
3. Een kelder in Sint-Agatha-Berchem, 4. een slaapkamer op de Vlaamsesteenweg en 5. een echte studio boven Les Brasseurs
Een foto, genomen in de kelder van het ouderlijke huis van STIKSTOFs belangrijkste beatmaker Paulo Rietjens in Sint-Agatha-Berchem, illustreert hoe relaxed het er in die begindagen aan toeging. Je ziet pakjes sigaretten, flesjes Duvel, gsm’s en koptelefoons op de salontafel liggen. Maar tussen het chillen en het dollen werd wel de basis gelegd voor de sound die later een generatie jonge Brusselaars aan een uitlaatklep zou helpen.
Rietjens: “Dat moet rond 2010, 2011 geweest zijn. Ik woonde toen nog thuis. Mijn vader speelt al zijn hele leven voor de fun in een bluesband. Er stond altijd wel ergens een keyboard of een drumstel. Van een verzamelplek voor instrumenten is onze kelder in de loop der jaren omgevormd tot een plek waar ik muziek kon maken zonder mijn ouders of mijn zussen te storen. Ook de eerste beats, loops, cuts en breaks van STIKSTOF kwamen er tot stand. Hoe meer de anderen zagen hoe ik dat deed, hoe beter ze ook zelf gingen beseffen hoe een nummer precies tot stand kwam. Samen tijd doorbrengen werkte aanstekelijk.”
Later zou Rietjens – en dus ook STIKSTOF – belanden in een appartement op de Vlaamsesteenweg en in de Koningsstraat in Sint-Joost, waar Wie is Guy? opgenomen en gemixt is, tot finaal de FRONTAL-studio boven Les Brasseurs in de Anspachlaan af was. Daar werd eerst Brihangs Casco ingeblikt, en vervolgens Familie boven alles en Moeras. “Die studio op de Vlaamsesteenweg was ook mijn slaapkamer. Aan de ene kant stond alle apparatuur, aan de andere een tweepersoonsbed. Ik heb er een kleine twee jaar gewoond. Eigenlijk was dat niet gezond. Ik herinner me gesprekken met ex-vriendinnen die zich afvroegen waar dat naartoe ging: ik sprong ’s ochtends meteen van mijn bed naar mijn computer. Dat is tof als je jong bent, maar het voelde als een bevrijding om naar de FRONTAL-studio te kunnen pendelen en ’s avonds los te laten. Ruimte toekennen aan je werk is ook een vorm van je werk ernstig nemen.”
6. Ploeteren in de underground, 7. Bruxelles arrive en 8. Guy is overal
In de slipstream van het Niveau4-project op Couleur Café, het Bruxelles arrive-concert in Dour en het haast instantsolosucces van Zwangere Guy kwam ook de carrière van STIKSTOF in 2016 en 2017 in een stroomversnelling. Werd hun eerste album nog gelanceerd via een zelf in elkaar gestoken feestje in Allee du Kaai, dan daagden er voor de release van het tweede al 200 fans op in de Beursschouwburg. Die fans worden dan ook duidelijk geapprecieerd door de band. "Na elke show staan wij bij de fans en gaan we een gesprek of discussie niet uit de weg", vertelt Jazz Brak. Maar het was pas toen Zwangere Guy zijn (solo)mixtape Zwangerschapsverlof vol.3 zou voorstellen in de Vaartkapoen – een vol huis van 600 man – dat het de buitenwereld begon te dagen dat er iets in de lucht hing. Overlast, deels tot stand gekomen tijdens een residentie in Le Vecteur in Charleroi, werd voorgesteld in een uitverkochte Ancienne Belgique.
Maar voordien werd er geploeterd in de provincie. Een lange tournee met de jonge Roméo Elvis, in het zog van de gezamenlijke single ‘Dobberman’ (2015), zorgde voor een eerste rimpeling. “We hebben veertig shows gespeeld met Roméo in Vlaanderen, waarna hij ontploft is, maar het was Niveau4 dat de ogen opende,” klonk het vroeger al uit de mond van Zwangere Guy. “Tussen dat jonge talent kreeg je echt het gevoel te maken te hebben met een scene, waarin wij de leiderspositie kregen. Dat werd nog eens extra in de verf gezet op het Bruxelles arrive-concert op het Dour-festival. Toen ik daar het eerste lied moest inzetten voor 20.000 man, zat ik met de kak in mijn broek.”
