'Toekomstplan Brussel is visieloos'

Het Brussels Gewest heeft een gebrek aan ambitie en visie als het gaat over de stad van morgen. Dat is de harde conclusie van de Gewestelijke Ontwikkelingscommissie over het toekomstplan GPDO, het Gewestelijk Plan voor Duurzame Ontwikkeling. De goedkeuring van het plan loopt wellicht vertraging op door het kritische advies.

Het belang van het GPDO kan niet overschat worden: het is het toekomstige ontwikkelingsplan voor Brussel, en zo het fundament voor heel wat andere plannen zoals het mobiliteitsplan. Het plan beschrijft een stadsproject, wat er moet gebeuren met het grondgebied van het Gewest.

Omdat erg veel onderwerpen te maken hebben met grond raakt het GPDO aan een lange lijst thema’s, zoals huisvesting, industrie, werkgelegenheid, armoede, milieu of openbaar vervoer. Er is dus potentieel voor een plan dat doet dromen over morgen.

Het is dus pijnlijk dat de Gewestelijke Ontwikkelingscommissie (GOC) vaststelt dat het toekomstplan net op dat vlak faalt: er is geen globale en duidelijke visie aanwezig in het plan. Met andere woorden: wat is het stadsproject? Het GPDO zou ambitieus naar de toekomst moeten kijken, met duidelijke doelstellingen die ook onderbouwd zijn met cijfers. Dat doet het niet.

Plan aanpassen? Vertraging

De GOC schrijft dat in een globaal advies over het plan, dat eind vorig jaar werd afgewerkt, meldt Le Soir. Dat is bijna een jaar nadat het GPDO werd voorgelegd aan de bevolking in een openbaar onderzoek. Het leverde ongeveer 3.000 klachten en opmerkingen op van burgers, organisaties en overheidsinstellingen. Die werden zorgvuldig geanalyseerd en samengevat.

De forse kritiek heeft gevolgen voor het Brussels Gewest: als die het GPDO goedkeurt moet ze rekening houden met de vele opmerkingen. Dat betekent: het plan aanpassen, en dat vergt tijd. Volgt ze de adviezen niet, dan moet de regering motiveren waarom.

‘Vastgoedcatalogus zonder argumentatie’

En er is véél om rekening mee te houden. Zoals eerder beschreven het gebrek aan visie en coherentie. Maar het plan gaat ook niet genoeg in op thema’s als onderwijs, veiligheid of cultuur, maar beperkt zich sterk tot infrastructuur (woningen, wegen, openbaar vervoer, groene ruimtes…).

Het GPDO is daardoor te veel een catalogus van het beleid van vandaag en kijkt niet genoeg naar de toekomst. Dat stelde BRUZZ eerder al vast bij de analyse van het hoofdstuk over wonen: ‘een vastgoedcatalogus zonder argumentatie’ luidde het verdict). Het moet een strategisch plan zijn, zegt de GOC, en niet zomaar een document dat maatregelen opsomt.

Er is dus een volledig nieuw hoofdstuk nodig dat alle onderwerpen duidelijk met elkaar verbindt, om het stadsproject te verduidelijken. Waar komen alle maatregelen en ideeën in het plan vandaan? De andere hoofdstukken moeten onderbouwd worden met feiten en cijfers.

En de vele fouten in de tekst en de kaarten moeten weg, klinkt het. De regering kan nu aan de slag als ze het GPDO nog voor de verkiezingen van mei 2019 wil goedkeuren.