Charlotte De Cort is een Brusselse scenarist en regisseur. Ze schrijft met filmische flair over haar ervaringen in de stad die haar inspiratie leveren voor nieuwe filmcreaties.
'Ik voel mij het meest met de skaters verbonden wanneer zij mij compleet negeren'
Het Louis Moricharplein, hartje Sint-Gillis. Toevluchtsoord voor skaters: jonge kerels (en ook steeds meer meisjes) die vaart maken op wieltjes, en die met slimme en snelle bewegingen de zwaartekracht elegant en minder elegant verschalken.
Ik hou van het kenmerkende geluid: het gekletter, het gehamer, het gestommel op het asfalt. En ook van het lijzige slepen, als de skaters kracht op hun borden zetten door zich met hun been af te zetten van de stoep.
Veel van de jongens bewegen zich loom naast het bord – comes with the attitude – maar op de plank vallen net hun energie en souplesse op. Een levende paradox.
Als ik plaatsneem op een van de bankjes aan het Louis Moricharplein, doe ik dat vaak met mijn analoge camera. Ik wil hun bewegingen en gezwinde zotternijen als een onzichtbare archivaris documenteren: ik wil die seconde van gratie (dat hangen in de lucht, de symbiose tussen mens en tuig, de controle over lichaam en lichtheid) voor eeuwig vastleggen.
“Hun onuitgesproken kameraadschap, de blijdschap om de ollies en kick turns, hun gedeelde compassie bij de zoveelste schaafwonde of verstuikte enkel … Ik kan dat van buitenaf wel allemaal registreren, maar nooit van binnenuit meemaken"
BRUZZ-columniste
Maar interesseert mij dat werkelijk, die kunstjes? Ik stel de vraag omdat ik zelfs nooit de neiging voelde om mijn botten en benen te breken. Waar komt dit onschuldige voyeurisme dan vandaan?
Ik denk: verbondenheid. Maar een specifiek soort verbondenheid – eerder formeel dan inhoudelijk, eerder afstandelijk dan actief.
Hun onuitgesproken kameraadschap, de blijdschap om de ollies en kick turns, hun gedeelde compassie bij de zoveelste schaafwonde of verstuikte enkel … Ik kan dat van buitenaf wel allemaal registreren, maar nooit van binnenuit meemaken. Ik stoot daar op een grens, op een realiteit die zich weliswaar toont, maar die mij ook tegenhoudt (en verkruimelt) dra ik toenadering zoek.
Achtergrond
Tegelijk ben ik degene die van een lukrake situatie een geheel maakt, zonder drastisch in te grijpen. Ik breng als fotograaf een kader aan, breng een perspectief binnen, schets een verhouding. Ik ben het geheel waarin de skaters een rol krijgen: in mijn blik, gebrand op de buitenwereld, leg ik de contouren vast van hun onderlinge relatie. Een foto vormt het tastbare bewijs van dat subtiele ingrijpen. Maar nogmaals: wat win ik daarbij?
Soms denk ik dat het weinig uitmaakt wat ik precies fotografeer. Het gaat eerder om de activiteit zelf. Het is een manier om een wereld binnen te dringen, zonder die wereld te laten imploderen met mijn aanwezigheid. Het is een vorm engagement zonder dat het echt écht wordt. En ik kan dat, zolang ik niets ben in hun ogen, hoogstens achtergrond waartegen de skaters fel, energiek en natuurlijk afsteken.
Misschien ga ik daarom zo vaak naar het Louis Moricharplein: het geeft me respijt. In de eerste plaats op mezelf. Doordat ik toch nooit volledig deel zal uitmaken van hun universum, hoef ik tegelijk ook niet volledig mezelf te zijn. Of omgekeerd: ik voel mij het meest met de skaters verbonden wanneer zij mij compleet negeren.
Over een paradox gesproken.
Column Charlotte De Cort
Lees meer over: Sint-Gillis , Column , Column Charlotte De Cort , Louis Moricharplein , skaters , skateboard , voyeurisme , Charlotte De Cort
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.