“Het toffe aan die Brusselse scene is dat het niet meer zoals vroeger de ene tegen de andere gang was. Niemand van ons maakte een onderscheid tussen Nederlandstalig of Franstalig. Wat ons typeerde was dat we ons hadden opgetrokken uit onze eigen wortels. We waren geen copycats meer. We rapten niet alleen over joints smoren, maar ook over sociale onrechtvaardigheid.”
Houdt men elders raves in de bossen of in afgelegen fabriekspanden, dan spraken wij, onnozele Brusselaars, af in het park. Daar lieten de flikken ons met rust en konden we tot ’s ochtends doorgaan
Rietjens is het nog steeds volmondig met hem eens: “De sterkte van de opkomende Brusselse hiphop was dat iedereen elkaar pushte. We maakten elkaar sterker. Er was geen jaloers gedoe. We gaven elkaar de ruimte, gunden elkaar het succes. Ook binnen STIKSTOF zelf. Dat heeft een tendens gezet.”
9. Gouden platen en 10. festivalexplosies
“Omdat alles tegenwoordig digitaal is, heeft het intussen iets retro-achtigs,” zegt Rietjens over de gouden platen die ze vorige zomer voor Familie boven alles in ontvangst mochten nemen voor 10.000 verkochte exemplaren in België. “Ik beschouw zo’n gouden plaat als een vorm van erkenning voor toch telkens ongeveer twee jaar werk. Ik herken me ook nog goed in hoe er in oude interviews met hiphopartiesten als Dr. Dre zwaarwichtig over gedaan werd. Maar een ultiem doel is het zeker niet. Bij zo’n bekroning denk ik vooral aan de lange periodes dat we dagelijks bezig zijn geweest met STIKSTOF zonder er een cent aan te verdienen. Alles wat binnenkwam ging in een gezamenlijke kas, om dan later platen of apparatuur mee te kopen.”
Met straks opnieuw een concert op Couleur Café, het festival dat hen van in het prille begin steunde, wordt de beatmaker even lyrisch: “Ik denk dat ik er nu ongeveer voor de tiende keer op rij sta, met de ‘familie’ bedoel ik dan, niet noodzakelijk met STIKSTOF. Elke keer krijgen we er de bevestiging dat we iets unieks hebben uitgebouwd.” Getuige ook de show van Jazz Brak, die er vorige zomer zijn eerste soloplaat voorstelde. Toen de makkers van het moederschip hem vervoegden op het podium, barstte de tent uit haar voegen. Voor de elektriciteit die daar in de lucht hing en de explosie erna komen mensen naar festivals, schreven we toen al.
“We hebben nooit iets gedaan dat moest,” besluit Rietjens. “Alles kwam vanuit onszelf. Iedereen is nog steeds met duizend dingen tegelijk bezig, maar we zijn heel goede planners geworden. Niet dat er volgende maand meteen een nieuwe plaat zal klaarliggen, maar jullie zijn nog lang niet van ons af!”
Iedereen is nog steeds met duizend dingen tegelijk bezig, maar we zijn heel goede planners geworden. Niet dat er volgende maand meteen een nieuwe plaat zal klaarliggen, maar jullie zijn nog lang niet van ons af!
Of zoals Zwangere Guy opperde toen ze met Roméo een jong talent hielpen lanceren. “Laat ons niet kijken naar wie de grootste is. Ik zeg altijd: het draait niet over hoe het begint, maar om hoe lang het duurt.”
De vinylbox STIKSTOF - 10 JAAR met Stikstof, /02, Overlast, Familie boven alles en Moeras verschijnt op 10/5 via Universal. STIKSTOF speelt op 30/6 op Couleur Café en op 19/7 op Dour, info: stikstof.brussels